Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 04/1694/GB, 15 september 2004, beroep
Uitspraakdatum:15-09-2004

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 04/1694/GB

Betreft: [klager] datum: 15 september 2004

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennis genomen van een op 20 juli 2004 bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], geboren op [1961], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 19 juli 2004 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing over te plaatsen naar de gevangenis Zutphen ongegrond verklaard.

2. De feiten
2.1. Klager is sedert 13 maart 1998 gedetineerd. Hij verbleef in gevangenis Veenhuizen. Op 4 augustus 2004 is hij overgeplaatst naar de gevangenis Zutphen, waar een regime van algehele gemeenschap geldt.

2.2. Klager ondergaat een gevangenisstraf van 12 jaar met aftrek. De tenuitvoerlegging van deze straf is aangevangen op 30 maart 1999. De wettelijk vroegst mogelijke v.i.-datum valt op of omstreeks 10 februari 2006.

3. De standpunten
3.1. Door klager is het beroep tegen de bestreden beslissing van de selectiefunctionaris als volgt toegelicht.
Klager, die per 19 augustus 2004 voor detentiefasering in aanmerking komt, wil graag worden overgeplaatst naar een zeer beperkt beveiligde inrichting (z.b.b.i.) dan wel in aanmerking komen voor een penitentiair programma (p.p.). Hemis gezegd dat als hij voor een p.p. in aanmerking wil komen, hij eerst een intake moet doen bij de Tender in Deventer. Klager ziet niet in waarvoor hij een behandeling nodig heeft. Hij heeft het gevoel van het kastje naar de muurgestuurd te worden.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Klager komt in aanmerking voor een z.b.b.i./p.p. traject. Echter, alleen als hij instemt met een aanmelding bij de Tender. Als de Tender tot de conclusie komt dat een behandeling noodzakelijk is, zal, wat de reclassering betreft,tijdens het p.p. een behandeling het belangrijkste onderdeel zijn. Mocht de Tender tot de conclusie komen dat behandeling niet nodig is, dan zal de reclassering samen met klager op zoek gaan naar een andere invulling.
Klager echter wenste aanvankelijk niet zijn medewerking te verlenen aan een intake door de Tender, omdat hij hoe dan ook geen behandeling wenst te ondergaan. Op basis van die gegevens is besloten klager niet in aanmerking te latenkomen voor het voorgenomen traject, maar hem, op eigen verzoek, over te plaatsen naar de gevangenis Zutphen.

4. De beoordeling
4.1. De gevangenis Zutphen is een gevangenis voor mannen met een regime van algehele gemeenschap en een normaal beveiligingsniveau.

4.2. Ingevolge artikel 2, derde lid van de Regeling selectie plaatsing en overplaatsing gedetineerden kunnen, voor zover hier van belang, voor plaatsing in een z.b.b.i. in aanmerking komen, gedetineerden ten aanzien van wie een doorde selectiefunctionaris akkoord bevonden voorstel voor deelname aan een p.p. aanwezig is. Klager weigert te voldoen aan de door de reclassering gestelde voorwaarde voor het opstellen van een voorstel voor deelname aan een p.p.,inhoudende mee te werken aan een intake bij de Tender. Gelet hierop is de op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris, nu klager voldoet aan de voor de onder 4.1 genoemde inrichting geldendecriteria en heeft aangegeven niet te willen voldoen aan de voorwaarde voor plaatsing in een z.b.b.i., niet in strijd met de wet en kan, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, evenmin als onredelijk of onbillijk wordenaangemerkt.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.R. Meijeringh, voorzitter, mr. A.G. Bosch en dr. G.J. Fleers, leden, in tegenwoordigheid van mr. I. Lispet, secretaris, op 15 september 2004

secretaris voorzitter

Naar boven