Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ R-19/3279/GA, 11 maart 2020, beroep
Uitspraakdatum:11-03-2020

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Nummer:         R-19/3279/GA

Betreft: […]       datum: 11 maart 2020

 

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van […], verder te noemen klager, gericht tegen een uitspraak van 20 maart 2019 van de alleensprekende beklagrechter bij de penitentiaire inrichting (p.i.) Sittard, en van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, die in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

De beroepscommissie heeft de directeur van de p.i. Sittard in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

 

1.         De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagrechter

Het beklag betreft het feit dat aan klager een dag later dan gebruikelijk schoon linnengoed is verstrekt en dat hij een nacht zonder linnengoed is achtergelaten (G-2019-000141).

De beklagrechter heeft klager niet-ontvankelijk verklaard in zijn beklag, op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2.         De standpunten van klager en de directeur

Klager heeft het tegenover de beklagrechter ingenomen standpunt in beroep als volgt toegelicht. Het linnengoed wordt altijd op zondag tussen 15:30 en 16:30 uur uitgedeeld. Omdat er een calamiteit was, is dat op 3 maart 2019 niet gebeurd. Klager had zijn bedlinnen al met zijn vieze en natte handdoeken ingepakt. Hij heeft nu een nacht zonder linnengoed moeten slapen waardoor zijn nachtrust is verstoord. De directeur heeft niet voor een oplossing gezorgd en dat valt onder zijn zorgplicht.

De directeur heeft het tegenover de beklagrechter ingenomen standpunt in beroep niet toegelicht.

3.         De beoordeling

Klager beklaagt zich erover dat de directeur niet voor een oplossing heeft gezorgd, toen – door een calamiteit – het linnengoed onverwachts niet kon worden uitgedeeld. Klager heeft daardoor een nacht zonder linnengoed geslapen. Met klager is de beroepscommissie van oordeel dat deze omstandigheid onder de zorgplicht van de directeur valt, zoals ook het verstrekken van voedsel daaronder valt. De beroepscommissie zal de uitspraak van de beklagrechter daarom vernietigen en klager alsnog ontvankelijk in zijn beklag verklaren.

Klager en de directeur zijn het eens over de feitelijke gang van zaken. Aldus staat vast dat aan klager geen linnengoed is uitgedeeld, doordat het personeel druk was met een calamiteit. Het is op zichzelf goed denkbaar dat daardoor bepaald werk, zoals het uitdelen van linnengoed, wordt uitgesteld. De directeur heeft echter niet duidelijk gemaakt of naar een oplossing is gezocht, bijvoorbeeld voor die gedetineerden die hun bedden al hadden afgehaald en bij de natte handdoeken hadden gestopt, of dat het absoluut onmogelijk was nog maatregelen voor hen te treffen. De beroepscommissie zal het beklag daarom gegrond verklaren. Voor het nadeel dat klager heeft ondervonden, zal zij aan hem een tegemoetkoming van € 5,= toekennen.

4.         De uitspraak

De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond, vernietigt de uitspraak van de beklagrechter, verklaart klager alsnog ontvankelijk in zijn beklag en verklaart dit beklag gegrond. Zij bepaalt dat aan klager een tegemoetkoming toekomt van € 5,=.

 

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. A. van Holten, voorzitter, mr. D. van der Sluis en mr. J.W. Wabeke, leden, in tegenwoordigheid van mr. P. de Vries, secretaris, op 11 maart 2020.

secretaris        voorzitter

Naar boven