Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 05/0545/TA, 29 juni 2005, beroep
Uitspraakdatum:29-06-2005

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 05/545/TA

betreft: [klager] datum: 29 juni 2005

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 67 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (Bvt) heeft kennis genomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 4 maart 2005 van de beklagcommissie bij de Dr. S. van Mesdagkliniek te Groningen, verder te noemen de inrichting,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 12 mei 2005, gehouden in de locatie Zwolle, zijn gehoord klager en namens het hoofd van voormelde tbs-inrichting [...], stafjurist, en [...], afdelingsmanager. Hiervan is het aangehechteverslag opgemaakt.

Op grond van de stukken en haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft:
a. de afzondering van klager op kamer op 22 november 2004 en
b. de oplegging van bloktijden aan klager van 22 november 2004 tot 29 november 2004.

De beklagcommissie heeft klager voor wat betreft onderdeel a. niet-ontvankelijk verklaard in zijn beklag en voor wat betreft onderdeel b. het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten
Door klager is in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht. Klager werd getreiterd. De sociotherapeuten wilden een gesprek met hem over het voorval en kwamen daar telkens op terug. Klager hadhet gevoel dat hij niets verkeerds had gedaan en wilde er niet over spreken. Hij heeft nooit excuses aangeboden, omdat hij niets gedaan heeft. Hij heeft ook gezegd dat hij niet aangesproken wilde worden. Zolang hij niet scheldt,heeft hij recht op vrijheid van meningsuiting. Ze kunnen niet aangeven wat het grensoverschrijdend taalgebruik is geweest. Klager kan fel reageren. Zijn volume zal dan iets hoger zijn. Klager verbleef al een paar jaar op de afdelingen zijn stemmingsbeeld was bekend. Als hij geen contact wil, doet hij de deur dicht. Hij wil dan ook niemand aan de deur. De bloktijden zijn op 29 november 2004 gestopt. Klager is inmiddels overgeplaatst naar een andere afdeling.Hij is nu beter geplaatst.

Namens het hoofd van de inrichting is in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht. Klager heeft zich zeer grensoverschrijdend verbaal geuit. Een eigen mening is toegestaan, maar niet als diebeledigend is. Zijn houding kwam dreigend over. In verband met zijn grensoverschrijdende gedrag is hij in afzondering geplaatst. Hij is scheldend naar zijn kamer gegaan om af te koelen en was niet aanspreekbaar en moeilijk in teschatten. Om die reden is hij in bloktijden geplaatst tot 29 november 2004.

3. De beoordeling
Voor wat betreft onderdeel a. van het beklag komt de beroepscommissie tot het oordeel dat de beklagcommissie op goede gronden en met juistheid op het beklag heeft beslist. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.

Voor wat betreft onderdeel b. van het beklag overweegt de beroepscommissie dat klager meent dat zijn bewegingsvrijheid binnen de kliniek, als vermeld in artikel 31 Bvt, is geschonden, nu hem in afwijking van het dagprogrammazogenaamde bloktijden zijn opgelegd. Een beklag betreffende een vermeende schending van een in de wet neergelegd recht van een verpleegde is naar vaste jurisprudentie van de beroepscommissie in beginsel beklagwaardig. De aan klageropgelegde bloktijden hielden in dat hij met open deur op kamer diende te verblijven met uitzondering van vier uur per dag die hij samen met andere verpleegden op de afdeling mocht doorbrengen. Feitelijk komt dit overeen met het inartikel 33 Bvt beschreven afdelingsarrest, waarbij het minimum aantal uren dat op de groep wordt doorgebracht als vermeld in artikel 31, tweede lid, Bvt in acht wordt genomen. Nu voor wat betreft het afdelingsarrest in artikel 57,eerste lid, Bvt is bepaald dat tegen een beslissing tot beperking van de bewegingsvrijheid als bedoeld in artikel 33 Bvt pas beklag openstaat nadat deze een week heeft geduurd, is de beroepscommissie van oordeel dat in verband metde duur van de aan klager opgelegde bloktijden, ingaande op 22 november 2004 en geëindigd op 29 november 2004, klager niet in het beklag kan worden ontvangen. De beroepscommissie zal voor wat betreft dit onderdeel van het beklag deuitspraak van de beklagcommissie vernietigen en klager alsnog niet-ontvankelijk verklaren in het beklag.

4. De uitspraak
Met betrekking tot onderdeel a.:
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie.
Met betrekking tot onderdeel b.:
De beroepscommissie vernietigt de uitspraak van de beklagcommissie, verklaart klager alsnog niet-ontvankelijk in zijn beklag.

Aldus gedaan door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. drs. F.A.M. Bakker, voorzitter, mr. dr. E.J. Hofstee en prof. dr. F.A.M. Kortmann, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 29 juni 2005

secretaris voorzitter

nummer: 05/545/TA

betreft [...], verder klager te noemen.

Verslag van het behandelde ter zitting van de beroepscommissie als bedoeld in artikel 67 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden van 12 mei 2005, gehouden in de locatie Zwolle.

Samenstelling van de beroepscommissie:
voorzitter: mr. drs. F.A.M. Bakker
leden: mr. dr. E.J. Hofstee en prof. dr. F.A.M. Kortmann.
De beroepscommissie is bijgestaan door de secretaris mr. H.S. van Gemert.

Gehoord zijn klager en namens het hoofd van de Dr. S. van Mesdagkliniek te Groningen [...], stafjurist, en [...], afdelingsmanager.

Door klager is - zakelijk weergegeven - het volgende aangevoerd.
Klager werd getreiterd. De sociotherapeuten wilden een gesprek met hem over het voorval en kwamen daar telkens op terug. Klager had het gevoel dat hij niets verkeerds had gedaan en wilde er niet over spreken. Hij heeft nooit excusesaangeboden, omdat hij niets gedaan heeft. Hij heeft ook gezegd dat hij niet aangesproken wilde worden. Zolang hij niet scheldt, heeft hij recht op vrijheid van meningsuiting. Ze kunnen niet aangeven wat het grensoverschrijdendtaalgebruik is geweest. Klager kan fel reageren. Zijn volume zal dan iets hoger zijn. Klager verbleef al een paar jaar op de afdeling en zijn stemmingsbeeld was bekend. Als hij geen contact wil, doet hij de deur dicht. Hij wil danook niemand aan de deur. De bloktijden zijn op 29 november 2004 gestopt. Klager is inmiddels overgeplaatst naar een andere afdeling. Hij is nu beter geplaatst.

Namens het hoofd van genoemde inrichting is - zakelijk weergegeven - het volgende verklaard. Klager heeft zich zeer grensoverschrijdend verbaal geuit. Een eigen mening is toegestaan, maar niet als die beledigend is. Zijn houdingkwam dreigend over. In verband met zijn grensoverschrijdende gedrag is hij in afzondering geplaatst. Hij is scheldend naar zijn kamer gegaan om af te koelen en was niet aanspreekbaar en moeilijk in te schatten. Om die reden is hijin bloktijden geplaatst tot 29 november 2004.

secretaris voorzitter

Naar boven