Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ R-18/1640/TA, 25 september 2019, beroep
Uitspraakdatum:25-09-2019

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

 

nummer:          R-18/1640/TA

betreft: [klager]           datum: 25 september 2019

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 67 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (Bvt) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift ingediend door mr. D.N.A. Brouns namens […], verder te noemen klager, gericht tegen een uitspraak van 28 augustus 2018 van de beklagcommissie bij FPC Dr. S. van Mesdag te Groningen, verder te noemen de inrichting, betreffende, voor zover daartegen beroep is ingesteld:

a. het niet mogen bellen van zijn advocaat (Me 2017-000355);
b. het niet op de hoogte stellen van klager van een MDB-bespreking rond 23 mei 2017   (Me 2017-000362);

c. de beslissing tot het opleggen van afdelingsarrest (Me 2017-000415);

d. het niet ontvangen van eten op 14 oktober 2017 (Me 2017-000416);

e. het niet gedurende de middag in de buitenlucht mogen verblijven (Me 2017-000417);

f. de beslissing van 28 december 2017 tot plaatsing op de ZISZ-afdeling (Me 2018-000002);

g. het met maximaal tien telefoonnummers mogen bellen c.q. de beperking van klagers telefonisch contact met de buitenwereld (Me 2018-000021) en

h. het door sociotherapie weigeren om halal vlees te kopen voor klager (Me 2018-000022). alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, die in afschrift aan deze uitspraak is gehecht. De beklagcommissie heeft klager niet-ontvankelijk verklaard in het beklag vermeld onder b, d en h en het beklag vermeld onder a, c, e, f en g ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven. Het beroep is behandeld ter zitting van de beroepscommissie van 14 augustus 2019, gehouden in de penitentiaire inrichting Vught. Als toehoorder was ter zitting aanwezig dr. T. Jambroes, lid van de Raad. Klager heeft afstand gedaan van het recht om ter zitting te verschijnen. Klagers raadsvrouw mr. D.N.A. Brouns is niet ter zitting verschenen.

Namens het hoofd van de inrichting is schriftelijk meegedeeld dat de vertegenwoordigers van het hoofd van de inrichting verhinderd zijn om ter zitting te verschijnen. Desgevraagd is op 16 augustus 2019 ten aanzien van b. een nadere reactie ontvangen namens het hoofd van de inrichting die tevens aan klager en zijn raadsvrouw is toegezonden.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1.         De beoordeling

Ten aanzien van c vat de beroepscommissie de in de uitspraak op blz. 1 vermelde datum van ‘11 september 2017’ op als een kennelijke type- en of schrijffout en leest hiervoor in de plaats: ‘9 oktober 2017’ door welke wijziging klager niet in zijn belangen is geschaad.
Hetgeen in beroep is aangevoerd ten aanzien van a, b, c, d, e, f en h kan naar het oordeel van de beroepscommissie niet tot een andere beslissing leiden dan die van de beklagcommissie. Het beroep zal derhalve in zoverre ongegrond worden verklaard. Ten aanzien van g overweegt de beroepscommissie dat door het hoofd van de inrichting is aangevoerd dat klager niet-ontvankelijk is in het beklag omdat geen sprake is van een recht dat aan klager toekomt. Naar het oordeel van de beroepscommissie heeft het beklag betrekking heeft op de (vermeende) schending van het recht om telefonisch contact te hebben met de buitenwereld als vermeld in artikel 38 van de Bvt en heeft de beklagcommissie gelet op het bepaalde in artikel 56, eerste lid aanhef en onder c, Bvt klager terecht in het beklag ontvangen.
Op grond van de inlichtingen van het hoofd van de inrichting is vast komen te staan dat klager een groot aantal telefoonnummers had opgegeven, toegestaan werd om met 31 personen telefonisch contact te hebben. Bij 8 personen was er nog geen toestemming gegeven omdat de screening nog niet was afgerond, de persoon weigerde of de taal niet herkenbaar was. In dit licht gezien, is de beroepscommissie van oordeel dat niet aannemelijk is geworden dat klager (slechts) met 10 telefoonnummers mocht bellen noch dat sprake is van een onredelijke of onbillijke beslissing die klagers recht om met de buitenwereld telefonisch contact te onderhouden, zou beperken. De beroepscommissie zal daarom op dit punt het beroep eveneens ongegrond verklaren en de uitspraak van de beklagcommissie bevestigen met deels wijziging/aanvulling van de gronden.

2.         De uitspraak

De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie met ten aanzien van c wijziging van het op blz. 1 van de uitspraak van de beklagcommissie voorkomende ’11 september 2017’ in ‘9 oktober 2017’ en ten aanzien van g deels wijziging/aanvulling van de gronden.          

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. T.B. Trotman, voorzitter, drs. M. Daniel en prof. dr. H.J.C. van Marle, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 25 september 2019.                  

           

            secretaris         voorzitter

Naar boven