Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 02/2335/GA, 7 april 2003, beroep
Uitspraakdatum:07-04-2003

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 02/2335/GA

betreft: [klager] datum: 7 april 2003

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennis genomen van een op 4 november 2002 bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak d.d. 7 oktober 2002 van de beklagcommissie bij de penitentiaire inrichtingen (p.i.) De Geerhorst te Sittard,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

De beroepscommissie heeft de directeur van voormelde p.i. in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft het feit dat klagers bestelling door de winkelier niet compleet is afgeleverd, terwijl hij daar wel voor heeft betaald.

De beklagcommissie heeft klager niet-ontvankelijk verklaard in zijn beklag op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
Klager heeft zijn beroep als volgt toegelicht.
Klager heeft voor € 148,= aan boodschappen besteld bij de winkelier van de inrichting, maar niet alle artikelen zijn afgeleverd.

De directeur heeft zijn standpunt in beroep niet toegelicht.

3. De beoordeling
In het algemeen geldt dat er bij iedere koop een zekere mate van risico voor de koper bestaat. Deze regel geldt in beginsel ook bij een koop in een penitentiaire inrichting, zij het dat het risico onder bepaalde omstandigheden kanovergaan op de directeur. Volgens vaste jurisprudentie van de beroepscommissie blijft het risico bij de gedetineerde indien de inrichting de winkelboxen (steekproefsgewijs) op hun inhoud controleert.
Bijzondere omstandigheden -zoals bijvoorbeeld een meer dan incidenteel voorkomende gebrekkige aflevering van kantineartikelen- die een extra verplichting tot controle van inrichtingswege met zich brengen, zijn niet gebleken.Voorzover al aannemelijk is geworden dat sprake is van vermissing van bepaalde artikelen komt dit niet voor rekening van de directeur. Het vorenstaande brengt mee dat de uitspraak van de beklagrechter zal worden vernietigd, klageralsnog ontvankelijk in zijn beklag zal worden verklaard, en dat dit beklag ongegrond zal worden verklaard.

4. De uitspraak
De beroepscommissie vernietigt de beslissing van de beklagcommissie, verklaart klager alsnog ontvankelijk in zijn beklag en verklaart dit beklag ongegrond.

Aldus gedaan door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. P.C. Vegter, voorzitter, mr. J.P. Balkema en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van mr. I. Lispet, secretaris, op 7 april 2003

secretaris voorzitter

Naar boven