Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 17/3570/JA, 3 juli 2018, beroep
Uitspraakdatum:03-07-2018

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

 

nummer:          17/3570/JA

betreft: [klager]            datum: 3 juli 2018

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 74, tweede lid, van de Beginselenwet justitiële jeugdinrichtingen (Bjj) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van [naam klager], geboren op […] 1998, verder te noemen klager, gericht tegen een uitspraak van 6 oktober 2017 van de alleensprekende beklagrechter bij de justitiële jeugdinrichting (j.j.i.) Het Keerpunt te Cadier en Keer, alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

De beroepscommissie heeft de directeur van voormelde j.j.i. in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1.         De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagrechter

Het beklag betreft het opgelegd krijgen van een zogenoemde ‘einde dag’; een kamerplaatsing op 13 juli 2017 (J2017/173). 

De beklagrechter heeft klager niet-ontvankelijk verklaard in zijn beklag op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2.         De standpunten van klager en de directeur

Klager heeft in beroep zijn standpunt als volgt toegelicht. De beklagrechter heeft klager ten onrechte niet-ontvankelijk verklaard in het beklag. Het is juist dat klager meerdere klachten heeft geschreven over eenzelfde situatie, maar de behandeling van zijn klacht met klachtnummer J2017/175 ziet op het feit dat hij niet gehoord is op het moment dat hij ‘einde dag’ kreeg, terwijl zijn klacht met nummer J2017/173 ziet op de beslissing tot het geven van een ‘einde dag’. Het betreft dus twee afzonderlijke klachten, die zien op eenzelfde incident op 13 juli 2017. Klager had deze twee klachten misschien op één klachtenformulier kunnen invullen, maar het is niet terecht dat hij nu niet-ontvankelijk is verklaard in zijn beklag.

De directeur heeft in beroep het ingenomen standpunt als volgt toegelicht. Tijdens de zitting van 31 augustus 2017 van de beklagrechter zijn klachten J2017/174 (bezoektijd) en J2017/175 (horen) behandeld. Deze klachten liggen in elkaars verlengde en gaan over hetzelfde incident op 13 juli 2017, waarop ook de onderhavige klacht ziet. Het incident waarna ‘einde dag’ is gevolgd, is ter zitting inhoudelijk besproken, aangezien dit noodzakelijk was om de situatie te belichten. Hoewel de situatie in de uitspraak nauwelijks belicht wordt, is zij wel degelijk meegenomen in het bijgevoegde verweer. Ter zitting is gesproken over de geldende regels op de afdeling de Buizerd en in het bijzonder dat om hygiënische redenen geen eten mag worden meegenomen naar de kamer, tenzij de jeugdige geen blokken meer zal doorbrengen op de groep. Voorts is in beklag gesproken over de respectloze reactie van klager wanneer hij aangesproken wordt op het niet naleven van die regel, hetgeen heeft geresulteerd in de ‘einde dag’ waarover wordt geklaagd. Het betreft één en dezelfde situatie, die niet gesplitst kan worden gezien. De klacht is reeds behandeld en om deze reden moet klager niet-ontvankelijk verklaard worden in zijn beklag.

3.         De beoordeling

Ingevolge artikel 65, eerste lid, onder d Bjj, kan een jeugdige beklag doen over een hem betreffende door of namens de directeur genomen beslissing inhoudende - onder meer - de uitsluiting van het verblijf in de groep, zoals de aan klager gegeven ‘einde dag’.

Vooropgesteld mag worden dat het aan te bevelen is dat klachten die op één en hetzelfde incident slaan en in het verlengde van elkaar liggen, middels één klachtenformulier worden ingediend en dan tegelijk op zitting kunnen worden behandeld. Dat is hier niet gebeurd. Vastgesteld kan worden dat de klacht betreffende het niet gehoord worden naar aanleiding van die betreffende ‘einde dag’ behandeld is op de zitting van 31 augustus 2017, waarna op 10 september 2017 de beschikking op dat klaagschrift is gegeven.

De beroepscommissie is anders dan de beklagrechter van oordeel dat op basis van de voorliggende stukken niet kan worden geconcludeerd dat daarmee tevens een beslissing is genomen ten aanzien van de onderhavige klacht inzake het opleggen van de maatregel ‘einde dag’. De beklagrechter had klager dan ook ontvankelijk behoren te verklaren in het beklag. 

Blijkens de stukken heeft klager, tegen de regels in, etenswaren meegenomen naar zijn kamer terwijl hij op een later moment die dag nog tijd op de groep door zou brengen. Klager heeft volgens zijn klaagschrift echter niet opzettelijk tegen de regels in gehandeld, omdat hij in de veronderstelling was dat hij niet meer op de groep zou komen. Niemand heeft gecontroleerd of klager nog op de groep zou komen op het moment dat hij zijn brood mee wilde nemen naar zijn kamer. Klager vindt dat hij onterecht ‘einde dag’ heeft gekregen (door klager ook omschreven als ‘een uur ingetrokken’). Uit de stukken kan worden afgeleid dat klager de maatregel opgelegd heeft gekregen, in verband met respectloos gedrag tijdens het bespreken van het incident.

De beroepscommissie is van oordeel dat hetgeen in beroep is aangevoerd niet kan leiden tot gegrondverklaring van het beklag. Uit de voorhanden stukken valt af te leiden dat klager respectloos reageerde naar de groepsleiding op het moment dat met hem het “voedsel meeneem”- incident werd besproken. Als gevolg daarvan heeft klager een ‘einde dag’ gekregen, hetgeen er volgens klager op neerkwam dat hij één uur eerder op kamer is geplaatst. Deze beslissing is niet als onredelijk, onbillijk of disproportioneel te beschouwen en het beklag moet dan ook ongegrond worden verklaard.

4.         De uitspraak

De beroepscommissie vernietigt de uitspraak van de beklagrechter, verklaart klager alsnog ontvankelijk in zijn beklag, maar verklaart dit beklag ongegrond.

Deze uitspraak is gedaan door de beroepscommissie, bestaande uit mr. M. Iedema, voorzitter, mr. E. Lucas en drs. J.E. Wouda, leden, bijgestaan door mr. M. Simpelaar, secretaris, op 3 juli 2018.

           

            secretaris         voorzitter

Naar boven