Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 03/1056/GA, 13 oktober 2003, beroep
Uitspraakdatum:13-10-2003

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 03/1056/GA

betreft: [klager] datum: 13 oktober 2003

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennis genomen van een op 12 mei 2003 bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak d.d. 18 april 2003 van de alleensprekende beklagrechter bij de penitentiaire inrichting (p.i.) Vught, welke op 1 mei 2003 is uitgereikt,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 15 september 2003, gehouden in de penitentiaire inrichtingen Amsterdam, zijn gehoord klager, bijgestaan door zijn raadsman mr. A.J.M. van Roy, en [...], unit-directeur van het huis vanbewaring (h.v.b.) Demersluis.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagrechter
Het beklag houdt in dat klager hulp heeft gevraagd aan personeel van het h.v.b. Demersluis en die niet heeft gekregen.

De beklagrechter heeft klager niet-ontvankelijk verklaard in zijn beklag op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
Door klager is in beroep het tegenover de beklagrechter ingenomen standpunt als volgt toegelicht. Klager heeft in het h.v.b. Demersluis hulp gevraagd aan het afdelingshoofd en aan een bewaarster. Hij heeft gevraagd of hij kon pratenmet de directeur, maar er is nooit iemand bij hem geweest en daarom is klager in beklag gegaan. Hij zag dat het niet goed ging in Demersluis en wilde daar weg. Klager wilde niet betrokken raken bij de problemen in Demersluis. Dithad met een telefoon te maken. Liefst wilde klager naar Almere in verband met het bezoek van zijn vrouw, die in een rolstoel zit. Het beklag gaat om het feit dat het personeel en de directeur niet naar klager wilden luisteren.Klager is direct overgeplaatst naar Vught. Het beklag betreft niet de afzonderingsmaatregel en de externe tenuitvoerlegging daarvan in Vught. Klager wilde weg uit Demersluis.

Klagers raadsman gaat ervan uit dat klagers beklag is gericht tegen de beslissing waarbij klager een afzonderingsmaatregel is opgelegd en de beslissing tot externe tenuitvoerlegging van die maatregel, die aan klager zijn opgelegd inverband met het telefoonincident dat plaatsvond op 18 februari 2003. Niet is gebleken dat er op 19 februari 2003 nog een andere beslissing terzake van klager is genomen. Er is niet voldaan aan de eisen gesteld in artikel 57, eerstelid aanhef en onder c., Pbw, nu klager tevoren niet is gehoord, hetgeen tot nietigheid van de bestreden beslissingen leidt. De beklagrechter heeft in de uitspraak onvoldoende rekening gehouden met de feiten en omstandigheden.

De unit-directeur [...] heeft in beroep zijn standpunt als volgt toegelicht. Klagers klaagschrift is onduidelijk. In beroep is gebleken dat klager kennelijk op de bejegening door een bewaarster doelt. Klager heeft hierover met demaandcommissaris gesproken maar dit is nooit onderwerp van beklag geweest.

Klagers raadsman heeft toegevoegd dat het bij de stukken gevoegde verslag van de maandcommissaris dateert van december 2002 en derhalve geen betrekking kan hebben op klagers beklag.

3. De beoordeling
Uit de stukken en klagers toelichting ter zitting blijkt dat klagers beklag, anders dan de
raadsman stelt, de bejegening door personeel van het huis van bewaring Demersluis betreft. Klagers beklag is ontvangen door de secretaris van de beklagcommissie bij de p.i. Vught. De beroepscommissie is van oordeel dat het beklagter behandeling doorgezonden had dienen te worden naar de secretaris van de beklagcommissie bij het h.v.b. Demersluis. Hoewel dit niet is geschied, zal de beroepscommissie uit overwegingen van proceseconomie de zaak niet alsnogdoorzenden naar laatst genoemde beklagcommissie, maar het beklag opnieuw beoordelen.
Zoals vermeld betreft klagers beklag de bejegening door personeel en betreft het geen door of namens de directeur jegens klager genomen beslissing als bedoeld in artikel 60, eerste lid, Pbw. Derhalve kan klager in zijn beklag nietworden ontvangen en zal de beroepscommissie de uitspraak van de beklagrechter bij p.i. Vught vernietigen en klager niet-ontvankelijk verklaren in het beklag, met wijziging van de gronden.

4. De uitspraak
De beroepscommissie vernietigt de uitspraak van de beklagrechter en verklaart klager
niet-ontvankelijk in het beklag, met wijziging van de gronden.

Aldus gedaan door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. P.C. Vegter, voorzitter, mr. J.R. Meijeringh en mr. drs. A. Rook, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 13 oktober 2003

secretaris voorzitter

Naar boven