Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 04/0767/SGA, 4 mei 2004, schorsing
Uitspraakdatum:04-05-2004

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 04/767/SGA

betreft: [klager] datum: 4 mei 2004

De voorzitter van de beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw), heeft kennis genomen van een op 21 april 2004 bij het secretariaat van de Raad ingekomen verzoekschrift,ingediend door mr. D.J. van der Ziel, namens

[...], verder verzoeker te noemen, verblijvende in de locatie Nieuwegein.

Verzoeker vraagt om schorsing, met toepassing van artikel 70, tweede lid Pbw, van de tenuitvoerlegging van de uitspraak d.d. 5 april 2004 van de alleensprekende beklagrechter bij voormelde locatie, gegeven op het door hem ingediendebeklag.

Het beklag betreft de plaatsing van verzoeker in een meerpersoonscel.
De beklagrechter heeft het beklag gegrond verklaard. Verzoeker is hiertegen in beroep gegaan.

De voorzitter heeft kennis genomen van bedoelde uitspraak van de beklagcommissie en de onderliggende stukken, alsook van de schriftelijke reactie van de directeur van voornoemde locatie op het schorsingsverzoek.

1. De standpunten van verzoeker en van de directeur
Namens verzoeker is het verzoek schriftelijk toegelicht. Daarbij is het volgende aangevoerd. Ingevolge de uitspraak van de beklagcommissie van 5 april 2004 is de beslissing van de directeur om verzoeker op een meerpersoonscel teplaatsen vernietigd. Deze beslissing wordt echter tegelijkertijd in stand gehouden door verzoeker een compensatie te bieden voor iedere dag die verzoeker ten onrechte in een meerpersoonscel is geplaatst en geplaatst wordt gehouden.Verzoeker verblijft op dit moment nog steeds op een meerpersoonscel, ondanks de conclusie van de beklagcommissie dat deze plaatsing in strijd is met de wet. Nu de beklagcommissie de directeur niet heeft opgedragen een nieuwebeslissing te nemen met inachtneming van de uitspraak van de beklagcommissie dan wel te bepalen dat de uitspraak van de beklagcommissie in de plaats treedt van de vernietigde beslissing, zal verzoeker vooralsnog geplaatst blijven opeen meerpersoonscel. Deze situatie is voor verzoeker niet alleen onwenselijk, maar belangrijker nog, in strijd met de wet en dient derhalve te worden opgeheven. Mede op grond hiervan heeft de voorzitter van de beroepscommissie ineen tweetal andere zaken (kenmerken 04/659/SGA en 04/660/SGA) besloten tot schorsing van de beslissing tot plaatsing in een meerpersoonscel. Gelet op het feit dat in deze zaak sprake is van hetzelfde feitencomplex ligt in deze zaakschorsing eveneens voor de hand. Verzocht wordt derhalve de uitspraak van de beklagcommissie te schorsen voor zover deze uitspraak de feitelijke gevolgen van de bestreden beslissing van de directeur in stand laat. Met de beslissingvan de beklagcommissie wordt de feitelijke situatie van de plaatsing op een meerpersoonscel immers niet gewijzigd.

Uit de inlichtingen van de directeur komt onder meer het volgende naar voren.
Hoewel het beklag van verzoeker inzake zijn plaatsing op een meerpersoonscel door de beklagcommissie gegrond is verklaard, is het voor de locatie Nieuwegein niet mogelijk verzoeker te verplaatsen naar een gewone eenpersoonscel. Hetlandelijke cellengebrek noodzaakt het departement de locatie Nieuwegein op te dragen om alle 45 meerpersoonscellen dubbel te bezetten. Slechts enkele van deze cellen zijn thans door vrijwilligers bezet; meer vrijwilligers zijn erniet. Het verplaatsen van verzoeker naar een eenpersoonscel zou betekenen dat een andere gedetineerde verplicht moet worden de plaats van verzoeker in te nemen. Dit verdraagt zich ook niet met artikel 21 van de Pbw. Indien verzoekerverlangt (of als de Raad beslist) dat zijn plaatsing op een meerpersoonscel met onmiddellijke ingang geschorst wordt, zal verzoeker in een afzonderingscel worden geplaatst. Indien verzoeker van daaruit verzoekt om teruggeplaatst teworden naar de meerpersoonscel, zal dit verzoek worden gehonoreerd.

2. De beoordeling
De beklagcommissie heeft geoordeeld dat nu verzoeker, die verblijft in een regime van beperkte gemeenschap, niet heeft ingestemd met de plaatsing in een meerpersoonscel, de beslissing van de directeur om hem tegen zijn wil in eenmeerpersoonscel te plaatsen en geplaatst te houden in strijd is met een wettelijk voorschrift en het beklag van verzoeker vervolgens gegrond verklaard met vernietiging van de plaatsingsbeslissing van de directeur. De voorzitter isvoorshands van oordeel dat uit deze beslissing van de beklagcommissie impliciet volgt dat de directeur gehouden is aan de feitelijke situatie van plaatsing op een meerpersoonscel, waarvan de beklagcommissie immers heeft geoordeelddat deze in strijd is met de wet, een einde te maken en er voor dient te zorgen dat verzoeker in een eenpersoonscel wordt geplaatst. Aan de verzochte schorsing komt de voorzitter derhalve niet toe.

3. De uitspraak
De voorzitter wijst het verzoek tot schorsing af.

Aldus gedaan door mr. Y.A.J.M. van Kuijck, voorzitter, in tegenwoordigheid van B.A. Bogaars, secretaris, op 4 mei 2004.

secretaris voorzitter

Naar boven