Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 17/3025/TA en 17/3028/TA, 16 januari 2018, beroep
Uitspraakdatum:16-01-2018

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

nummers: 17/3025/TA en 17/3028/TA

betreft:  [klager]datum: 16 januari 2018

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 67 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (Bvt) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. A.G. Ytsma, namens

 

[…], verder te noemen klager,

gericht tegen twee uitspraken van 7 juli 2017 van de beklagcommissie bij het centrum voor transculturele psychiatrie Veldzicht te Balkbrug, verder te noemen de inrichting, alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraken waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak zijn gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 15 december 2017, gehouden in het Justitieel Complex Zaanstad, zijn gehoord klager, bijgestaan door zijn huidige raadsman

mr. H.K. Jap-A-Joe, en […], directiesecretaris bij de inrichting.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

 

1.         De inhoud van het beklag en de uitspraken van de beklagcommissie

Het beklag betreft a. een ordemaatregel van separatie van klager, ingaande op6 april 2017 en geëindigd op 8 april 2017 (VE 2017-000070) en b. de beslissing van 17 mei 2017 tot plaatsing van klager op een afdeling voor intensieve zorg (VE 2017-000093).

.De beklagcommissie heeft het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraken weergegeven.

 

2.         De standpunten van klager en het hoofd van de inrichting

Door en namens klager is het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.

Klager had op 6 april 2017 een afspraak voor een gesprek met de maandcommissaris en wilde daar opgepoetst naar toe. Hij heeft, vanuit de arbeidsplaats waar hij zich bevond, driemaal naar de afdeling laten bellen maar moest lang wachten voordat hij werd opgehaald, dit terwijl er genoeg personeel op de afdeling was. Klager heeft toen het ruitje van het brandalarm ingeslagen. Hij stond vervolgens gewoon te wachten totdat hij opgehaald zou worden, maar werd meteen aangevallen door beveiligers. Klager heeft niets gedaan, maar alleen gezegd: “Oké, we gaan naar de iso”. Het was alsof hij gestraft werd voor het indrukken van het ruitje van het brandalarm. Hij is toen naar de separeercel overgebracht. Op 7 april 2017 zou de separatie worden beëindigd, maar hem is gezegd dat een gijzelingsplan in zijn kamer was aangetroffen. Het feit dat dat gijzelingsplan op een notitieblok van FPC Dr. S. van Mesdag zou zijn geschreven, wil niet zeggen dat het plan op die inrichting betrekking had. Het plan lag in een schrijfblok van FPC Dr. S. van Mesdag maar het was een oud gijzelingsplan uit de tijd dat klager in “Het Keerpunt” in Cadier en Keer verbleef. Klager wist niet dat hij het nog in zijn bezit had.

Namens het hoofd van de inrichting is het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht. Klager was na een time-out in FPC De Rooyse Wissel net weer terug in de inrichting. Binnen tiendagen daarna vond het incident plaats. Klager moest wachten voordat hij terug werd gebracht naar zijn afdeling en was ongeduldig omdat hij een afspraak met de maandcommissaris had. Hij werd erg boos, heeft het ruitje van het brandalarm ingeslagen en heeft vervolgens een medewerker in het gezicht geslagen. Klager is door de beveiligers niet geslagen/mishandeld. Bij controle van zijn kamer is een gijzelingsplan gevonden. Klager stelde dat het om een gijzelingsplan met betrekking tot Cadier en Keer ging, maar het plan was geschreven op een bladzijde van een notitieblok van FPC Dr. S. van Mesdag, waar hij pas later verbleef. Klagers verhaal werd niet vertrouwd, er is onderzoek ingesteld en er is aangifte gedaan van mishandeling van de medewerker. Het OM heeft ter zake nog geen beslissing genomen. Het is niet gelukt klager over te plaatsen naar een andere inrichting. Het was ook niet mogelijk klager op een reguliere afdeling te plaatsen. Daarvoor is het risicogevaar te hoog. In verband met de handhaving van de orde en de veiligheid in de inrichting is klager op de afdeling voor intensieve zorg geplaatst.

 

3.         De beoordeling

Uit de behandeling ter zitting en de stukken volgt dat klager, die na een time-out in FPC De Rooyse Wissel was teruggeplaatst in de inrichting, kort na zijn terugplaatsing instructies van het personeel niet heeft opgevolgd toen hij op de arbeid moest wachten voordat hij werd opgehaald om naar zijn afdeling terug te gaan en vervolgens het ruitje van het brandalarm heeft ingedrukt. Conform het beleid van de inrichting is hierop gereageerd. Klager bleek wederom niet in staat te zijn instructies van de (inmiddels aanwezige) beveiligers op te volgen en heeft een medewerker geslagen. Hij is vervolgens gesepareerd. Een dag later is een gijzelingsplan in klagers verblijfsruimte aangetroffen dat was geschreven op een notitieblok van FPC Dr. S. van Mesdag.

De beroepscommissie is van oordeel dat de visie van klager op het gebeurde, inhoudende dat hij rustig is gebleven en geen medewerker in het gezicht heeft geslagen, niet aannemelijk is geworden. Evenmin is aannemelijk geworden dat klager zelf zou zijn mishandeld.

Gelet op het bovenstaande acht de beroepscommissie de beslissing klager in verband met de handhaving van de orde en de veiligheid in de inrichting te separeren niet onredelijk of onbillijk. Hetzelfde geldt voor de beslissing klager op een afdeling voor intensieve zorg te plaatsen, vanwege het gevaar dat van klager uit ging en het ontbreken van de mogelijkheid hem op een reguliere afdeling van de inrichting te plaatsen of extern over te plaatsen.

De beroepscommissie zal het beroep ongegrond verklaren en de uitspraken van de beklagcommissie in zoverre bevestigen met deels wijziging/aanvulling van de gronden.

 

4.  De uitspraak

De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt in zoverre de uitspraken van de beklagcommissie met deels wijziging/aanvulling van de gronden.

 

 

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. A.M. van Woensel, voorzitter, mr. C.A.M. Schaap-Meulemeester en drs. W.A.Th. Bos, leden, in tegen-woordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 16 januari 2018.

 

 

     

 

secretarisvoorzitter

Naar boven