Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ R-19/4959/GM, 19 maart 2020, beroep
Uitspraakdatum:19-03-2020

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

 

 

nummer:         R-19/4959/GM

 

betreft: [Klager]            datum: 19 maart 2020

 

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 30 van de Penitentiaire maatregel (Pm) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. C. Maat, namens [Klager], verder te noemen klager, gericht tegen medisch handelen door of namens de inrichtingsarts verbonden aan het Justitieel Complex Zaanstad, alsmede van de overige stukken, waaronder het verslag van 24 september 2019 van de bemiddeling door de medisch adviseur bij het ministerie van Justitie en Veiligheid.

Ter zitting van de beroepscommissie van 17 december 2019, gehouden in het Justitieel Complex Zaanstad, is klager gehoord. Namens de inrichtingsarts is gehoord […], Hoofd Zorg van het Justitieel Complex Zaanstad. Klagers raadsvrouw, mr. C. Maat, is niet ter zitting verschenen.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

 

1.         De inhoud van het beroep

De klacht, zoals neergelegd in het verzoek om bemiddeling aan de medisch adviseur van 6 augustus 2019, betreft het niet arbeidsongeschikt verklaren van klager vanwege eczeemklachten aan zijn hand.

 

2.         De standpunten van klager en de inrichtingsarts

Door klager is de klacht als volgt – kort en zakelijk weergegeven – toegelicht. Klager heeft last van contacteczeem, vooral aan zijn handen. De oorzaak van zijn klachten is niet precies duidelijk, ondanks dat er verschillende onderzoeken bij hem hebben plaatsgevonden. Klager heeft al drie jaar last van zijn klachten. Ondanks zijn klachten moet klager aanwezig zijn bij de arbeid. Hij hoeft daar geen werkzaamheden te verrichten en heeft geen arbeidsverplichting. Op de werkzaal krijgt klager last van zijn eczeem. Het begint al snel te jeuken en te irriteren. Als hij te lang op de arbeidszaal blijft, gaat het scheuren en bloeden. Als klager op zijn cel verblijft, heeft hij die klachten niet. Klager heeft alleen eczeem op zijn handen. Katoenen handschoenen werken niet om de klachten te verminderen of te voorkomen. Klager gebruikt af en toe vaseline, dat helpt een beetje. Als hij rondloopt op de afdeling heeft hij geen last, omdat daar een andere lucht hangt. Klager raakt zo weinig mogelijk dingen aan. Sporten lukt hem wel. Dat houdt hem rustig in zijn hoofd. Daarnaast schildert klager graag en hij doet dat op zijn cel. Klager is niet bij een dermatoloog geweest, want hij krijgt de inrichtingsarts niet te spreken.

Namens de inrichtingsarts is het volgende standpunt – kort en zakelijk weergegeven – ingenomen. Bij het Justitieel Complex Zaanstad geldt – vrijwel zonder uitzondering – een arbeidsverplichting. Gedetineerden kunnen niet arbeidsongeschikt worden verklaard. Indien iemand in een andere penitentiaire inrichting of buiten detentie arbeidsongeschikt is verklaard, wordt dit niet overgenomen. Arbeid is een belangrijk onderdeel van het dagprogramma. Een goede dagbesteding is van belang voor de fysieke, sociale en mentale gezondheid. Bij arbeidsbeperkingen zal zoveel mogelijk gezocht worden naar passende arbeid. Er is een ruim aanbod aan gevarieerd werk. Klager moet naar de arbeid, maar hij heeft geen productieverplichting sinds begin december. Het is de bedoeling dat de gedetineerden hun cel uit zijn en contact hebben met andere gedetineerden. Het klopt niet dat klager arbeidsongeschikt is verklaard. De casemanager heeft dat niet goed opgeschreven.

 

3.         De beoordeling

De beroepscommissie begrijpt dat klager zich onvoldoende serieus genomen voelt door de medische dienst, nu hij ondanks zijn klachten toch tijdens de arbeid moet verblijven op de werkzaal en hij daar geen arbeidsverplichting heeft.

In het dossier staat dat klagers klachten met betrekking tot zijn handeczeem meermalen zijn besproken. Met klager zelf is gesproken door de inrichtingsarts, de verpleegkundige en de dermatoloog. Ook is er overleg geweest tussen de inrichtingsarts en de dermatoloog. Er is gezocht naar verschillende oplossingen voor klagers handeczeem. Klager heeft vaseline en verschillende andere handcrèmes gekregen – waaronder dermovate en miconazol – en er zijn anti-eczeemhandschoenen voor hem besteld. Aan klager is ook uitgelegd hoe hij het best met zijn problemen kan omgaan.

De beroepscommissie is, gelet op het voorgaande, van oordeel dat het handelen van de inrichtingsarts niet kan worden aangemerkt als in strijd met de in artikel 28 van de Pm neergelegde norm. De inrichtingsarts heeft de klachten van klager aan zijn handen voldoende onderzocht en heeft voldoende ondernomen om klager in de gelegenheid te stellen met zijn klachten te werken dan wel op de arbeidszaal te verblijven. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard. Dat de getroffen maatregelen niet tot het door klager gewenste resultaat hebben geleid, doet daar niet aan af.

 

4.         De uitspraak

De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

 

 

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. M.J. Stolwerk, voorzitter, drs. K.M.P.A.M. Habryka en drs. P.J.M. van Puffelen, leden, in tegenwoordigheid van mr. A. de Groot, secretaris op 19 maart 2020.

 

                        secretaris                                                        voorzitter

Naar boven