Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 03/0327/TA-II, 3 september 2003, beroep
Uitspraakdatum:03-09-2003

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 03/327/TA-II

betreft: [klager] datum: 3 september 2003

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 67 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (Bvt) heeft kennis genomen van een op 10 februari 2003 bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak d.d. 17 januari 2003 van de beklagcommissie bij FPI De Rooyse Wissel te Venray, verder te noemen de inrichting,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 14 april 2003, gehouden in de penitentiaire inrichtingen Midden Holland te Alphen a/d Rijn, zijn gehoord klager en namens het hoofd van voormelde tbs-inrichting de heer [...], juridischmedewerker. Hiervan is het aangehechte verslag opgemaakt.

Bij tussenbeslissing d.d. 26 mei 2003 (03-327/TA-I) heeft de beroepscommissie het ministerie van Justitie om nadere informatie verzocht en in afwachting daarvan de behandeling van het beroep aangehouden.
Na ontvangst van de gevraagde inlichtingen heeft de beroepscommissie deze ter kennisneming aan klager en de heer [...] gezonden en het beroep verder schriftelijk behandeld. Klager heeft op de inlichtingen van het ministerie vanJustitie schriftelijk gereageerd.

Op grond van de stukken en haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft de beslissing d.d. 15 oktober 2002 tot:
a) het niet kosteloos aan klager ter beschikking stellen van standaardverzorgings-artikelen, zoals zeep, shampoo, tandpasta, een tandenborstel, scheerbenodigdheden en een kam;
b) het niet aan klager verstrekken van een wekelijks schoon linnenpakket, en
c) het niet op kosten van de inrichting mogen bezoeken van een kapper in de inrichting.

De beklagcommissie heeft klager niet-ontvankelijk verklaard in zijn beklag op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten
Klager heeft in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht. Hij is het niet eens met de uitspraak van de beklagcommissie die hem op 3 februari 2003 is uitgereikt. De uitspraak van debeklagcommissie staat op naam van een van de klagers. Daar hij samen met medepatiënten beklag heeft ingesteld, om reden van gemeenschappelijk belang en omdat zij allen dezelfde klachten hadden, is hij van mening dat hij toch beroepkan instellen.
Het bevreemdt klager dat hij geen klacht mag indienen tegen een bij wet vastgelegde zorgplicht van het hoofd van de inrichting. De inrichting moet de wet naleven en bovendien moet daar controle op mogelijk zijn.
Gelet op artikel 42, vijfde lid, Bvt heeft een ter beschikking gestelde recht op gebruiksartikelen. Deze wetsbepaling is exact gelijk aan het desbetreffende artikel in de Penitentiaire beginselenwet (Pbw). In een gevangenis krijgengedetineerden wel gratis gebruiksartikelen, zoals zeep, een tandenborstel, tandpasta, een kam en scheergerei. Ter beschikking gestelden in een tbs-inrichting krijgen die artikelen niet en dat, terwijl het inkomen in eentbs-inrichting lager ligt dan in een gevangenis. Door de op 1 augustus 2000 in werking getreden nieuwe wet ontvangt klager geen uitkering meer. Klager krijgt ongeveer € 50,= per maand aan zak- en kleedgeld en moet daar alles vanbetalen, ook de kapper. In het gevangeniswezen hadden gedetineerden op grond van de Gevangenismaatregel recht op 1 keer per zes weken een gratis knipbeurt. Ook nu hebben gedetineerden 1 keer per zes weken een gratis knipbeurt. In DeRooyse Wissel moet klager € 8,50 voor een knipbeurt betalen.
De inrichting heeft voorts de taak of de zorgplicht om schoon linnengoed te verstrekken, zoals lakens, hand- en keukendoeken. De inrichting hanteert geen uniform beleid terzake. Vóór het indienen van het beklag moest alleen zijnafdeling betalen voor waspoeder om het linnenpakket te wassen, andere afdelingen niet. Naar aanleiding van het beklag wordt zijn afdeling nu wel zeeppoeder voor de was van het linnenpakket ter beschikking gesteld, echter maar éénOmo-tablet waar Omo twee tabletten voorschrijft. Klager zou tevreden zijn wanneer de inrichting het linnenpakket van zijn afdeling een keer per week door Rentrex zou laten reinigen, zoals ook de andere afdelingen dat doen.

Namens het hoofd van de inrichting is in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht. Het klaagschrift is ingediend door een medepatiënt van klager en door anderen, onder wie klager,medeondertekend. Het klachtrecht is individueel. De inrichting heeft er geen moeite mee als klager in zijn beroep wordt ontvangen.
De inrichting stelt zich op het standpunt dat het zak- en kleedgeld bedoeld is om zich zelf te bedruipen. Het ligt in de resocialisatieopdracht besloten dat ter beschikking gestelden leren hun eigen verantwoordelijkheid te nemen. Omdie reden worden gebruiksartikelen niet gratis verstrekt. Men kan zich wassen, de faciliteiten zijn er. Er is ook een inrichtingswinkel waar men artikelen kan kopen. Hiermee is aan de zorgplicht voldaan. De wijze van betrachten vaneen zorgplicht, het inhoud geven aan die plicht, is niet vatbaar voor beklag. Hetzelfde geldt voor de knipbeurt bij de kapper. Er komt een kapper in de inrichting, er is een salon. De prijs voor een knipbeurt wordt laag gehouden. Erwordt bekeken of er een kapper is die minder in rekening brengt. De ter beschikking gestelde moet ook de knipbeurt betalen vanuit het zak- en kleedgeld. Het is passen en meten, de ter beschikking gestelde moet keuzes maken.
Wat betreft het beleid in andere tbs-inrichtingen is spreker ervan op de hoogte dat in Oldenkotte alles voor eigen rekening van de ter beschikking gestelden is. De Pompekliniek vraagt de ter beschikking gestelde een bepaald bedragen legt er zelf de rest bovenop.
De inrichtingswas werd tezamen met de privéwas van de bewoners op kosten van de inrichting gedaan. Vanuit een andere budgetteringspolitiek wordt per 1 januari 2003 alleen de inrichtingswas nog op kosten van de inrichting gedaan enniet tevens ook de privéwas. Klager heeft echter ten onrechte ook moeten betalen voor zeeppoeder voor de inrichtingswas, hetgeen inmiddels is hersteld. Feitelijk heeft klager zeer kortstondig betaald voor zeeppoeder voor deinrichtingswas.

3. De beoordeling
Vast staat dat klager en zeven medebewoners gezamenlijk één klaagschrift hebben ingediend, dat door hen allen is ondertekend. De beklagcommissie heeft de groep klagers verzocht een vertegenwoordiger van de groep aan te wijzen. Zijheeft vervolgens de klacht behandeld als de klacht van die vertegenwoordiger en alleen ten aanzien van hem uitspraak gedaan, onder toezending van een afschrift van de uitspraak aan de medeklagers, onder wie klager. Alleen klagerheeft beroep ingesteld tegen de uitspraak die alleen op naam van de bedoelde medeklager staat.

De beroepscommissie is van oordeel dat klager in zijn beroep kan worden ontvangen, ook al richt zijn beroep zich tegen een uitspraak van de beklagcommissie die niet ten aanzien van hem is gegeven. Het klaagschrift is immers dooracht individuele klagers ingediend, op grond waarvan de beklagcommissie ten aanzien van hen allen uitspraak had moeten doen, ook met het oog op een beroepsmogelijkheid voor elk van hen. Dit laat onverlet dat de beklagcommissie ompraktische redenen kan besluiten een vertegenwoordiger van een groep klagers ter zitting te horen en vervolgens in één uitspraak het beklag van alle klagers te behandelen, waarbij de namen van de klagers hetzij in de uitspraakhetzij in een bijlage daarbij kunnen worden vermeld.

Volgens vaste jurisprudentie van de beroepscommissie is een beweerde schending van een wettelijk recht beklagwaardig als bedoeld in artikel 56, eerste lid, aanhef en onder e, Bvt.
Aan de orde is de vraag of in de wet- en regelgeving ten aanzien van de verpleging van ter beschikking gestelden een recht op (kosteloze) verstrekking van de gebruiksartikelen als hierboven genoemd onder a) en b) en hetkappersbezoek als vermeld onder c) is opgenomen.

Ingevolge artikel 42, vierde lid, Bvt draagt het hoofd van de inrichting zorg dat de verpleegde in staat gesteld wordt het uiterlijk en de lichamelijke hygiëne naar behoren te verzorgen.
Het vijfde lid van dit artikel bepaalt dat in de huisregels regels worden gesteld omtrent de aankoop door verpleegden van andere gebruiksartikelen dan die welke door het hoofd van de inrichting ter beschikking worden gesteld.
Blijkens de mondelinge inlichtingen d.d. 10 juli 2003 van een medewerker van het ministerie van Justitie bestaan er op het gebied van de persoonlijke verzorging geen ministeriële circulaires. In het model huisregels penitentiaireinrichtingen zijn regels terzake van de persoonlijke verzorging opgenomen, omdat men van oudsher in het gevangeniswezen zoveel mogelijk zaken wil vastleggen. In het model huisregels justitiële tbs-inrichtingen zijn er bewust minderregels opgenomen, omdat tbs-inrichtingen meer vrijheid willen wat betreft het opstellen van huisregels.

In de huisregels van de inrichting is niets geregeld ten aanzien van het ter beschikking stellen van ver- of gebruiksartikelen als genoemd onder a) en b) en het kappersbezoek als vermeld onder c). Wel is in paragraaf 8.3.3 opgenomendat de verpleegde in principe zelf de artikelen die hij wil kopen aanschaft in de inrichtingswinkel.

Uit de inlichtingen namens het hoofd van de inrichting volgt dat in de inrichting het beleid wordt gevoerd dat verpleegden bedoelde artikelen en het kappersbezoek moeten betalen vanuit het onder meer daartoe verstrekte zak- enkleedgeld met als doel dat zij leren omgaan met geld.

Dit beleid is niet in strijd met de wet of regelgeving, nu daarin - anders dan klager meent - geen recht op (kosteloze) verstrekking van de bedoelde artikelen en een (gratis) kappersbezoek is neergelegd. In artikel 42, vierde lidBvt is niet meer dan een zorgplicht van het hoofd van de inrichting neergelegd. Deze plicht houdt in dat het hoofd van de inrichting dient te zorgen voor voorzieningen -zoals wasgelegenheid, toegang tot een kapper en eeninrichtingswinkel- waardoor verpleegden in staat zijn het uiterlijk en de lichamelijke hygiëne te betrachten. In deze bepaling noch in het vijfde lid van dat artikel kan gelezen worden dat de door klager bedoelde artikelen(kosteloos) verstrekt moeten worden en dat verpleegden gratis de kapper in de inrichting moeten kunnen bezoeken.
Hieraan kan niet afdoen dat in de verscheidene tbs-inrichtingen mogelijk hiermee verschillend wordt omgegaan. Evenmin kan hieraan afdoen dat in de huisregels van de penitentiaire inrichtingen wel is opgenomen datverzorgingsartikelen desgewenst worden verstrekt en dat één keer per zes weken van rijkswege een kapper kan worden bezocht.
Het door klager aangevoerde verschil in inkomenspositie van ter beschikking gestelden in een tbs-inrichting en gedetineerden in een penitentiaire inrichting komt, wat daarvan ook zij, in het licht van het vorenstaande niet meer aande orde.

Gelet op het vorenoverwogene is de beroepscommissie met de beklagcommissie van oordeel dat klager niet in zijn beklag ontvangen kan worden.
Het beroep zal derhalve ten aanzien van alle onderdelen van het beklag ongegrond worden verklaard.

Wat betreft onderdeel b) van het beklag hecht de beroepscommissie er nog aan op te merken dat zij het principieel onjuist acht wanneer verpleegden zouden moeten betalen voor het voor de inrichtingswas benodigde waspoeder.
4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie.

03/327/TA-II

Aldus gedaan door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. S.L. Donker, voorzitter, drs. B. van Dekken en mr. Y.A.J.M. van Kuijck, leden, in tegenwoordigheid van mr. E.W. Bevaart, secretaris, op 3 september 2003

secretaris voorzitter

nummer: 03/327/TA-II

betreft : [...], verder klager te noemen.

Verslag van het behandelde ter zitting van de beroepscommissie als bedoeld in artikel 67 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden van 14 april 2003, gehouden in de penitentiaire inrichtingen Midden Holland te Alphena/d Rijn.

Samenstelling van de beroepscommissie:
voorzitter: mr. S.L. Donker
leden: drs. B. van Dekken en mr. Y.A.J.M. van Kuijck.
De beroepscommissie is bijgestaan door de secretaris mr. E.W. Bevaart.

Gehoord zijn klager en namens het hoofd van FPI De Rooyse Wissel te Venray, de heer [...], juridisch medewerker.

Door klager is - zakelijk weergegeven - het volgende aangevoerd.
Gelet op artikel 42, vijfde lid, Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (Bvt) heeft een ter beschikking gestelde recht op gebruiksartikelen. Deze wetsbepaling is exact gelijk aan het desbetreffende artikel in dePenitentiaire beginselenwet (Pbw). In een gevangenis krijgen gedetineerden wel gratis gebruiksartikelen, zoals zeep, een tandenborstel, tandpasta, een kam en scheergerei. Ter beschikking gestelden in een tbs-inrichting krijgen dieartikelen niet en dat, terwijl het inkomen in een tbs-inrichting lager ligt dan in een gevangenis. Door de op 1 augustus 2000 in werking getreden nieuwe wet ontvangt klager geen uitkering meer. Klager krijgt ongeveer € 50,= permaand aan zak- en kleedgeld en moet daar alles van betalen, ook de kapper. In het gevangeniswezen hadden gedetineerden op grond van de Gevangenismaatregel recht op één keer per zes weken een gratis knipbeurt. Ook nu hebbengedetineerden één keer per zes weken een gratis knipbeurt. In De Rooyse Wissel moet klager € 8,50 voor een knipbeurt betalen.
De inrichting heeft voorts de taak of de zorgplicht om schoon linnengoed te verstrekken, zoals lakens, hand- en keukendoeken. De inrichting hanteert geen uniform beleid terzake. Vóór het indienen van het beklag moest alleen zijnafdeling betalen voor waspoeder om het linnenpakket te wassen, andere afdelingen niet. Naar aanleiding van het beklag wordt zijn afdeling nu wel zeeppoeder voor de was van het linnenpakket ter beschikking gesteld, echter maar éénOmo-tablet waar Omo twee tabletten voorschrijft. Klager zou tevreden zijn wanneer de inrichting het linnenpakket van zijn afdeling één keer per week door Rentrex zou laten reinigen, zoals ook de andere afdelingen dat doen.

Namens het hoofd van genoemde inrichting is - zakelijk weergegeven - het volgende verklaard.
Het klaagschrift is ingediend door een medepatiënt van klager en door anderen, onder wie klager, medeondertekend. Het klachtrecht is individueel. De inrichting heeft er geen moeite mee als klager in zijn beroep wordt ontvangen.
Spreker verwijst naar het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt. De inrichting stelt zich op het standpunt dat het zak- en kleedgeld bedoeld is om zich zelf te bedruipen. Het ligt in de resocialisatieopdracht besloten datter beschikking gestelden leren hun eigen verantwoordelijkheid te nemen. Om die reden worden gebruiksartikelen niet gratis verstrekt. Men kan zich wassen, de faciliteiten zijn er. Er is ook een inrichtingswinkel waar men artikelenkan kopen. Hiermee is aan de zorgplicht voldaan. De wijze van betrachten van een zorgplicht, het inhoud geven aan die plicht, is niet vatbaar voor beklag. Hetzelfde geldt voor de knipbeurt bij de kapper. Er komt een kapper in deinrichting, er is een salon. De prijs voor een knipbeurt wordt laag gehouden. Er wordt bekeken of er een kapper is die minder in rekening brengt. De ter beschikking gestelde moet ook de knipbeurt betalen vanuit het zak- enkleedgeld. Het is passen en meten, de ter beschikking gestelde moet keuzes maken.
Wat betreft het beleid in andere tbs-inrichtingen is spreker ervan op de hoogte dat in Oldenkotte alles voor eigen rekening van de ter beschikking gestelden is. De Pompekliniek vraagt de ter beschikking gestelde een bepaald bedragen legt er zelf de rest bovenop.
De inrichtingswas werd tezamen met de privéwas van de bewoners op kosten van de inrichting gedaan. Vanuit een andere budgetteringspolitiek wordt per 1 januari 2003 alleen de inrichtingswas nog op kosten van de inrichting gedaan enniet tevens ook de privéwas. Klager heeft echter ten onrechte ook moeten betalen voor zeeppoeder voor de inrichtingswas, hetgeen inmiddels is hersteld. Feitelijk heeft klager zeer kortstondig betaald voor zeeppoeder voor deinrichtingswas.

secretaris voorzitter

Naar boven