Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 04/1017/GA, 16 juli 2004, beroep
Uitspraakdatum:16-07-2004

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 04/1017/GA

betreft: [klager] datum: 16 juli 2004

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennis genomen van een op 17 mei 2004 bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak d.d. 3 mei 2004 van de alleensprekende beklagrechter bij de penitentiaire inrichtingen (p.i.) Utrecht, locatie Nieuwegein,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

De beroepscommissie heeft de directeur van voormelde p.i. in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagrechter
Het beklag betreft de plaatsing van klager in een meerpersoonscel.

De beklagrechter heeft het beklag gegrond verklaard en bepaald dat klager voor iedere dag dat hij op basis van de beslissing van de directeur van 2 april 2004 ten onrechte in een meerpersoonscel geplaatst is geweest en geplaatstwordt gehouden, wordt gecompenseerd met een bedrag van € 5,-. Een en ander op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
Klager heeft het tegenover de beklagrechter ingenomen standpunt in beroep als volgt toegelicht.
De beklagrechter heeft de klacht gegrond verklaard en bepaald dat de beslissing van de directeur niet rechtsgeldig is. Dan verwacht je dat er daadwerkelijk iets in de situatie verandert in plaats van dat er een schikking van € 5,-per dag wordt aangeboden.

De directeur heeft zijn standpunt, zoals ingenomen tegenover de beklagrechter, in beroep niet toegelicht.

3. De beoordeling
Met de beklagrechter en op de door deze aangevoerde gronden is de beroepscommissie van oordeel dat de beslissing van de directeur om klager tegen zijn wil in een meerpersoonscel te plaatsen en geplaatst te houden in strijd is meteen wettelijk voorschrift.
Met recht heeft de beklagrechter dan ook het beklag gegrond verklaard en de beslissing van de directeur vernietigd. In de omstandigheden van het geval, waaronder het voortduren van de gewraakte beslissing en de aard van het beklaghad de beklagrechter aanleiding dienen te vinden toepassing te geven aan het bepaalde in artikel 68, derde lid, aanhef en sub a) of b) Pbw. Nu dit niet gebeurd is, moet klager ontvankelijk worden verklaard in zijn beroep en dientals na te melden te worden beslist.

4. De uitspraak
De beroepscommissie vernietigt de uitspraak van de beklagrechter, verklaart het beklag gegrond en vernietigt de beslissing van de directeur van 2 april 2004.
Zij draagt de directeur op een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van deze uitspraak.
Zij kent aan klager een tegemoetkoming toe van € 5,= voor ieder dag dat klager in een meerpersoonscel geplaatst is geweest en geplaatst wordt gehouden.

Aldus gedaan door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.J. van Oostveen, voorzitter, mr. J.P. Balkema en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van
mr. I. Lispet, secretaris, op 16 juli 2004

secretaris voorzitter

Naar boven