Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 04/2829/GV, 7 januari 2005, beroep
Uitspraakdatum:07-01-2005

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 04/2829/GV

betreft: [klager] datum: 7 januari 2005

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennis genomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 23 november 2004 genomen beslissing van de Minister van Justitie (de Minister),

alsmede van de onderliggende stukken.

De beroepscommissie heeft de Minister in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager om zijn beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De Minister heeft klagers verzoek tot het tijdelijk verlaten van de inrichting in het kader van algemeen verlof afgewezen.

2. De standpunten
Klager heeft aangevoerd dat zijn verzoek tot het tijdelijk verlaten van de inrichting ten onrechte is afgewezen. Dit heeft hij als volgt toegelicht. De selectiefunctionaris is er bij de beoordeling van het verzoek kennelijk vanuitgegaan dat verzoeker pas de laatste zes maanden van zijn detentie in aanmerking zou komen voor verlof . Anders dan namens de Ministers is aangevoerd, verzet de officier van justitie zich niet tegen het verlenen van algemeen verlofaan klager.

Namens de Minister is de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Naar aanleiding van het nieuw verkregen advies van de officier van justitie is aan klager alsnog algemeen verlof toegekend, ingaande op 3 december 2004.

Op klagers verlofaanvraag zijn de volgende adviezen uitgebracht.
De directeur van de locatie De Marwei heeft zich onthouden van een advies ten aanzien van de verlofaanvraag.
De officier van justitie bij het arrondissementsparket te Maastricht heeft aangegeven geen bezwaar te hebben tegen een verlening van algemeen verlof.
De politie basiseenheid Heerlen Centrum / Zuid heeft aangegeven dat van hun kant geen bezwaar bestaat tegen een verlening van algemeen verlof.

3. De beoordeling
Klager ondergaat een gevangenisstraf van drie jaar met aftrek, wegens afpersing. Aansluitend dient hij nog zeven weken gevangenisstraf te ondergaan alsmede tien maanden gevangenisstraf in het kader van een tenuitvoerlegging van eeneerder voorwaardelijk opgelegde gevangenisstraf. De wettelijk vroegst mogelijke v.i.-datum valt op of omstreeks 5 augustus 2005.

Het beroep richt zich tegen de afwijzing van klagers tweede verlofaanvraag. Hij kan in totaal zes verlofaanvragen indienen.

Nu klagers (tweede) verzoek om algemeen verlof alsnog is toegewezen, heeft klager geen belang meer bij zijn beroep. Klager zal daarom niet-ontvankelijk worden verklaard in zijn beroep.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart klager niet-ontvankelijk in zijn beroep.

Aldus gedaan door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. U. van de Pol, voorzitter, mr. A.G. Bosch en mr. J.M.M. van Woensel, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.M.J.D. Maes, secretaris, op 7 januari 2005

secretaris voorzitter

Naar boven