Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 04/0084/GV, 24 februari 2004, beroep
Uitspraakdatum:24-02-2004

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 04/84/GV

betreft: [klager] datum: 24 februari 2004

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennis genomen van een op 19 januari 2004 bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. B.Th.Nooitgedagt, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 12 januari 2004 genomen beslissing van de Minister van Justitie (de Minister),

alsmede van de onderliggende stukken.

De beroepscommissie heeft de Minister in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager alsmede zijn raadsman om zijn beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De Minister heeft klagers verzoek tot het tijdelijk verlaten van de inrichting in het kader van algemeen verlof afgewezen.

2. De standpunten
Door en namens klager is aangevoerd dat zijn verzoek tot het tijdelijk verlaten van de inrichting ten onrechte is afgewezen. Dit is als volgt toegelicht. De selectiefunctionaris heeft weer dezelfde motivering gebruikt als bij deeerste verlofaanvraag. Klager begrijpt de afwijzing niet, omdat hij een goede vader voor zijn kinderen wil zijn en zijn leven weer wil oppakken. Hij volgt sinds 23 december 2003 een cursus om zichzelf beter te leren beheersen endaarvoor krijgt hij elke week incidenteel verlof om naar de Waag te Amsterdam te gaan. Medio maart 2004 gaat hij deelnemen aan een penitentiair programma met toepassing van elektronisch toezicht en hij heeft al een baan.

Namens de Minister is de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Klager heeft zich ernstig misdragen tijdens eerder aan hem verleende vrijheden in detentie. Hij is betrokken geweest bij een schietpartij waarvoor hij is veroordeeld. Bij de afwijzing van klagers eerste verlofaanvraag is hemmedegedeeld dat hij tijdens deze detentie geen verlof krijgt. Wel mag hij deelnemen aan een penitentiair programma met toepassing van elektronisch toezicht onder de voorwaarde dat hij zich onder behandeling stelt, hetgeen isgebeurd. De selectiefunctionaris gaat er vanuit dat de inrichting akkoord is met deze visie en dus negatief staat tegenover verlof. Nu klager tegen de eerste afwijzing niet in beroep is gegaan en zich onder behandeling heeftgesteld, wordt aangenomen dat ook klager het met voornoemde regeling eens is.

Voor klagers huidige verlofaanvraag zijn door de inrichting niet opnieuw adviezen opgevraagd. Uit nader telefonisch verkregen inlichtingen van de locatie Zuyder Bos te Heerhugowaard blijkt dat klager elke week onbegeleid naarAmsterdam afreist voor het volgen van de cursus, dat dit goed verloopt en dat een selectievoorstel voor deelname van klager aan een penitentiair programma met toepassing van elektronisch toezicht wordt voorbereid.
Bij de eerste verlofaanvraag adviseerde de locatie Zwaag negatief, bestond vanuit het openbaar ministerie bezwaar tegen verlof en had de politie geen bezwaar tegen het opgegeven verlofadres.

3. De beoordeling
Klager ondergaat thans een gevangenisstraf van dertig maanden met aftrek, wegens doodslag, zware mishandeling en overtreding van de Wet wapens en munitie. Aansluitend dient hij het restant van een gevangenisstraf van vier jaar enzes maanden met aftrek te ondergaan. De wettelijk vroegst mogelijke v.i.-datum valt op of omstreeks 21 november 2004. Aansluitend dient hij eventueel een dag gijzeling op grond van de Wet administratiefrechtelijke handhavingverkeersvoorschriften te ondergaan.

Het beroep richt zich tegen de afwijzing van klagers tweede verlofaanvraag. Hij kan in totaal zes verlofaanvragen indienen.

De Minister heeft de verlofaanvraag afgewezen met verwijzing naar het feit dat klager tijdens een verlof opnieuw een strafbaar feit heeft gepleegd en hiervoor is veroordeeld. Gelet hierop krijgt klager tijdens deze detentie geenverlof. De beroepscommissie overweegt dat bij elke verlofaanvraag een afweging dient te worden gemaakt tussen enerzijds het belang van de gedetineerde bij een goede en tijdige voorbereiding van zijn terugkeer in de maatschappij enanderzijds het belang van de samenleving bij een ongestoorde tenuitvoerlegging van de opgelegde straf. De Minister laat zich hierbij informeren door de inrichting van verblijf en betrekt bij zijn besluitvorming de adviezen vanpolitie en openbaar ministerie. Het kan niet zo zijn dat een gedetineerde bij voorbaat algemeen verlof wordt geweigerd gedurende zijn gehele detentie. De beroepscommissie stelt vast dat zich ten aanzien van klager nieuwe feiten enomstandigheden voordoen. Klager verlaat sinds december 2003 wekelijks onbegeleid de inrichting om een cursus te volgen bij de Waag te Amsterdam ter beheersing van zijn agressiviteit, hetgeen goed verloopt. De selectiefunctionaris isvoornemens klager deel te laten nemen aan een penitentiair programma met toepassing van elektronisch toezicht. Hiertoe wordt door de inrichting een selectievoorstel voorbereid. Gelet op het vorenstaande en het gegeven dat hetopenbaar ministerie hieromtrent niet is geïnformeerd en niet opnieuw om advies is gevraagd, is de beroepscommissie van oordeel dat sprake is van een onzorgvuldig genomen beslissing. Derhalve dient de bestreden beslissing te wordenvernietigd. De Minister zal worden opgedragen een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van deze uitspraak.
De beroepscommissie acht geen termen aanwezig voor het toekennen van een tegemoetkoming.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond en vernietigt de bestreden beslissing.
Zij draagt de Minister op binnen twee weken een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van haar uitspraak.
Zij acht geen termen aanwezig voor het toekennen van een tegemoetkoming.

Aldus gedaan door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. U. van de Pol, voorzitter, mr. A.G. Bosch en mr. J.M.M. van Woensel, leden, in tegenwoordigheid van mr. S. Jousma, secretaris, op 24 februari 2004

secretaris voorzitter

Naar boven