Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ R-19/2579/TA, 04 juli 2019, beroep
Uitspraakdatum:04-07-2019

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

 

nummer:          R-19/2579/TA

betreft: [klager]           datum: 4 juli 2019

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 67 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (Bvt) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van het hoofd van FPC De Kijvelanden te Poortugaal, verder te noemen de inrichting, gericht tegen een uitspraak van 10 december 2018 van de beklagcommissie bij genoemde inrichting, gegeven op een klacht van […}, verder te noemen klager, alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, die in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.Ter zitting van de beroepscommissie van 23 april 2019, gehouden in de penitentiaire inrichting Vught, zijn gehoord namens het hoofd van voormelde tbs-inrichting […] en […], respectievelijk jurist en hoofd behandeling bij FPC De Kijvelanden. Klager heeft afstand gedaan van het recht om ter zitting te verschijnen. Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1.         De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie, voor zover daartegen beroep is ingesteld

Het beklag betreft het vermelden van leugens in de schriftelijke mededeling tot afzondering van klager ingaande op 16 juli 2018 (klachtnummer K-2018-000389). De beklagcommissie heeft het beklag gegrond verklaard en klager geen tegemoetkoming toegekend op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2.         De beoordeling

Regels inzake bevoegdheid en ontvankelijkheid zijn van openbare orde en dienen derhalve getoetst te worden door de beroepscommissie, ongeacht of partijen die door middel van gronden hebben willen aanvoeren. In dit geval hebben partijen niets over ontvankelijkheid aangevoerd en is de beklagcommissie zonder daar overwegingen aan te wijden van ontvankelijkheid uitgegaan. De beroepscommissie dient daarom ambtshalve eerst de vraag te beantwoorden of klager door de beklagcommissie in zijn klacht kon worden ontvangen. Naar het oordeel van de beroepscommissie is dat niet het geval. Het beklag betreft geen beslissing van het hoofd van de inrichting als vermeld in artikel 56 of artikel 57 Bvt. Om die reden zal de beroepscommissie de uitspraak van de beklagcommissie vernietigen en klager alsnog niet-ontvankelijk verklaren in het beklag.

3.         De uitspraak

De beroepscommissie vernietigt de uitspraak van de beklagcommissie en verklaart klager alsnog niet-ontvankelijk in zijn beklag.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. R.M. Maanicus, voorzitter, drs. M.J. Selnick Marzullo en mr. T.B. Trotman, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 4 juli 2019.

                         

            secretaris         voorzitter

 

 

 

 

 

 

           

 

 

 

 

 

 

Naar boven