Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 04/0092/GB, 3 maart 2004, beroep
Uitspraakdatum:03-03-2004

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 04/92/GB

Betreft: [klager] datum: 3 maart 2004

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennis genomen van een op 20 januari 2004 bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], geboren op [1962], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 6 januari 2004 genomen en op 14 januari 2004 uitgereikte, beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem over te plaatsen naar het huis van bewaring (h.v.b.) Nieuw Vosseveld te Vught ongegrond verklaard.

2. De feiten
2.1. Klager is sedert 2 juli 2002 gedetineerd. Hij verbleef als preventief gehechte in de h.v.b.-unit van de locatie de Dordtse Poorten te Dordrecht. Op 12 december 2003 is hij overgeplaatst naar het h.v.b. te Vught.

3. De standpunten
3.1. Door klager is het beroep tegen de bestreden beslissing van de selectiefunctionaris als volgt toegelicht.
Door het openbaar ministerie is verzocht klager over te plaatsen opdat hij tijdig ter zitting kan worden aangeleverd. Klager is reeds ruim achttien maanden gedetineerd en al die tijd heeft dit probleem niet gespeeld.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Naar aanleiding van een verzoek van de advocaat-generaal bij het ressortsparket te ’s-Hertogenbosch klager over te plaatsen naar Vught opdat hij tijdig ter zitting van het hof van 12 december 2003 kan worden aangeleverd, is hijovergeplaatst. De transportlijnen naar het gerechtsgebouw te ’s-Hertogenbosch zijn vanuit Vught immers korter. Overigens kan klager zijn in het h.v.b. te Dordrecht aangevangen studie in het h.v.b. te Vught voortzetten.

4. De beoordeling

4.1. Klager behoort, gelet op zijn status als preventief gehechte, tot de categorie gedetineerden voor opneming van wie de huizen van bewaring zijn bestemd.

4.2. De op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris is niet in strijd met de wet en kan, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, evenmin als onredelijk of onbillijk wordenaangemerkt, waarbij wordt aangetekend dat de redenen voor die overplaatsing uitsluitend waren gelegen in de vereenvoudiging van de rechtsgang en dat daarom nadat in hoger beroep in de strafzaak is beslist, opnieuw een beslissingomtrent de selectie van klager kan worden genomen.
Hetgeen klager heeft aangevoerd over de bezoekmogelijkheden is onvoldoende zwaarwegend om tot een ander oordeel te kunnen komen.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema, voorzitter, mr. A.G. Bosch en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van mr. I. Lispet, secretaris, op 3 maart 2004

secretaris voorzitter

Naar boven