Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ S-19/1243/SGA, 11 maart 2019, schorsing
Uitspraakdatum:11-03-2019

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Nummer          : S-19/1243/SGA

Betreft : [verzoeker]    datum: 11 maart 2019

De voorzitter van de beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen verzoekschrift, ingediend door mr. M.H. Aalmoes, namens[…], verder verzoeker te noemen, verblijvende in de locatie De Schie te Rotterdam. Verzoeker vraagt om schorsing, met toepassing van artikel 66, eerste lid, van de Pbw, van de (verdere) tenuitvoerlegging van de beslissing van de directeur van voormelde inrichting van 7 maart 2019, inhoudende de oplegging van een disciplinaire straf van veertien dagen opsluiting in een strafcel, ingaande op 7 maart 2019 om 09.50 uur en eindigend op 21 maart 2019 om 09.50 uur, wegens contact met de media zonder toestemming van de directeur.

De voorzitter heeft voorts kennisgenomen van de schriftelijke mededeling van de commissie van toezicht van 7 maart 2019 inhoudende dat het schorsingsverzoek tevens als klaagschrift is aangemerkt alsmede van de schriftelijke inlichtingen van de directeur van 8 maart 2019.

 

1.         De beoordeling

De voorzitter stelt voorop dat in het kader van het verzoek om schorsing van de tenuitvoerlegging van een beslissing van de directeur slechts ruimte bestaat voor een voorlopige beoordeling en dat de zaak niet ten gronde kan worden onderzocht en beslist. Aan de orde is daarom slechts de vraag of de beslissing waartegen beklag is ingediend in strijd is met een wettelijk voorschrift dan wel zodanig onredelijk of onbillijk is dat er een spoedeisend belang is om thans over te gaan tot schorsing van de (verdere) tenuitvoerlegging van die beslissing. Naar het oordeel van de voorzitter is dat niet het geval.

Uit de schriftelijke inlichtingen van de directeur, waaronder het schriftelijk verslag van 7 maart 2019, volgt dat verzoeker contact heeft gehad met de media zonder dat hij daar toestemming voor had van de directeur. Verzoeker heeft op 6 maart 2019 telefonisch een interview gegeven aan de zender […] over zijn muziek. Verzoeker stelt dat hij niet op de hoogte was van een mediaverbod en dat hij, via zijn broer, contact heeft gehad met […].  Verzoeker stelt dat de opgelegde straf disproportioneel is.

De voorzitter overweegt als volgt.

Op grond van artikel 40 van de Pbw en artikel 3.10 van de huisregels van de locatie De Schie kan de directeur toestemming geven voor het voeren van een gesprek tussen de gedetineerde en een vertegenwoordiger van de media, voor zover dit zich verdraagt met bepaalde belangen. Indien een gedetineerde contact wil hebben met media, dient hij daartoe een verzoek in te dienen bij de directeur. Uit de schriftelijke inlichtingen van de directeur volgt dat verzoeker geen toestemming heeft gevraagd voor contact met de media. Dat verzoeker via zijn broer contact heeft gehad met […] doet hier, naar het voorlopig oordeel van de voorzitter, niet aan af. De directeur heeft in zijn beslissing gemotiveerd aangegeven waarom hij opsluiting van veertien dagen in een strafcel noodzakelijk achtte. Het zonder toestemming contact onderhouden met de media, is niet een situatie die is opgenomen in de ‘Landelijke Sanctiekaart 2016’.

Naar het voorlopig oordeel van de voorzitter zijn er geen termen aanwezig voor toewijzing van het verzoek, nu niet op voorhand gesteld kan worden dat de beslissing van de directeur onredelijk of onbillijk moet worden geacht.

 

2.         De uitspraak

De voorzitter wijst het verzoek af.

 

Aldus gedaan door mr. R.H. Koning, voorzitter, in tegenwoordigheid van J.A. van der Veen, secretaris, op 11 maart 2019.

 

 

 

 

secretaris         voorzitter

 

Naar boven