Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ S-20/4484/SGA, 6 oktober 2020, schorsing
Uitspraakdatum:06-10-2020

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Nummer          S-20/4484/SGA                           

Betreft verzoeker        Datum 6 oktober 2020

Uitspraak van de voorzitter van de beroepscommissie van de RSJ op het verzoek van verzoeker (hierna: verzoeker)

1. De procedure

De directeur van de Penitentiaire Inrichting (PI) Middelburg (hierna: de directeur) heeft verzoekers verlof ingetrokken.

Verzoekers raadsvrouw, mr. S. van Minderhout, vraagt namens verzoeker om schorsing van de (verdere) tenuitvoerlegging daarvan.

De voorzitter heeft kennisgenomen van de reactie van de directeur op het schorsingsverzoek en van het klaagschrift (MN-2020-000519).

2. De beoordeling

De voorzitter stelt voorop dat bij een verzoek om schorsing van de tenuitvoerlegging van een beslissing van de directeur slechts ruimte bestaat voor een voorlopige beoordeling. De zaak kan dus niet ten gronde worden onderzocht. De voorzitter beoordeelt alleen of de beslissing waartegen beklag is ingesteld in strijd is met een wettelijk voorschrift of dat deze zodanig onredelijk of onbillijk is dat er een spoedeisend belang is om op dit moment de (verdere) tenuitvoerlegging van die beslissing te schorsen. Naar het oordeel van de voorzitter is dat het geval.

Namens verzoeker is aangevoerd dat het intrekken van het toegekende verlof onredelijk en onbillijk is. Verzoeker betwist dat hij zich niet aan de afspraken heeft gehouden en geeft aan dat er geen sprake is van onbetrouwbaarheid. Hij wenst graag bij de bevalling zijn partner aanwezig te kunnen zijn. 

Uit de inlichtingen van de directeur volgt dat verzoeker verbleef in de Kleinschalige Voorziening Middelburg (KVM). Verzoeker is recent vanuit de KVM teruggeplaatst naar een reguliere afdeling in de PI Middelburg (RSJ 29 september 2020, S-20/4431/SGA). De directeur voert aan dat verzoeker - ondanks waarschuwingen - niet betrouwbaar is gebleken in het nakomen van afspraken. Gelet hierop heeft de directeur de beslissing tot het toekennen van verlof aan verzoeker, om bij de bevalling van zijn partner aanwezig te kunnen zijn, ingetrokken. Het feit dat verzoekers partner op korte termijn zal gaan bevallen heeft verzoeker er niet van weerhouden zich niet aan de gemaakte afspraken te houden, aldus de directeur.

De voorzitter overweegt als volgt.

Als gevolg van het feit dat verzoeker zich niet aan de afspraken heeft gehouden is verzoeker teruggeplaatst naar een reguliere afdeling van de PI Middelburg. Daarnaast is ook zijn bevallingsverlof ingetrokken.

Een bevalling is een belangrijke gebeurtenis, die nooit meer overgedaan kan worden. Gelet daarop heeft verzoeker een zwaarwegend persoonlijk belang bij een bevallingsverlof. Naar het voorlopig oordeel van de voorzitter is de beslissing tot het intrekken van het bevallingsverlof daarom, naast de beslissing tot terugplaatsing van verzoeker vanuit het KVM naar een reguliere afdeling van de PI Middelburg, een onredelijke beslissing. Gelet op het voorgaande zal de voorzitter het verzoek toewijzen en de tenuitvoerlegging van de bestreden beslissing schorsen met onmiddellijke ingang.

3. De uitspraak

De voorzitter wijst het verzoek toe en schorst de tenuitvoerlegging van de bestreden beslissing met onmiddellijke ingang.

Deze uitspraak is op 6 oktober 2020 gegeven door mr. A.M.G. Smit, voorzitter, bijgestaan door J.A. van der Veen, secretaris.

secretaris        voorzitter

Naar boven