Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 17/3796/SGA, 15 november 2017, schorsing
Uitspraakdatum:15-11-2017

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Nummer          : 17/3796/SGA

Betreft : [verzoeker]    datum: 15 november 2017

 

De voorzitter van de beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen verzoekschrift van

[…], verder verzoeker te noemen, verblijvende in de locatie Sittard.

Verzoeker vraagt om schorsing, met toepassing van artikel 66, eerste lid, van de Pbw, van de (verdere) tenuitvoerlegging van de beslissing van de directeur van voormelde locatie van 10 november 2017, inhoudende de (tijdelijke) plaatsing van verzoeker in een normaal beveiligde inrichting voor de duur van zeven dagen, ingaande op 9 november 2017 om 16.00 uur en eindigend op 16 november 2017 om 16.00 uur, in afwachting van de beslissing van de selectiefunctionaris over de voortduring of beëindiging van verzoekers penitentiair programma.

De voorzitter heeft voorts kennisgenomen van het klaagschrift van 11 november 2017 alsmede van de schriftelijke inlichtingen van de directeur van 14 november 2017.

 

1.         De beoordeling

De voorzitter stelt voorop dat in het kader van het verzoek om schorsing van de tenuitvoerlegging van een beslissing van de directeur slechts ruimte bestaat voor een voorlopige beoordeling en dat de zaak niet ten gronde kan worden onderzocht en beslist. Aan de orde is daarom slechts de vraag of de beslissing waartegen beklag is ingediend in strijd is met een wettelijk voorschrift dan wel zodanig onredelijk of onbillijk is dat er een spoedeisend belang is om thans over te gaan tot schorsing van de (verdere) tenuitvoerlegging van die beslissing. Naar het oordeel van de voorzitter is dat het geval.

De beslissing tot plaatsing van gedetineerden vanuit een penitentiair programma in een normaal beveiligde inrichting is in beginsel een exclusieve bevoegdheid van de selectiefunctionaris. Dat is slechts anders indien de directeur van de inrichting onder wiens verantwoordelijkheid de gedetineerden valt die gedetineerde in het kader van een ordemaatregel van afzondering of een disciplinaire straf van opsluiting, tijdelijk insluit in een verblijfsruimte in een penitentiaire inrichting. Indien dit geschiedt in een inrichting anders dan die waar de betreffende gedetineerde (administratief) staat ingeschreven, dient er  daarnaast sprake te zijn van een bevel tot externe tenuitvoerlegging, zulks met instemming van de selectiefunctionaris.

Uit de inlichtingen van de directeur noch uit de mededeling van de bestreden beslissing blijkt van een opgelegde ordemaatregel of disciplinaire straf. Gelet daarop moet worden geoordeeld dat de directeur verzoeker (tijdelijk) in een gesloten inrichting heeft geplaatst terwijl hij daartoe niet bevoegd was. De bestreden beslissing is daarom genomen in strijd met de wet en het verzoek moet worden toegewezen.

2.         De uitspraak

De voorzitter wijst het verzoek toe en schorst de tenuitvoerlegging van de bestreden beslissing van de directeur met onmiddellijke ingang tot het moment dat de beklagcommissie op het onderliggende klaagschrift zal hebben beslist.

 

Aldus gedaan door mr. J.D. den Hartog, voorzitter, in tegenwoordigheid van mr. H.M.J.D. Maes, secretaris, op 15 november 2017.

 

secretaris         voorzitter

 

Naar boven