Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 17/3786/GB, 16 november 2017, beroep
Uitspraakdatum:16-11-2017

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Nummer:         17/3786/GB

Betreft:            [klager]            datum: 16 november 2017

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van,

[…], verder te noemen klager,

 

gericht tegen een op 9 november 2017 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

 

1.         De inhoud van de bestreden beslissing

De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de oproep zich op 17 november 2017 te melden in de gevangenis van de locatie Sittard ongegrond verklaard.

 

2.         De feiten

Op 19 oktober 2017 is klager opgeroepen zich op 17 november 2017 te melden in de gevangenis van de locatie Sittard voor het ondergaan van 120 dagen gevangenisstraf. Op 24 en 25 oktober 2017  heeft klager hiertegen een bezwaarschrift ingediend dat op 9 november 2017 ongegrond is verklaard.

 

3.         De standpunten

3.1.      Door en namens klager is het beroep als volgt toegelicht. Klagers hartkatheterisatie vindt één dag voor de melddatum van detentie plaats. Klager kan dit niet aan en zijn gezondheid laat te wensen over. Klager is recentelijk overvallen en is daarvoor nog in behandeling. Klager zit er psychisch doorheen, heeft hartproblemen en de meldplicht zou hem fataal kunnen worden. Na de hartkatheterisatie moet klager in rust herstellen. Klagers gezin waarvan elk gezinslid ook lichamelijke problematiek heeft, lijdt onder de meldplicht. Klager wenst dat zijn gevangenisstraf omgezet wordt in elektronische detentie.

3.2.      De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht. Zoals blijkt uit de aanwijzing van het Openbaar Ministerie over het uitstelbeleid kan een verzoek tot uitstel om verschillende redenen worden toegekend. Voorop staat echter de noodzaak tot tenuitvoerlegging van de gevangenisstraf; daarom wordt slechts in uitzonderlijke omstandigheden uitstel verleend. Dit geldt ook voor klager. Naar aanleiding van het bezwaarschrift heeft de selectiefunctionaris de afdeling IMA (Individuele Medische Advisering) in het kader van klagers gezondheid om advies gevraagd. De afdeling IMA stelt dat klager voor zowel zijn somatische als zijn psychische problematiek de benodigde zorg in detentie kan ontvangen. Eventuele controles bij zijn specialisten kunnen ook vanuit detentie plaatsvinden. De mogelijkheid om de straf in de vorm van elektronische detentie te ondergaan is sinds 1 juli 2010 afgeschaft.

 

4.         De beoordeling

4.1.      De gevangenis van de locatie Sittard is een inrichting voor mannen met een regime van beperkte gemeenschap en een normaal beveiligingsniveau.

4.2.      Klager, die onherroepelijk is veroordeeld, kan in een gevangenis met een regime van beperkte gemeenschap worden geplaatst.

4.3.      De beroepscommissie heeft kennisgenomen van het detentiegeschiktheidsadvies van de medisch adviseur van de afdeling IMA van 18 oktober 2017 en constateert dat klager op medische gronden detentiegeschikt is bevonden. Hierbij is gekeken naar de vraag of de benodigde zorg in of vanuit detentie kan worden geboden en of onevenredige schade is te verwachten. Uit het advies blijkt dat klager bekend is met multiple chronische somatische problematiek waarvoor klager wordt gecontroleerd door zijn huisarts en halfjaarlijks door een specialist. Hij gebruikt hiervoor verscheidene medicatie. Voor wat betreft zijn psychische problematiek is daarover niets bekend bij zijn huisarts en blijkens zijn medicatielijst gebruikt hij ook geen medicatie die in verband kan worden gebracht met psychische problematiek. Voor zowel zijn psychische als somatische problematiek kan de benodigde zorg in of vanuit detentie geleverd worden. Eventuele controles bij zijn specialisten kunnen vanuit detentie voortgang vinden. Gelet hierop kan de op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.

 

5.         De uitspraak

De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

 

 

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.W. Wabeke, voorzitter, J.G.A. van den Brand en mr. M.A.G. Rutten, leden, in tegenwoordigheid van bc. L. Vis-van Alff, secretaris, op 16 november 2017

 

                                                                          

 

            secretaris         voorzitter

 

 

 

Naar boven