Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 04/2486/GM, 31 december 2004, beroep
Uitspraakdatum:31-12-2004

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 04/2486/GM

betreft: [klager] datum: 31 december 2004

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 30 van de Penitentiaire maatregel (Pm) heeft kennis genomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. W.H.G. van Baarle, advocaat te Breda, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen medisch handelen door of namens de inrichtingsarts verbonden aan de penitentiaire inrichting (p.i.) Vught,

alsmede van de overige stukken, waaronder het verslag van 6 oktober 2004 van de bemiddeling door de medisch adviseur bij het ministerie van Justitie.

Ter zitting van de beroepscommissie van 3 december 2004, gehouden in de p.i. Amsterdam, is klager, bijgestaan door zijn raadsman voormeld, gehoord.
De inrichtingsarts verbonden aan de p.i. Vught heeft schriftelijk laten weten verhinderd te zijn ter zitting te verschijnen.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beroep
De klacht, zoals neergelegd in het verzoek om bemiddeling aan de medisch adviseur van 6 augustus 2004, betreft de niet adequate behandeling van klagers hyperventilatie- en diarreeklachten.

2. De standpunten van klager en de inrichtingsarts
Door en namens klager is -zakelijk weergegeven- het volgende aangevoerd.
Op 9 augustus 2004 heeft de longarts klager gezien op de poli longziekten wegens benauwdheidaanvallen. Wegens hyperventilatie kreeg hij al tranxène, oxazepam en psychologische begeleiding voorgeschreven. Klager wil geenpsychologische begeleiding omdat hij meent dat de klachten niet “tussen de oren” zitten en hij voorts absoluut geen voorstander is van de zware medicijnen die daarbij in het algemeen worden voorgeschreven. Van meet af aan heeft hijgevraagd om fysiotherapie (ademhalingstechnieken en oefeningen) en deze ook uiteindelijk gekregen, zij het in bescheiden mate, zes behandelingen, en daar heeft hij absoluut baat bij gehad. Na het stopzetten van de fysiotherapienamen de klachten weer toe en wilde men toch weer terugvallen op medicijnen. Recent is hij geplaatst op de Bijzondere Zorg Afdeling en bevindt hij zich tussen gedetineerden waar hij niet thuishoort.
Zijn medische situatie lijkt wel te zijn onderkend en therapie is ook voorgeschreven, maar men handelt hier niet naar. Door aanhoudende darmklachten en hyperventilatie is klager sterk verzwakt en is erg afgevallen. Klager ispsychisch volkomen in orde, hij voelt zich onheus bejegend en dat kan alleen maar rechtgezet worden door hem de behandeling te geven die hem toekomt.
Daarnaast heeft hij ruim drie weken last gehad van chronische diarree, waar niet adequaat op gereageerd werd.
De inrichtingsarts heeft het volgende standpunt ingenomen.
Allereerst wordt opgemerkt dat klager tegenover de inrichtingsarts en de verpleegkundige heeft aangegeven tevreden te zijn met zijn behandeling.
Op dringend verzoek van klagers raadsman is hij verwezen naar een longarts, alwaar hij op 9 augustus 2004 geweest is. De conclusie uit het onderzoek was dat klager last heeft van hyperventilatiesyndroom. Het advies van de longartswerd opgevolgd, klager heeft zowel fysiotherapie als psychologische begeleiding gehad. Medicamenteus werd het syndroom behandeld met oxazepam, later tranxène. Tevens kreeg klager emcor vanaf 7 juli 2004.
Op advies van de psychiater is hem cipramil voorgeschreven, met als gedachte een eventuele paniekstoornis te behandelen. Klager heeft geweigerd de psychiater te spreken. Op 8 september 2004 is gestart met de cipramil. De tranxène isgeleidelijk afgebouwd. Met de emcor is klager zelf gestopt.
In verband met zijn diarree klachten heeft klager vanaf 6 augustus 2004 wisselend loperamide gebruikt. Later is een kweek verricht, deze was negatief.

3. De beoordeling
De beroepscommissie stelt op basis van het verhandelde ter zitting vast dat klager ruim drie weken last heeft gehad van chronische diarree. Hiervoor kreeg hij loperamide voorgeschreven, welk middel enkel symptoombestrijdend is. Nietvalt uit de stukken af te leiden of klager op of na 26 juli 2004, de dag dat hij zijn klacht voor het eerst kenbaar maakte, deugdelijk is onderzocht of dat hem enkel loperamide is voorgeschreven. Wel staat vast dat eerst vanaf 6augustus 2004 gestart is met de loperamide. Evenmin valt uit de stukken af te leiden waarom pas in een laat stadium een kweek is gemaakt. De beroepscommissie is het voorgaande in samenhang en onderling verband bezien van oordeel dathet handelen van de inrichtingsarts ten aanzien van de diarreeklachten moet worden aangemerkt als in strijd met de in artikel 28 Pm neergelegde norm. Het beroep zal derhalve gegrond worden verklaard.
Klager zal de na te noemen tegemoetkoming worden toegekend.
Ten aanzien van de hyperventilatieklachten stelt de beroepscommissie vast dat hierop snel, accuraat en adequaat is gereageerd. Hoewel klager meent dat er van enige psychische component geen sprake is, merkt de beroepscommissie opdat er voldoende reden is te veronderstellen dat deze daadwerkelijk aanwezig is en de bij klager geconstateerde hyperventilatie deel uitmaakt van een angststoornis. Klager heeft er daarbij zelf voor gekozen enkele in dit verbandvoorgeschreven medicijnen niet te slikken. De beroepscommissie is daarom van oordeel dat het handelen van de inrichtingsarts ten aanzien van de hyperventilatieklachten niet kan worden aangemerkt als in strijd met de in artikel 28Pm neergelegde norm. Het beroep dienaangaande zal derhalve ongegrond worden verklaard.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ten aanzien van de diarreeklachten gegrond.

Zij bepaalt de aan klager ten laste van de p.i. Vught toekomende tegemoetkoming op
€ 15,-.

De beroepscommissie verklaart het beroep ten aanzien van de hyperventilatieklachten ongegrond.

Aldus gedaan door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. Chr.M. Aarts, voorzitter, M.F. van Brederode-Zwart, huisarts en R. Vogelenzang, huisarts, leden, in tegenwoordigheid van mr. I. Lispet, secretaris, op 31 december2004

secretaris voorzitter

Naar boven