Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 04/0234/GB, 23 april 2004, beroep
Uitspraakdatum:23-04-2004

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 04\234\GB

betreft: [klager] datum: 23 april 2004

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennis genomen van een op 10 februari 2004 bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift en een op 19 februari 2004ingekomen nadere toelichting op het beroepschrift, ingediend door mr. J.B. Boone, namens

[...], geboren op [1962], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 4 februari 2004 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Klager is, bijgestaan door zijn raadsman mr. J.B. Boone, op 2 april 2004 door een lid van de Raad gehoord.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft beslist tot verlenging van klagers verblijf als afgestrafte in de extra beveiligde inrichtingen (e.b.i.) Nieuw Vosseveld te Vught.

2. De feiten
2.1. Klager is op 20 juni 2002 in Bulgarije aangehouden ter fine van uitlevering aan Nederland. Op 16 augustus 2002 is hij aan Nederland uitgeleverd en in de e.b.i. geplaatst. Op 4 februari 2004 heeft de selectiefunctionarisbeslist tot verlenging van klagers verblijf als afgestrafte in de e.b.i..

2.2. Klager onderging een resterend deel van een gevangenisstraf van drie jaar met aftrek wegens poging tot doodslag. Deze straf is geëindigd op 20 maart 2004. Sinds 20 maart 2003 is klager als preventief gehechte in de e.b.i.geplaatst.

3. De standpunten
3.1. Door en namens klager is de verlenging van klagers verblijf in de e.b.i. gemotiveerd betwist.

3.2. Uit de inlichtingen namens de Minister komt naar voren dat het noodzakelijk is om klager te handhaven in de e.b.i.-gevangenis.

4. De beoordeling
Namens de Minister is beslist om klagers verblijf als afgestrafte in de extra beveiligde inrichtingen (e.b.i.) gevangenis Nieuw Vosseveld te Vught te verlengen. Nu klagers straf echter met ingang van 20 maart 2004 geëindigd is enklager thans preventief gehecht is de beroepscommissie van oordeel dat de beslissing niet (meer) op goede gronden rust. Derhalve zal de beroepscommissie de beslissing vernietigen en de selectiefunctionaris opdragen een nieuwebeslissing te nemen met inachtneming van deze uitspraak binnen een termijn van een week na ontvangst daarvan.
De beroepscommissie zal in een afzonderlijke beslissing, na de selectiefunctionaris te hebben gehoord, bepalen of enige tegemoetkoming aan klager geboden is.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond en vernietigt de bestreden
beslissing.
Zij draagt de selectiefunctionaris op een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van haar uitspraak binnen een termijn van een week na ontvangst daarvan.
Zij zal in een afzonderlijke beslissing, na de selectiefunctionaris te hebben gehoord, bepalen of enige tegemoetkoming aan klager geboden is.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.R. Meijeringh, voorzitter, mr. A.G. Bosch en dr G.J. Fleers, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 23 april 2004

secretaris voorzitter

Naar boven