Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 04/0465/GM, 26 juli 2004, beroep
Uitspraakdatum:26-07-2004

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 04/465/GM

betreft: [klager] datum: 26 juli 2004

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 30 van de Penitentiaire maatregel (Pm) heeft kennis genomen van een op 8 maart 2004 bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen medisch handelen door of namens de inrichtingsarts verbonden aan de penitentiaire inrichtingen (p.i.) Achterhoek, locatie Ooyerhoek te Zutphen,

alsmede van de overige stukken, waaronder het verslag d.d. 24 februari 2004 van de bemiddeling door de medisch adviseur bij het ministerie van Justitie.

Ter zitting van de beroepscommissie van 11 juni 2004, gehouden in de p.i. Amsterdam, is klager gehoord. Zijn raadsman mr. M. Gavami heeft schriftelijk bericht niet bij de behandeling aanwezig te zijn. De inrichtingsarts verbondenaan de locatie Ooyerhoek heeft schriftelijk laten weten verhinderd te zijn ter zitting te verschijnen.
Klager is in de gelegenheid gesteld binnen twee weken aan de Raad te berichten of een, en zo ja welke, advocaat zijn belangen zal behartigen. Op 29 juni 2004 is op het secretariaat namens klager een rectie ontvangen waarin isweergegeven dat klager tot nog toe geen advocaat heeft gevonden die hem wil bijstaan. Gelet op deze mededeling zal de zaak, zoals ter zitting is afgesproken, worden afgedaan.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beroep
De klacht, zoals neergelegd in het verzoek om bemiddeling aan de medisch adviseur d.d. 15 januari 2004, betreft de behandeling door de medische dienst van diverse eerdere inrichtingen van verblijf.

2. De standpunten van klager en de inrichtingsarts
Klager heeft zijn klacht als volgt toegelicht.
Hij is sedert 1993 al ziek. Na een onderzoek op 6 januari 2004 bleken er ontstekingscellen in zijn urine te zitten. Daarvoor heeft hij een antibioticakuur voorgeschreven gekregen. Er blijkt dus wel degelijk iets niet in orde tezijn. De medische diensten van de eerdere inrichtingen zijn derhalve onzorgvuldig geweest. Hij wil goed worden onderzocht door een arts en een psycholoog.

De inrichtingsarts heeft zijn standpunt als volgt nader toegelicht. Klager geeft zelf aan dat de klacht niet tegen de inrichtingsarts van de locatie Ooyerhoek is gericht, maar tegen de artsen van de inrichtingen waar hij eerderverbleef.

3. De beoordeling
De beroepscommissie overweegt op basis van de stukken en het verhandelde ter zitting als volgt. Reeds bij uitspraak van de Raad van 3 juni 2002, nummer 02/170/GM, is geoordeeld dat het handelen van de inrichtingsarts verbonden aanhet huis van bewaring de Leuvense Poort te ’s-Hertogenbosch, waar klager destijds verbleef, niet als in strijd met de in artikel 28 PM neergelegde norm kan worden aangemerkt. Sindsdien is klagers urine regelmatig onderzocht. Eenmaalheeft klager een antibioticakuur voorgeschreven gekregen. Deze kuur werd voorgeschreven om klagers klachten te doen verminderen. Het voorschrijven van deze kuur impliceert niet, zoals klager ten onrechte veronderstelt, dat eerdereonderzoeken door diverse artsen onjuist of onvolledig zouden zijn geweest. Tevens wordt klager in verband met zijn psychische problemen regelmatig gezien in het psychomedisch overleg.
De beroepscommissie is het voorgaande in samenhang en onderling verband bezien van oordeel dat het handelen van de inrichtingsarts niet kan worden aangemerkt als in strijd met de in artikel 28 Pm neergelegde norm. Het beroep zalderhalve ongegrond worden verklaard. Voorzover het beroep (ook) tegen het medisch handelden van artsen in andere inrichtingen is gericht is het - reeds wegens termijnoverschrijding – niet ontvankelijk.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.
.

Aldus gedaan door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. Chr.M. Aarts, voorzitter, drs. M.F. van Brederode-Zwart en R. Vogelenzang, leden, in tegenwoordigheid van mr. I. Lispet, secretaris, op 27 juli 2004

secretaris voorzitter

Naar boven