Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 03/0165/GB, 25 maart 2003, beroep
Uitspraakdatum:25-03-2003

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 03/165/GB

Betreft: [klager] datum: 25 maart 2003

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennis genomen van een op 3 februari 2003 bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], geboren op [1983], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 15 januari 2003 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem te over te plaatsen naar het huis van bewaring (h.v.b.) voor psychologisch onvolwassenen (JOVO) Nieuw Vosseveld te Vught ongegrondverklaard.

2. De feiten
Klager is sedert 25 oktober 2002 gedetineerd. Hij verbleef als preventief gehechte in het h.v.b. De Boschpoort te Breda. Vanuit dit h.v.b. is hij geherselecteerd voor het JOVO h.v.b. Nieuw Vosseveld waar hij op 14 januari 2003 isgeplaatst.

3. De standpunten
3.1. Door klager is het beroep tegen de bestreden beslissing van de selectiefunctionaris als volgt toegelicht. Klager ontvangt slechts bezoek van zijn vriendin. Zij woont in Bergen op Zoom en is afhankelijk van het openbaar vervoer.Om klager te bezoeken dient zij in totaal zes uur te reizen en moet zij te vroeg op. Zijn vriendin werkt halve dagen en kan ’s ochtends geen vrij nemen van haar werk terwijl het bezoek in de ochtenduren plaatsvindt. Klagers vriendinkan het openbaar vervoer ook niet betalen. Hun contact is noodzakelijk maar gaat hierdoor kapot. Klager heeft alles geprobeerd om het bezoek te verplaatsen maar dat is niet gelukt. Overplaatsing van klager naar Breda of Middelburgis noodzakelijk. Klager is in Vught geplaatst in verband met zijn leeftijd maar kan niet met leeftijdgenoten omgaan. Klager wordt in Vught een lopende tijdbom. Klagers vriendin heeft vreselijke dingen meegemaakt en heeft klagernodig om dat te verwerken. Zij is in behandeling bij een psychotherapeut en klager bij een psycholoog. De beslissing tot overplaatsing is tegen de wil van de reclassering, het BSD en klager genomen.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Klager valt in de leeftijdscategorie 18 tot 24 jaar over wie een eerste indicatiestelling JOVO uitgebracht moet worden. Klagers indicatiestelling laat zien dat hij scoort op de tekortkoming A (sociale contacten). Op 3 december 2002is de beslissing genomen klager te plaatsen in de p.i. Vught in het h.v.b. met een JOVO-bestemming.
Klagers bezwaarschrift is ongegrond verklaard vanwege het feit dat klager in het
JOVO- circuit thuis hoort. Plaatsing in het JOVO-circuit gebeurt niet op vrijwillige
basis. Voorts is klager voor Vught geselecteerd omdat hij in Bergen op Zoom woont
en zodoende geplaatst kan worden in de regio en bovendien omdat hij ingesloten is
voor het parket Breda. De inrichting in Vught is goed met openbaar vervoer
bereikbaar en voor het financiële gedeelte kan klagers vriendin een vergoeding
vragen bij de betreffende gemeentelijke instanties. Het contact met de hulpverlening
kan worden overgedragen aan de reclassering in de vervolginrichting.
Klager is overigens op 14 januari 2003 in beroep gegaan tegen een beslissing op
bezwaar van 15 januari 2003. Bovendien blijkt uit de stukken dat klager pas op 28
januari 2003 kennis heeft genomen van de beslissing op het bezwaar. Geconcludeerd
wordt dat klager niet-ontvankelijk is in zijn beroep subsidiair dat het beroep
ongegrond dient te worden verklaard.

4. De beoordeling
De beroepscommissie zal klager ontvangen in zijn beroep. Het beroepschrift van 14 januari 2003 was gericht tegen de beslissing tot plaatsing en kan, nu klager op 29 januari 2003 alsnog beroep heeft ingesteld tegen de beslissing ophet bezwaar welke hij op 28 januari 2003 heeft ontvangen, als vervallen worden beschouwd.

Volgens artikel 16 van de Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing van
gedetineerden worden in inrichtingen of afdelingen voor bijzondere opvang van
psychologisch onvolwassenen onder meer gedetineerden geplaatst die ouder zijn
dan 17 jaar en die zich door hun gedrag kenmerken als psychologisch
onvolwassenen. Uit het handboek voor de bijzondere opvang van psychologisch
onvolwassen mannen binnen het gevangeniswezen, Ministerie van Justitie, Dienst
Justitiële Inrichtingen, augustus 2001, kan worden afgeleid dat psychologische
onvolwassenheid zich in algemene zin kenmerkt door een gebrek aan
vaardigheden die noodzakelijk zijn voor een goede persoonlijke ontwikkeling.
Daarbij komt dat gedetineerden in de leeftijd van 16 tot (indicatief) 24 jaar zich in
het algemeen in een relatief kwetsbare periode van hun ontwikkeling bevinden.
Om te bepalen of een gedetineerde is gebaat bij plaatsing in een inrichting voor
psychologisch onvolwassenen vindt indicatiestelling plaats.

De beroepscommissie stelt vast dat klager, gelet op de tekst van artikel 16 van de
Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing van gedetineerden aanhef en onder
b., qua leeftijd valt onder de categorie gedetineerden die in een JOVO-inrichting
kunnen worden geplaatst.
Voorts is uit klagers indicatiestelling gebleken dat hij een tekortkoming heeft voor
wat betreft sociale contacten en dit maakt dat hij eveneens voldoet aan het tweede
criterium van artikel 16 van de Regeling.

Gelet op het vorenstaande is de op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris niet in strijd met de wet en kan, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen en de omstandigheden evenminals onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. Hetgeen klager over de bezoekmogelijkheden van zijn vriendin heeft aangevoerd, vormt geen reden om tot een ander oordeel te kunnen komen.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema, voorzitter, mr. A.G. Bosch en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 25 maart 2003

secretaris voorzitter

Naar boven