Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 04/1231/GM, 27 september 2004, beroep
Uitspraakdatum:27-09-2004

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 04/1231/GM

betreft: [klager] datum: 27 september 2004

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 30 van de Penitentiaire maatregel (Pm) heeft kennis genomen van een op 9 juni 2004 bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen medisch handelen door of namens de inrichtingsarts verbonden aan de penitentiaire inrichting (p.i.) Vught,

alsmede van de overige stukken, waaronder het verslag d.d. 27 mei 2004 van de bemiddeling door de medisch adviseur bij het ministerie van Justitie.

Ter zitting van de beroepscommissie van 2 augustus 2004, gehouden in de p.i. Amsterdam, is klager gehoord.

De inrichtingsarts verbonden aan de p.i. Vught is zonder bericht van verhindering niet ter zitting verschenen.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beroep
De klacht, zoals neergelegd in het verzoek om bemiddeling aan de medisch adviseur d.d. 20 maart 2004, betreft de weigering tot verstrekking van Metamucil.

2. De standpunten van klager en de inrichtingsarts
Klager heeft het volgende aangevoerd.
Klager heeft last van darmkrampen en koortsaanvallen. Daartegen helpt Metamucil goed. Klager betwist te hebben gezegd dat hij geen baat bij dat middel had. Dit middel kreeg hij wel in andere penitentiaire inrichtingen, maar nu inVught niet meer. Intussen heeft hij achtereenvolgens drie niet werkzame soorten medicatie gekregen, waaronder Legendal granulaat 12 g. Op 10 maart 2004 kreeg hij het vierde medicijn: Movicolon, dat evenmin hielp. Op 19 maart 2004kreeg hij opnieuw Legendal, overigens met hetzelfde gebrek aan effect, terwijl de arts wist dat Legandal niet hielp. De staat sluit klager op, is daarmee verantwoordelijk voor hem en moet dan ook de medicijnkosten betalen. Klager isafgestraft en verdient € 13,- per week. Hij komt al geld tekort en een doosje Metamucil kost bijna
€ 6,-.

De inrichtingsarts heeft het volgende standpunt ingenomen.
Klager is bekend met I(rritable)B(owel)S(yndrome). Hij kreeg Metamucil, generiek psylliumvezels, doch meldde op 10 maart 2004 dat dat niet hielp. Vervolgens is hem Movicolon aangeboden. Dat wordt vergoed en heeft dezelfde indicatieals Metamucil. Op 13 april 2004 is klager bij gebreke van resultaat gestart met tweemaal een Duspatal retard. De arts heeft geen bezwaar om op klagers kosten het gebruik van Metamucil te doen hervatten. Klager heeft deinrichtingsarts na de bemiddeling niet meer geconsulteerd, maar wel een nieuwe klacht over hetzelfde onderwerp ingediend.

3. De beoordeling
Ingevolge de circulaire Geneesmiddelenvoorziening in justitiële inrichtingen, kenmerk 583936/96/DJI d.d. 4 september 1997 dienen vanwege de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport vast te stellen regelingen te dienen alsleidraad voor de medicatiekeuze door de inrichtingsarts.
Met ingang van 1 januari 2004 heeft de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport wijzigingen aangebracht in de vergoeding van geneesmiddelen en medische hulpmiddelen. Sedertdien wordt een aantal van deze middelen niet meer doorhet ziekenfonds vergoed en moet de patiënt deze zelf betalen, ook indien de arts deze middelen langdurig voorschrijft. Ten tijde van het indienen van de klacht weigerde de inrichtingsarts de door klager verlangde Metamucil aanklager voor te schrijven. Zijn klacht is tegen deze weigering gericht.
Vast staat dat Metamucil wordt aangemerkt als een zelfzorggeneesmiddel, waarvan de kosten, ook als het op voorschrift is, niet worden vergoed. Gebleken is dat de arts klager in verband met diens IBS andere gelijkwaardige medicatieheeft voorgeschreven, die wel wordt vergoed maar over welker werking klager ontevreden is. Naar het oordeel van de beroepscommissie kan het hiervoor omschreven handelen van de inrichtingsarts niet worden aangemerkt als in strijd metde zorg die de inrichtingsarts in die hoedanigheid ten opzichte van klager behoorde te betrachten. Klagers stelling dat hij eerder in andere inrichtingen wel Metamucil kreeg voorgeschreven doet hieraan niet af. Het beroep zal danook ongegrond worden verklaard.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gedaan door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. Chr.M. Aarts, voorzitter, M.F. van Brederode-Zwart, huisarts en drs. S.H. Hartman-Faber, leden, in tegenwoordigheid van mr. E. van der Waal-van der Linden,secretaris, op 27 september 2004

secretaris voorzitter

Naar boven