nummer: 03/2444/GM
betreft: [klager] datum: 1 maart 2004
De beroepscommissie als bedoeld in artikel 30 van de Penitentiaire maatregel (Pm) heeft kennis genomen van een op 21 oktober 2003 bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift d.d. 19 oktober 2003 van
[...], verder te noemen klager,
gericht tegen medisch handelen door of namens de inrichtingsarts verbonden aan de Penitentiaire inrichting Vught te Vught,
alsmede van de overige stukken, waaronder het verslag d.d. 13 oktober 2003 van de bemiddeling door de medisch adviseur bij het ministerie van Justitie.
Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:
1. De inhoud van de klacht
De klacht, zoals neergelegd in het verzoek d.d. 11 september 2003 om bemiddeling aan de medisch adviseur, betreft het te laat herkennen van diabetes (type 1) met het gevolg dat klager in ernstig zieke toestand in het ziekenhuis isopgenomen.
2. De ontvankelijkheid
Ingevolge artikel 29, eerste lid, Pm moet een verzoek om bemiddeling uiterlijk op de veertiende dag na die waarop het medisch handelen waartegen de klacht zich richt, worden ingediend. De klacht van klager betreft handelen namens deinrichtingsarts dat begin juli 2003, vóór de ziekenhuisopname van klager op 9 juli 2003, heeft plaatsgevonden.
Nu het verzoek om bemiddeling terzake van deze klacht dateert van 11 september 2003 komt de beroepscommissie tot het oordeel dat de hiervoor gestelde wettelijke termijn ruimschoots is overschreden, zodat klager niet-ontvankelijk zalworden verklaard in zijn klacht.
3. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart klager niet-ontvankelijk in zijn klacht.
Aldus gedaan door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. Chr. M. Aarts, voorzitter, F.M.M. van Exter en drs. H.P.J. Vos, leden, in tegenwoordigheid van mr. C.F. Swart-Babbé, secretaris, op 1 maart 2004.
secretaris voorzitter