Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 04/0988/GB, 25 juni 2004, beroep
Uitspraakdatum:25-06-2004

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 04/988/GB

Betreft: [klager] datum: 25 juni 2004

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennis genomen van een op 14 mei 2004 bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], geboren op [1972], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 27 april 2004 genomen, en op 10 mei 2004 aan klager uitgereikte beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot overplaatsing naar een huis van bewaring (h.v.b.) in Amsterdam afgewezen.

2. De feiten
Klager is sedert 29 juni 1999 gedetineerd. Hij verblijft als preventief gehechte in het h.v.b. Zuyder Bos te Heerhugowaard.

3. De standpunten
3.1. Klager heeft zijn beroep als volgt toegelicht. Hij heeft om overplaatsing naar een h.v.b. in Amsterdam gevraagd, omdat het alleen daar voor zijn zieke vader mogelijk is om hem te bezoeken.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt toegelicht.
Klager is weliswaar gedetineerd voor het gerechtshof te Amsterdam, maar komt, in verband met een tekort aan celcapaciteit voor zaken van het Amsterdamse parket, niet in aanmerking voor overplaatsing naar Amsterdam. In de beslissingis aangegeven dat een nieuw verzoek in overweging zal worden genomen wanneer klager dat verzoek met een medische verklaring onderbouwt. De selectiefunctionaris heeft daarbij tevens aangegeven de wettelijke termijn van zes maanden,die geldt voor het indienen van een tweede verzoek na afwijzing van een eerder verzoek, in dit geval niet in acht te zullen nemen. Overigens blijkt uit een brief van het Bureau Jeugdzorg te Zaandam dat geprobeerd wordt voor klagersvader rondom de zomervakantie woonruimte te krijgen in Kampen. Klager zou dan om terugplaatsing kunnen vragen naar het h.v.b. Lelystad, waar hij verbleef voordat hij op eigen verzoek werd overgeplaatst naar het h.v.b. Zuyder Bos.

4. De beoordeling
4.1. Klager behoort, gelet op zijn status als preventief gehechte, tot de categorie gedetineerden voor opneming van wie de huizen van bewaring zijn bestemd.

4.2. Klager heeft om overplaatsing verzocht in verband met de bezoekmogelijkheden van zijn zieke vader. Klager heeft echter geen medische verklaring overgelegd, waaruit blijkt hoe het met de gezondheid van zijn vader is gesteld.De selectiefunctionaris heeft met name dit aspect aan zijn afwijzende beslissing ten grondslag gelegd en daarbij tevens aangegeven bereid te zijn een nieuw verzoek in overweging te zullen nemen wanneer dit wordt gestaafd met eenmedische verklaring.

4.3. De beroepscommissie is van oordeel dat de op onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris niet in strijd is met de wet en, tegen de achtergrond van het onder 4.2 overwogene, evenmin alsonredelijk of onbillijk kan worden aangemerkt. Het beroep zal dan ook ongegrond worden verklaard.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema, voorzitter, mr. A.G. Bosch en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van mr. P.N.E. Plooij, secretaris, op 25 juni 2004

secretaris voorzitter

Naar boven