Nummer: 04/2135/GB
Betreft: [klager] datum: 17 november 2004
De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennis genomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. A.M. Seebregts, namens
[...], verder te noemen klager,
gericht tegen een op 31 augustus 2004 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,
alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.
Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.
1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot overplaatsing naar een huis van bewaring (h.v.b.) te Rotterdam aanvankelijk afgewezen.
2. De feiten
Klager is sedert 2 juni 2004 gedetineerd. Hij verbleef in het h.v.b. De Boschpoort te Breda. Vanuit dit h.v.b. is hij op 15 oktober 2004 geherselecteerd voor het h.v.b. Noordsingel te Rotterdam. Deze overplaatsing was ten tijde vanhet instellen van het beroep nog niet gerealiseerd.
3. Ontvankelijkheid
Nu klager overeenkomstig zijn wens alsnog is geselecteerd voor een h.v.b. te Rotterdam, is de beroepscommissie van oordeel dat het belang aan zijn beroep is komen te ontvallen. Om deze reden dient klager niet-ontvankelijk te wordenverklaard in zijn beroep.
4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart klager niet-ontvankelijk in zijn beroep.
Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.R. Meijeringh, voorzitter, mr. A.G. Bosch en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 17 november 2004
secretaris voorzitter