Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 03/2745/GA, 18 februari 2004, beroep
Uitspraakdatum:18-02-2004

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 03/2745/GA

betreft: [klager] datum: 18 februari 2004

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennis genomen van een op 28 november 2003 bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

de directeur van de penitentiaire inrichtingen (p.i.) Veenhuizen,

gericht tegen een uitspraak d.d. 21 november 2003 van de beklagcommissie bij voormelde p.i., gegeven op een klacht van [...], verder te noemen klager,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 9 februari 2004, gehouden in de penitentiaire inrichting Overijssel, locatie Zwolle, is gehoord klager.

Klagers raadsman mr. M.L.M. van den Bosch heeft schriftelijk laten weten niet ter zitting te zullen verschijnen.

Hoewel het beroep is ingesteld door de unit-directeur van de p.i. Veenhuizen heeft deze laten weten niet ter zitting te zullen verschijnen.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft een ordemaatregel van plaatsing in afzondering in een afzonderingscel in afwachting van onderzoek.

De beklagcommissie heeft het beklag gegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van de directeur en klager
De unit-directeur heeft in beroepschrift het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht. De maatregel is opgelegd in het kader van een onderzoek dat is opgestart naar aanleiding van een incident, waarbijsprake was van etnische spanningen. Diverse gedetineerden zijn in het kader van dit onderzoek in afzondering geplaatst om te voorkomen dat zij contact met elkaar zouden hebben en zo het onderzoek zouden kunnen frustreren. Er warenaanwijzingen dat klager aandeel heeft gehad in het incident en de etnische spanningen. Na onderzoek is gebleken dat klager niet fysiek betrokken was bij het incident en in mindere mate een aandeel heeft gehad in de etnischespanningen. Toen dit duidelijk was, is direct besloten om hem terug te plaatsen naar zijn eigen afdeling. Het opleggen van de maatregel was in het kader van het onderzoek onontkoombaar. De uitspraak van de beklagcommissie en hetdaarbij toekennen van een tegemoetkoming van
€ 70,= worden onjuist geacht.
Klager heeft in beroep zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht. Klager was niet betrokken bij het incident. Toen hij de afdeling opkwam, had het incident al plaatsgevonden. De volgende dag is aanalle gedetineerden de ordemaatregel opgelegd en is ook met klager gesproken. Klager heeft alles verteld. Hij was er niet actief bij betrokken. Klagers buurman had een Turkse vlag voor het raam gehangen. Dit was provocatie. Klager isKoerd, maar heeft er niets gezegd over de vlag.

3. De beoordeling
De beroepscommissie overweegt dat aan klager de ordemaatregel is opgelegd in verband met aanwijzingen dat klager aandeel heeft gehad in het onderhavige incident en de op de afdeling voorkomende etnische spanningen. Nu door dedirecteur niet nader is geconcretiseerd waaruit deze aanwijzingen bestonden, vragen hieromtrent van de beroepscommissie door de afwezigheid van de directeur ter zitting niet konden worden beantwoord en klager betrokkenheid ontkent,is de beroepscommissie van oordeel dat
hetgeen door de directeur in het beroepschrift is aangevoerd niet tot een andere beslissing kan leiden dan die van de beklagcommissie. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie.

Aldus gedaan door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.R. Meijeringh, voorzitter, mr. A.G. Bosch en A.J. Dost, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op
18 februari 2004.

secretaris voorzitter

Naar boven