Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 05/1110/GA, 28 juli 2005, beroep
Uitspraakdatum:28-07-2005

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 05/1110/GA

betreft: [klager] datum: 28 juli 2005

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 1 april 2005 van de beklagcommissie bij de locatie De Marwei te Leeuwarden,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 11 juli 2005, gehouden in de locatie Zwolle, zijn gehoord klager en [...], unit-directeur bij de locatie De Marwei voormeld.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft – voorzover in beroep aan de orde – het uitreiken van PS1 terwijl een PS2 was ingevoerd en daarnaast de weigering tot toestemming voor de invoer van DVD’s.

De beklagcommissie heeft het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
Klager heeft in beroep zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
Tijdens het bezoek ontving ik van dat bezoek een briefje waarmee ik bij de Badafdeling de voor mij ingevoerde Play Station II (PS2) kon ophalen. Bij de badafdeling werd mij een apparaat uitgereikt. Ik wist toen niet of het een PlayStation 1(PS1) of een PS2 betrof. Ik liet een PS2 invoeren omdat ik DVD-films wilde kunnen bekijken. Ik heb het mij uitgereikte apparaat meegenomen naar mijn cel. Toen ik vervolgens DVD-films wilde laten invoeren, kreeg ik te horendat dat verboden was. Daarna hoorde ik van een medegedetineerde dat het apparaat geen PS2 was maar een PS1. Door mijn bezoek was een PS2 afgegeven. Dat weet ik zeker, ik heb de aankoopbon van dat apparaat overgelegd. Overigensbevreemdde het mij dat het apparaat dat ik uitgereikt kreeg, niet verzegeld was. Voorzover ik weet moeten alle elektrische apparaten die ingevoerd worden, worden verzegeld. Ik heb geen enkele reden om aan te nemen dat mijn bezoeker,die de PS2 heeft ingevoerd, een ander apparaat zou hebben ingevoerd. Daar ken ik hem te goed voor.

De directeur heeft in beroep zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
Indertijd is bij de voorportier voor klager een spelcomputer afgegeven. Bij een dergelijke invoer wordt het betreffende apparaat naar de Badafdeling overgebracht, waar het apparaat wordt gecontroleerd. Indien een PS2 ter invoerwordt aangeboden, dan wordt de invoer daarvan geweigerd. De invoer van een PS1 is wel toegestaan. In dat geval krijgt de gedetineerde dat apparaat uitgereikt. Bij dergelijke apparatuur vindt er geen echte registratie plaats. Indienhet apparaat kan worden uitgereikt, gebeurt dat en anders wordt het aangeboden apparaat opgeslagen in de fouillering. Op zich had de ingevoerde spelcomputer verzegeld moeten worden. Het niet verzegelen valt echter wel te verklaren.In dit geval is het apparaat heel snel na het ontvangen daarvan uitgereikt. Alsdan is er geen tijd voor een controle en verzegeling. Dat is op zich een onjuiste handelwijze van de medewerkers van de badafdeling. Alle ingevoerdeelektronische apparaten moeten volgens de dienstinstructie verzegeld worden. De directeur heeft geen redenen om aan te nemen dat een andere spelcomputer aan klager zou zijn uitgereikt dan die welke ter invoer is aangeboden. Tenaanzien van het niet mogen invoeren van DVD’s kan enkel worden gezegd dat de invoer daarvan op basis van de huisregels van de inrichting verboden is.

3. De beoordeling
Ten aanzien van het beklag tegen het niet mogen invoeren van DVD’s geldt het volgende. Deze voorwerpen moeten worden aangemerkt als film- en videoapparatuur. Zij vallen derhalve onder de verboden voorwerpen als vermeld in artikel4.5.1.1 van de Huisregels van de locatie De Marwei. Gelet daarop is het beklag gericht tegen een algemene voor alle in de inrichting verblijvende gedetineerden geldende regeling. Tegen een dergelijke regeling staat in beginsel geenbeklag en beroep open. Zulks is slechts anders als die regeling in strijd zou zijn met hogere wet- of regelgeving. Daarvan is hier geen sprake. Dat maakt dat de uitspraak van de beklagcommissie in zoverre niet in stand kan blijvenen dat klager alsnog niet-ontvankelijk moet worden verklaard in dit onderdeel van zijn beklag.

Ten aanzien van de gestelde verwisseling van de voor klager ingevoerde spelcomputer (een PS2) voor een andere spelcomputer (een PS1) is de beroepscommissie van oordeel dat onvoldoende aannemelijk is geworden dat door klagersbezoeker daadwerkelijk een PS2 ter invoer is aangeboden. Weliswaar heeft klager een aankoopbon van een dergelijke spelcomputer overgelegd, maar dat is op zichzelf onvoldoende bewijs voor de invoer van dat apparaat.
Het vooroverwogene maakt dat hetgeen in beroep naar voren is gebracht ten aanzien van dit onderdeel van het beklag niet kan leiden tot een ander oordeel dan dat van de beklagcommissie. De uitspraak van de beklagcommissie zal daaromin zoverre worden bevestigd.

4. De uitspraak
De beroepscommissie vernietigt de uitspraak van de beklagcommissie ten aanzien van het verbod op invoer van DVD’s en verklaart klager in zoverre alsnog
niet-ontvankelijk in zijn beklag.
Zij verklaart het beroep voor het overige ongegrond en bevestigt in zoverre de uitspraak van de beklagcommissie.

Aldus gedaan door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.R. Meijeringh, voorzitter, mr. A.G. Bosch en A.J. Dost, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.M.J.D. Maes, secretaris, op 28 juli 2005.

secretaris voorzitter

Naar boven