Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 05/0135/GA, 11 maart 2005, beroep
Uitspraakdatum:11-03-2005

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 05/135/GA

betreft: [klager] datum: 11 maart 2005

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennis genomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 7 december 2004 van de alleensprekende beklagrechter bij de locatie Almere Binnen, voorzover deze de vaststelling betreft dat geen tegemoetkoming wordt toegekend,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

De beroepscommissie heeft de directeur van voormelde locatie in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van de tegemoetkoming
De beklagrechter heeft geen tegemoetkoming vastgesteld, ondanks de gegrondverklaring van klagers beklag betreffende het niet mogen luchten op 7 november 2004, op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
Klager heeft het beroep als volgt toegelicht. Er is ten onrechte geen tegemoetkoming toegekend. In tegenstelling tot wat de directeur beweert, heeft klager geen luchtmoment geaccepteerd. Verzocht wordt om alsnog een financiëletegemoetkoming toe te kennen.

De directeur heeft zijn standpunt omtrent de tegemoetkoming niet nader toegelicht.

3. De beoordeling
Indien de rechtsgevolgen van een vernietigde beslissing niet meer ongedaan te maken zijn, kan in daarvoor in aanmerking komende gevallen een tegemoetkoming worden vastgesteld voor het door betrokkene ondervonden ongemak. Alsmaatstaf daarvoor kunnen dienen het eventueel gederfde loon en de gemiste faciliteiten. Genoemd ongemak bestond voor klager uit het missen van een luchtmoment.
De beroepscommissie gaat er vanuit dat klager een luchtmoment ter compensatie is aangeboden. Onduidelijk is of dat hij dat heeft geaccepteerd. Nu klager echter in ieder geval een extra luchtmoment is aangeboden, is er geen reden omalsnog een financiële tegemoetkoming vast te stellen. De beslissing van de beklagrechter terzake is derhalve juist. Het beroep zal dan ook ongegrond worden verklaard.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt in zoverre de uitspraak van de beklagrechter.

Aldus gedaan door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.J. van Oostveen, voorzitter, mr. J.P. Balkema en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 11 maart 2005.

secretaris voorzitter

Naar boven