Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 04/2899/GA, 29 maart 2005, beroep
Uitspraakdatum:29-03-2005

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 04/2899/GA

betreft: [klager] datum: 29 maart 2005

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennis genomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 8 november 2004 van de beklagcommissie bij de penitentiaire inrichtingen (p.i.) Limburg-Zuid, locatie Overmaze te Maastricht,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 25 februari 2005 in de p.i. Vught, zijn gehoord klagers raadsvrouw, mr. J. Serrarens en [...], unit-directeur bij voormelde locatie.
Klager is op 18 februari 2005 door een lid van de Raad gehoord in de gevangenis Zuyderbos te Heerhugowaard.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag, voorzover in beroep aan de orde, betreft het feit dat de directeur geweigerd heeft een postpakket bestaande uit 74 losse vellen met teksten in de Turkse taal, aan klager uit te reiken.

De beklagcommissie heeft het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
Klager heeft in beroep zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
Aan klager zijn 74 pagina’s toegezonden, welke niet aan hem zijn uitgereikt aangezien het te omvangrijk was om te vertalen. Aanvankelijk werd gesuggereerd dat het politiek getinte teksten zouden zijn, later werd er een andere redenvoor het niet uitreiken gegeven. Het betreft pagina’s in de Engelse taal die door een vriend van een Koerdische media website zijn afgehaald. Deze hele website is in het Engels opgesteld. Door de vriend zijn er met de handgeschreven stukken tekst aan toegevoegd in de Turkse taal.
Volgens klager zouden de Engelse en Turkse teksten niet vertaald behoeven te worden. Het verbaast hem dat hij het totale pakket papieren niet heeft mogen ontvangen. Eerder werden hem grotere pakketen papieren, c.q. brieven weloverhandigd, zelfs in de Extra Beveiligde Inrichting. Het werd enkel niet aan klager uitgereikt als de stukken in de Koerdische taal waren gesteld. Engelse en Turkse teksten hebben nooit een probleem gevormd. In Overmaze heeftklager zelfs een keer stukken in het Koerdisch mogen ontvangen. Het is klager niet duidelijk of hij een gelimiteerd aantal pagina’s /brieven mag ontvangen en zo ja waar de grens dan ligt.

Namens klager is hieraan nog het volgende toegevoegd.
In het beroepschrift is er abusievelijk van uitgegaan dat de 74 pagina’s tekst in het Turks geschreven waren. Het blijken Engelse stukken te zijn geweest waar handgeschreven Turkse tekst aan toegevoegd was. Ervan uitgaande dat hetovergrote deel van de tekst in het Engels was gesteld, was er (uitgaande van een redelijke beheersing van het Engels door het inrichtingspersoneel) nog minder noodzaak vertaalwerkzaamheden te laten uitvoeren. Hooguit dehandgeschreven Turkse tekst behoefde dan immers ter vertaling te worden aangeboden.

De unit-directeur heeft in beroep zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
Het gaat niet om het aantal pagina’s, noch de taal waarin deze gesteld zijn. Wat werd aangeboden betrof een kartonnen doos met daarin een verfomfaaid boek, met daarbij een pakket papier. Een dergelijk samengesteld pakket valt onderhet begrip boeken/tijdschriften en dient via de uitgever te worden besteld.

3. De beoordeling
De beroepscommissie gaat er op basis van de stukken en het verhandelde ter zitting vanuit dat er voor klager een boek naar de inrichting was gestuurd met daarbij gevoegd losse vellen papier met tekst, die als een geheel moetenworden beschouwd. Onder die omstandigheden valt het totale pakket te brengen onder het begrip boek. Ingevolge artikel 4.5.4. van de huisregels van de locatie Overmaze is het -voor zover hier van belang- niet toegestaan behoudensindien afkomstig van een uitgever boeken in te voeren. Anders dan via een uitgever aangeleverde lectuur wordt opgeborgen bij de fouriersafdeling.
Het beroep zal dan ook ongegrond worden verklaard.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie met verbetering van de gronden.

Aldus gedaan door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.J. van Oostveen, voorzitter, mr. J.P. Balkema en drs. M.S.H. Ridder-Padt, leden, in tegenwoordigheid van mr. I. Lispet, secretaris, op 29 maart 2005.

secretaris voorzitter

Naar boven