Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ R-19/4575/GB, 22 oktober 2019, beroep
Uitspraakdatum:22-10-2019

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

 

Nummer:         R-19/4575/GB

Betreft:            […]      datum: 22 oktober 2019

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. T. Sandrk, namens […], verder te noemen klager, gericht tegen een op 22 augustus 2019 genomen beslissing van de Minister voor Rechtsbescherming (de Minister), en van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing. Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1.         De inhoud van de bestreden beslissing

De Minister heeft klager niet-ontvankelijk verklaard in zijn bezwaar tegen de intrekking van klagers overplaatsing naar de gevangenis van de locatie De Schie te Rotterdam.

2.         De feiten

Klager is sinds 26 februari 2013 gedetineerd. Hij verblijft in de gevangenis van de locatie Zuyder Bos te Heerhugowaard.

3.         De standpunten

3.1.      Namens klager is het beroep als volgt toegelicht. Klager wil graag naar de gevangenis van de penitentiaire inrichting (p.i.) Dordrecht in verband met bezoek van zijn familie. De Minister heeft dit verzoek afgewezen en  klager aangeboden om overgeplaatst te worden naar de locatie De Schie. Dit heeft hij geaccepteerd, maar hij wilde daar pas geplaatst worden zodra een gedetineerde met wie hij een conflict had, met ontslag zou zijn gegaan. Dat zou eind augustus 2019 gebeuren. Op die manier kon klagers veiligheid worden gegarandeerd. Klager heeft het overplaatsingsverzoek niet willen intrekken. Hij wil nog steeds naar de gevangenis van de locatie De Schie worden overgeplaatst.

3.2.      Namens de Minister is daarop als volgt gereageerd. Op 20 augustus 2019 is contact opgenomen met de locatie Zuyder Bos, waaruit duidelijk werd dat klager niet meer overgeplaatst wilde worden. Op 21 augustus 2019 heeft hij een afstandsverklaring ondertekend.

4.         De beoordeling

4.1.      De Minister heeft de beslissing tot overplaatsing ingetrokken, omdat klager een afstandsverklaring zou hebben ondertekend. De raadsvrouw betwist dit.

4.2.      In het dossier bevindt zich een door klager ondertekende verklaring d.d. 17 april 2019, waarin hij schrijft ‘zijn beschikking in te willen trekken’ en aankondigt later opnieuw overplaatsing te zullen aanvragen. In het dossier bevindt zich voorts e-mailcorrespondentie tussen de selectiefunctionaris en de locatie Zuyder Bos. Op de vraag van de selectiefunctionaris – hangende het bezwaar – of klager daadwerkelijk niet meer overgeplaatst wil worden of toch wel (maar pas eind augustus), wordt op 21 augustus 2019 geantwoord  “[…] geeft aan dat hij niet meer naar De Schie wil”. Daarbij is een handgeschreven briefje gevoegd met de tekst “Ik blijf hier. Hoef niet naar De Schie”, dat is ondertekend door klager. De Minister heeft hieruit in redelijkheid kunnen concluderen dat klager – anders dan de raadsvrouw in bezwaar (en beroep) stelt – niet meer overgeplaatst wenst(e) te worden. Klager is dan ook terecht niet-ontvankelijk verklaard in het bezwaar. De beroepscommissie zal het beroep daarom ongegrond verklaren.

5.         De uitspraak

De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. M.J. Stolwerk, voorzitter, drs. M.R. van Veen en mr. J.W. Wabeke, leden, in tegenwoordigheid van mr. P. de Vries, secretaris, op 22 oktober 2019.

 

            secretaris         voorzitter

Naar boven