Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 17/2717/GB, 15 maart 2018, beroep
Uitspraakdatum:15-03-2018

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Nummer:         17/2717/GB

 

Betreft:            [Klager]           datum: 15 maart 2018

 

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. N. Hendriksen, namens

[…], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 7 augustus 2017 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

 

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

 

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

 

1.  De inhoud van de bestreden beslissing

De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot  overplaatsing vanuit de gevangenis van de penitentiaire inrichting (p.i.) Ter Apel naar een p.i. in de Randstad afgewezen.

 

2.   De feiten

Klager is sedert 26 augustus 2009 gedetineerd. Sinds 24 september 2013 verblijft klager in de gevangenis van de p.i. Ter Apel, een inrichting voor strafrechtelijk gedetineerde vreemdelingen als bedoeld in artikel 20b, tweede lid onder a, van de Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing van gedetineerden (de Regeling). Klager heeft geen rechtmatig verblijf in Nederland. De einddatum van zijn detentie is voorzien op 1 september 2027.

 

3.  De standpunten

3.1.      Namens klager is het beroep als volgt toegelicht.

Klager ervaart dat hij weinig bezoek krijgt vanwege de reisafstand naar Ter Apel. Klager heeft familie (neven) woonachtig in de Randstad. Ook voor de advocaat is de reisafstand belastend. Bovendien heeft klager veel geleden onder de zelfmoord door zijn zoon en geen steun van de familie kunnen krijgen. Gelet op de complexiteit van hetgeen is aangevoerd wordt verzocht om één en ander mondeling toe te mogen lichten.

 

3.2.      De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt toegelicht.

Klager is geplaatst in de p.i. Ter Apel op grond van artikel 20b van de Regeling. Van een uitzonderingssituatie die noopt tot afwijking van de regeling is niet gebleken. Er is geen zicht op verblijf in Nederland na detentie en klager zal nog gevangenisstraffen moeten uitzitten in Turkije. De WOTS verzoeken zijn afgewezen. Klager krijgt bezoek en kan ook via Skype contacten onderhouden.

 

4.         De beoordeling

4.1.      De beroepscommissie acht zich voldoende ingelicht om op het beroep te beslissen en wijst het verzoek om het beroep mondeling toe te lichten af.

4.2.      De beroepscommissie constateert dat klager onherroepelijk is veroordeeld tot een gevangenisstraf die eindigt in 2027, dat klager geen rechtmatig verblijf heeft in Nederland en dat hij conform de Regeling in Ter Apel is geplaatst. Niet weersproken is het bericht van de selectiefunctionaris dat klager wel bezoek heeft ontvangen. Tegenover het argument dat klager veel verdriet heeft over de zelfmoord van zijn zoon en onvoldoende steun heeft ervaren, staat de onweersproken informatie van de selectiefunctionaris die weergeeft hoe klager is gefaciliteerd in het verwerken van het verlies van zijn zoon en het kunnen volgen van diens crematie. De beroepscommissie oordeelt dat deze gebeurtenis, hoe moeilijk ook voor klager, een incident was, dat geen indicatie geeft van voortdurende uitzonderlijk belastende omstandigheden. 

Het argument dat familieleden van klager in de Randstad wonen is op zichzelf genomen niet een onderbouwing van de stelling dat sprake is van uitzonderlijke omstandigheden die een plaatsing in een p.i. gelegen in de Randstad rechtvaardigen. Op geen enkele wijze wordt informatie verstrekt dat die familieleden een hechte relatie met klager onderhouden en de behoefte hebben om bij klager op bezoek te komen, noch dat de reisafstand voor hen onredelijk belastend is.

De reisafstand voor de advocaat, voor zover telefonisch en skype contacten niet voldoende zijn, kan geen reden zijn voor overplaatsing naar een p.i. die dichter bij het kantoor van de advocaat is gelegen.

4.3.      De op de op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris kan, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt.

 

5.         De uitspraak

De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

 

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.W. Wabeke, voorzitter, J.G.A. van den Brand en mr. A.T. Bol, leden, in tegenwoordigheid van mr. L.E.M. Meekenkamp, secretaris, op 15 maart 2018.

 

               

                                           

                 secretaris                                                                      voorzitter  

Naar boven