Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 17/0975/TA, 22 juni 2017, beroep
Uitspraakdatum:22-06-2017

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 17/975/TA

betreft: [klager] datum: 22 juni 2017

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 67 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (Bvt) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 16 maart 2017 van de alleensprekende beklagrechter bij FPC De Kijvelanden te Poortugaal, verder te noemen de inrichting, betreffende bejegening, bewegingsvrijheid en (medische) verzorging (K-2017-000026, K-2017-00027 en
K-2017-000028).

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

De beklagrechter heeft klager niet-ontvankelijk verklaard in zijn beklag op de grond dat klager sinds 19 april 2005 niet meer in de FPC de Kijvelanden verblijft en zijn beklag dus niet tijdig is ingesteld.

De beroepscommissie heeft het hoofd van de inrichting in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van de stukken en haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De beoordeling
De beroepscommissie komt tot het oordeel dat klager kennelijk ernstig in de war is: óf klager realiseert zich niet dat hij al jaren in FPC Dr. S. van Mesdag verblijft en zijn klachten tot de daaraan verbonden beklagcommissie moet richten; óf hij
overziet de betekenis van wettelijke termijnen niet. Tot de stukken behoort een e-mailbericht van klagers raadsman met het voornemen met klager in overleg te treden en hem verder te adviseren. Het is niet aan de beroepscommissie om te treden in de
uitkomst van dat voornemen. Zij stelt slechts vast dat hier sprake is van volkomen zinloze procedures. Overigens heeft de beklagrechter op goede gronden en met juistheid op het beklag beslist. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.

2. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagrechter.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. N. Jörg, voorzitter, drs. W.A.Th. Bos en mr. drs. L.C. Mulder, leden, in tegenwoordigheid van mr. M.L. Koster, secretaris, op 22 juni 2017

secretaris voorzitter

Naar boven