Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 03/2796/JA, 12 februari 2004, beroep
Uitspraakdatum:12-02-2004

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 03/2796/JA

betreft: [klager] datum: 12 februari 2004

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 74, tweede lid, van de Beginselenwet justitiële jeugdinrichtingen (Bjj)) heeft kennis genomen van een via de commissie van toezicht op 2 december 2003 bij het secretariaat van de Raadingekomen beroepschrift van

[...], geboren op [1984], verder te noemen klager,

gericht tegen de vaststelling van een tegemoetkoming d.d. 7 november 2003 door de alleensprekende beklagrechter bij de justitiële jeugdinrichting (j.j.i.) De Sprengen te Zutphen,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

De beroepscommissie heeft de directeur van voormelde j.j.i. in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van de tegemoetkoming
De beklagrechter heeft een tegemoetkoming vastgesteld bestaande uit een boekenbon ter waarde van € 100,= vanwege de gegrondverklaring van klagers beklag over de vermissing van een trainingsjack en -broek, op de gronden als in deaangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
Klager heeft zijn zijn standpunt, zoals ingenomen tegenover de beklagrechter, in beroep niet nader toegelicht.

De directeur heeft, hoewel hem daarom is verzocht, zijn standpunt omtrent de tegemoetkoming niet kenbaar gemaakt.

3. De beoordeling
Blijkens de uitspraak van de beklagrechter d.d. 23 oktober 2003 die aan de onderliggende uitspraak ten grondslag ligt, is vastgesteld dat klager verschillende kledingstukken door de inrichting heeft laten wassen en dat hij sindsdieneen hem toebehorend trainingsjack en –broek mist. Op het daarover door hem ingevuld schadeformulier heeft hij geen reactie ontvangen. De beklagrechter heeft het daaromtrent ingestelde beklag gegrond verklaard en beslist om klagerdeswege, overeenkomstig het voorstel van de directeur, een tegemoetkoming toe te kennen ten bedrage van € 100,=.
De beroepscommissie verstaat deze tegemoetkoming als de schadevergoeding naar aanleiding van de vermissing, zoals door klager door invulling van het schadeformulier ook was verzocht. De hoogte van het daarvoor aan klager toegekendebedrag is naar haar oordeel, mede nu klager desgevraagd daarover geen andere gegevens heeft verstrekt, juist te achten. Zij ziet evenwel geen reden om aan de toekenning van dit bedrag, dat immers dient ter vervanging van vermistekleding, een beperking te verbinden in de vorm van een boekenbon. In zoverre zal zij het beroep gegrond verklaren en opnieuw beslissen.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond, vernietigt de uitspraak van de beklagrechter en bepaalt dat klager een schadevergoeding toekomt van € 100,=.

Deze uitspraak is gedaan door de beroepscommissie, bestaande uit mr. J.A.C. Bartels, voorzitter, prof. dr. R.A.R. Bullens en mr. F.G.A. ten Siethoff, leden, bijgestaan door mr. F.H.L. Cusell-te Gussinklo, secretaris, op 12 februari2004

secretaris voorzitter

Naar boven