Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 03/0696/GBC, 6 augustus 2003, beroep
Uitspraakdatum:06-08-2003

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 03/696/GBC (tegemoetkoming)

Betreft: [klager] datum: 6 augustus 2003

UITSPRAAK

van de beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw).

[...], verder klager te noemen, heeft beroep ingesteld tegen een op 3 maart 2003 genomen beslissing van de selectiefunctionaris tot het ongegrond verklaren van het bezwaarschrift van klager gericht tegen beslissing hem te plaatsenin de gevangenis Zoetermeer.
Bij uitspraak van 3 juli 2003 heeft de beroepscommissie het beroep gegrond verklaard. Zij heeft daarbij tevens bepaald dat zij in een afzonderlijke beslissing, na de selectiefunctionaris te hebben gehoord, zal bepalen of enigetegemoetkoming als bedoeld in artikel 73, vierde lid, juncto artikel 68, zevende lid, Pbw aan klager geboden is.

De selectiefunctionaris heeft op 23 juli 2003 medegedeeld dat op 22 juli 2003 een nieuwe selectiebeslissing is genomen. Klager is geselecteerd voor de beperkt beveiligde inrichting Westlinge te Heerhugowaard en hij kon zich daar op23 juli 2003 zelfstandig melden. Dit heeft klager geweigerd. Hij heeft de selectiefunctionaris verzocht in de gevangenis Zoetermeer te mogen blijven en dat verzoek is gehonoreerd. Eventuele compensatie voor de duur dat klagerszelfmeldstatus is afgenomen lijkt de selectiefunctionaris dan ook niet noodzakelijk. Klagers klacht over de onjuiste berekening van zijn einddatum wordt door de inrichting onderzocht.

In op 22, 24, 25 en 28 juli 2003 op het secretariaat van de Raad ontvangen brieven met bijlagen van klager, komt - zakelijk weergegeven - het volgende naar voren.
Klager meent reeds in aanmerking te komen voor overplaatsing naar een zeer beperkt beveiligde inrichting. Met het oog daarop heeft hij de selectiefunctionaris om uitstel van zijn overplaatsing naar een beperkt beveiligde inrichtinggevraagd, totdat op zijn bezwaarschrift zal zijn beslist. Bovendien kunnen in de tussentijd zijn detentiedagen naar behoren berekend worden. Klager benadrukt dat zijn verzoek er dus niet op is gericht om permanent in de gesloteninrichting te blijven. Doordat klager niet tijdig in een beperkt beveiligde inrichting is geplaatst, heeft hij 27 verlofdagen en de nodige vrijheid gemist. Als deze dagen worden gecompenseerd, zou hij per direct in een zeer beperktbeveiligde inrichting geplaatst moeten worden. Hij neemt er genoegen mee, als hij hierdoor geen tegemoetkoming zal krijgen.

Beoordeling
De beroepscommissie stelt vast dat klager aanvankelijk in aanmerking kwam voor de zogenaamde zelfmeldprocedure, waarmee hem de mogelijkheid werd geboden om de opgelegde gevangenisstraf te ondergaan in een beperkt beveiligdeinrichting. Deze mogelijkheid is hem op een gegeven moment ontnomen en klager heeft zich hierdoor op 7 oktober 2003 niet kunnen melden bij de beperkt beveiligde inrichting Westlinge. Hij is op 29 december 2002 aangehouden engeplaatst in het huis van bewaring (h.v.b.) Scheveningen te Den Haag. De beroepscommissie heeft geoordeeld dat klager ten onrechte zijn zelfmeldstatus is ontnomen. Klager heeft hierdoor ten onrechte in het h.v.b. Scheveningen envanaf 11 maart 2003 ten onrechte in de gevangenis Zoetermeer verbleven, tot aan de datum waarop hij zich als gevolg van de nieuwe selectiebeslissing van de selectiefunctionaris kon melden in de beperkt beveiligde inrichtingWestlinge voor het ondergaan van het restant van de straf. Dat was op 23 juli 2003. Gelet op het vorenstaande acht de beroepscommissie termen aanwezig klager na te noemen tegemoetkoming toe te kennen. Zij merkt hierbij op dat hetniet tot haar bevoegdheid behoort om te beslissen over een mogelijke overplaatsing naar een zeer beperkt beveiligde inrichting. Daarin is de selectiefunctionaris beslissingsbevoegd.

Beslissing
De beroepscommissie bepaalt dat aan klager een tegemoetkoming toekomt van € 525,=.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.R. Meijeringh, voorzitter, mr. A.G. Bosch en dr. G.J. Fleers, leden, in tegenwoordigheid van mr. S. Jousma, secretaris, op 6 augustus 2003

secretaris voorzitter

Naar boven