Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 03/0697/GA, 17 juni 2003, beroep
Uitspraakdatum:17-06-2003

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 03/697/GA

betreft: [klager] datum: 17 juni 2003

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennis genomen van een op 20 maart 2003 bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak d.d. 6 maart 2003 van de alleensprekende beklagrechter bij de locatie Overmaze te Maastricht, welke op 13 maart 2003 is verzonden,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

De beroepscommissie heeft de directeur van voormelde locatie in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagrechter
Het beklag betreft de monopoliepositie van de inrichtingswinkel en de hoogte van de prijzen van de artikelen.

De beklagrechter heeft klager niet-ontvankelijk verklaard in zijn beklag op de gronden als
in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
Klager heeft het tegenover de beklagrechter ingenomen standpunt in beroep als volgt toegelicht. Volgens klager is het niet juist dat de prijzen van de inrichtingswinkel zijn afgestemd met de in andere inrichtingen gehanteerdeprijzen. Volgens de exploitant van de inrichtingswinkel (‘kantinebaas’) worden de prijzen ook door de inrichting bepaald zoals de hoogte van de telefoontikken. De inrichting zorgt ook niet voor alle benodigdheden. Al met al meentklager dat hij verplicht wordt gebruik te maken van de door de inrichting aangeboden diensten van de inrichtingswinkel.

De directeur heeft zijn standpunt, zoals ingenomen tegenover de beklagcommissie, in beroep niet toegelicht.

3. De beoordeling
De vaststelling door de exploitant van de inrichtingswinkel van de prijzen van de aangeboden artikelen, is geen beslissing van de directeur waartegen op grond van artikel 60, eerste lid, Pbw beklag openstaat. De beroepscommissiekomt tot het oordeel dat de beklagrechter op goede gronden en met juistheid op het beklag heeft beslist. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagrechter.

Aldus gedaan door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. P.C. Vegter, voorzitter, mr. J.P. Balkema en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van R. Kokee, secretaris,
op 17 juni 2003

secretaris voorzitter

Naar boven