Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ R-19/2789/GA, 22 juli 2019, beroep
Uitspraakdatum:22-07-2019

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

nummer:          R-19/2789/GA

betreft: [klager]                                               datum: 22 juli 2019

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. W.B.O. van Soest, namens […], verder te noemen klager, gericht tegen een uitspraak van 14 januari 2019 van de beklagcommissie bij de penitentiaire inrichting (p.i.) Alphen te Alphen aan den Rijn, en van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, die in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.
Ter zitting van de beroepscommissie van 3 mei 2019, gehouden in het Justitieel Complex Zaanstad, is gehoord de heer […], plaatsvervangend vestigingsdirecteur bij voormelde p.i. Klager heeft afstand gedaan van zijn recht ter zitting te worden gehoord. De raadsman mr. W.B.O. van Soest heeft geen gebruik gemaakt van de gelegenheid ter zitting te worden gehoord. Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1.         De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie

Het beklag betreft:

a. de oplegging van een disciplinaire straf van vier dagen opsluiting in een andere verblijfsruimte dan een strafcel, wegens het in bezit hebben van een USB-stick (AR 2018/652);

b. het niet doorgeven van terugbelverzoeken aan klager (AR 2018/679) en

c. de oplegging van een disciplinaire straf van twee dagen opsluiting in een andere verblijfsruimte dan een strafcel, wegens het weigeren op de arbeidszaal om opgedragen werkzaamheden uit te voeren (AR 2018/680). De beklagcommissie heeft het beklag onder a., b. en c. ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2.         De standpunten van klager en de directeur

Namens klager is in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt schriftelijk toegelicht. Ten aanzien van het beklag onder a: Het bezit van de USB-stick kan niet aan klager worden toegerekend. Zijn celdeur stond open. Hij gedraagt zich verder uitstekend. Hij heeft het financieel goed en kan zich etenswaren veroorloven. Ten aanzien van het beklag onder b: Het standpunt van de directeur, dat de terugbelverzoeken zijn doorgegeven, heeft de beklagcommissie ongemotiveerd overgenomen. Op geen enkele wijze is gevraagd om onderbouwing van de stelling van de directeur. Ten aanzien van het beklag onder c: De werkmeester van de arbeid heeft zich niet professioneel opgesteld jegens klager. Klager is ten onrechte gesanctioneerd. De directeur heeft in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht. Ten aanzien van het beklag onder a: Het voorhanden hebben van een USB-stick is niet toegestaan. Een gedetineerde kan in het kader van de voorbereiding in zijn strafzaak een USB-stick op eigen cel hebben. Dit is dan een gewaarmerkte USB-stick, in combinatie met een laptop. Ten aanzien van het beklag onder b: De terugbelverzoeken zijn gestuurd naar het juiste e-mailadres. De terugbelverzoeken zijn aan klager doorgegeven. Binnengekomen terugbelverzoeken worden gemeld aan de afdeling waar de gedetineerde verblijft; daar geeft een medewerker ze aan de desbetreffende gedetineerde door. Tegenwoordig is het ook mogelijk voor een advocaat via eMates te communiceren met een gedetineerde. Daarnaast is het mogelijk een voicemailbericht achter te laten. Een gedetineerde moet dan wel actief zelf zijn voicemail beluisteren. Dit is een vrij nieuwe route, evenals eMates. De onderhavige berichten zijn doorgegeven aan klager. Een medewerker kan zich dit ook nog herinneren. Of klager met zijn advocaat heeft gebeld naar aanleiding van de gedane terugbelverzoeken, is niet bekend. Primair wordt het aan de gedetineerde overgelaten te kijken wanneer hij kan bellen. Een gedetineerde kan te kennen geven dat hij meteen wenst te bellen met zijn advocaat. Dan wordt naar de mogelijkheden gekeken. Indien een verzoek spoed heeft, kan een advocaat, nadat hij het terugbelverzoek per e-mail heeft gedaan, bellen naar de bevolking en doorgeven dat het door hem gedane verzoek spoed heeft. Indien het echt spoed heeft, komt een advocaat meestal langs.

Ten aanzien van het beklag onder c: Het is mogelijk dat een gedetineerde, bijvoorbeeld vanwege medische gronden, niet kan werken of bepaalde werkzaamheden niet kan doen. Een arts beoordeelt of een gedetineerde volledig of gedeeltelijk arbeidsongeschikt is. Klager is bij een arts geweest, maar de arts heeft geen advies doorgegeven over klagers arbeidsongeschiktheid of verklaard dat hij bepaalde werkzaamheden niet zou kunnen verrichten. Derhalve wordt er vanuit gegaan dat klager alle werkzaamheden kan doen. De arts geeft een advies aan de directie, indien een gedetineerde aangepast werk moet verrichten. Vervolgens neemt de directie een besluit.

3.         De beoordeling

Ten aanzien van het beklag onder a:

Hetgeen in beroep is aangevoerd, kan niet tot een andere beslissing leiden dan die van de beklagcommissie. Het beroep zal derhalve ten aanzien van dit onderdeel ongegrond worden verklaard.

Ten aanzien van het beklag onder b:

Hetgeen in beroep is aangevoerd, kan niet tot een andere beslissing leiden dan die van de beklagcommissie. Het beroep zal derhalve ten aanzien van dit onderdeel eveneens ongegrond worden verklaard. De beroepscommissie merkt daarbij op dat onvoldoende aannemelijk is geworden dat de terugbelverzoeken niet aan klager zijn doorgegeven. 

Ten aanzien van het beklag onder c:

Hetgeen in beroep is aangevoerd kan niet tot een andere beslissing leiden dan die van de beklagcommissie. Het beroep zal derhalve tevens ten aanzien van dit onderdeel ongegrond worden verklaard. Daarbij heeft de beroepscommissie acht geslagen op de omstandigheid dat voor 4 december 2018 geen advies door een arts was afgegeven over het niet kunnen verrichten van bepaalde werkzaamheden door klager. Derhalve is de opgelegde straf van de directeur, nu klager voor de tweede keer had geweigerd werkzaamheden uit te voeren, niet onredelijk of onbillijk.

4.         De uitspraak

De beroepscommissie verklaart het beroep ten aanzien van het beklag onder a., b. en c.  ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie met aanvulling van de gronden.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. W.F. Korthals Altes, voorzitter, ing. M.J. Mulders en mr. dr. P. Jacobs, leden, in tegenwoordigheid van mr. L.E.M. Meekenkamp, secretaris, op 22 juli 2019.             

 

 

            secretaris         voorzitter

 

 

Naar boven