Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ R-19/2662/GA, 06 augustus 2019, beroep
Uitspraakdatum:06-08-2019

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

nummer:          R-19/2662/GA

betreft: [klager]                                               datum: 6 augustus 2019

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van, […], verder te noemen klager, gericht tegen een uitspraak van 19 november 2018 van de beklagcommissie bij penitentiaire inrichting Alphen te Alphen aan den Rijn, alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep die in afschrift aan deze uitspraak is gehecht. De beroepscommissie heeft de directeur in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager om het beroep schriftelijk toe te lichten. Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1.         De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie

Het beklag betreft de omstandigheid dat geen vertrouwen bestaat in een onbegeleid incidenteel verlof en het niet geven van helderheid over de gronden van deze afwijzing (AR 2018/464). De beklagcommissie heeft klager niet-ontvankelijk verklaard in zijn beklag op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2.         De standpunten van klager en de directeur

Klager heeft in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht. De beklagcommissie is voorbijgegaan aan de klacht die door klager is ingediend; namelijk het weigeren van het geven van de motivatie van de beslissing, zoals uitgebracht aan de selectiefunctionaris. De directeur heeft in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
Klager beklaagt zich over een advies van de directeur gericht aan de selectiefunctionaris. Er is geen sprake van een beslissing als bedoeld in artikel 60, eerste lid, van de Pbw.

3.         De beoordeling

De beroepscommissie leidt uit het klaagschrift, het beroepschrift en het proces-verbaal van het rogatoir verhoor af dat klagers klacht is gericht tegen het negatieve en volgens klager niet gemotiveerde advies van de directeur (die onderdeel uitmaakt van de vrijhedencommissie) met betrekking tot zijn verzoek tot incidenteel verlof. Het advies van de directeur aan de selectiefunctionaris is geen beslissing als bedoeld in artikel 60, eerste lid, van de Pbw. Tegen beslissingen van de selectiefunctionaris staat een afzonderlijke rechtsgang open. Hetgeen in deze zaak in beroep is aangevoerd kan naar het oordeel van de beroepscommissie dan ook niet tot een andere beslissing leiden dan die van de beklagcommissie. Het beroep zal daarom ongegrond worden verklaard.

4.         De uitspraak

De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie met verbetering van de gronden.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. A. van Holten, voorzitter, mr. D. van der Sluis en mr. J.W. Wabeke, leden, in tegenwoordigheid van mr. R. Smeijers, secretaris, op 6 augustus 2019.

                             

secretaris                                    voorzitter

 

Naar boven