Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 16/4143/GA, 25 april 2017, beroep
Uitspraakdatum:25-04-2017

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 16/4143/GA

betreft: [klager] datum: 25 april 2017

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

de directeur van de penitentiaire inrichting (p.i.) Groot Alphen,

gericht tegen een uitspraak van 12 december 2016 van de beklagcommissie bij voormelde inrichting, gegeven op een klacht van [...], verder te noemen klager,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 24 maart 2017, gehouden in Justitieel Complex Zaanstad, zijn gehoord klagers raadsman mr. M. van Stratum en [...], plaatsvervangend vestigingsdirecteur bij de p.i. Groot Alphen.
Hoewel klager, die zich inmiddels in vrijheid bevindt, op behoorlijke wijze was opgeroepen, is hij niet ter zitting verschenen.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft, voor zover in beroep aan de orde, de weigering van de directeur een laptop aan klager te verstrekken voor het beluisteren van ovc-gesprekken (opnemen vertrouwelijk communicatie) (AR 2016/976).

De beklagcommissie heeft het beklag gegrond verklaard en een tegemoetkoming van € 25,= toegekend op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van de directeur en klager
De directeur heeft in beroep zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt – zakelijk weergegeven – toegelicht.
Klagers verzoek om een laptop ter beschikking te stellen is ingewilligd. Klager had niet aangegeven waaraan de laptop diende te voldoen. Nadat was gebleken dat de door het Openbaar Ministerie (OM) ter beschikking gestelde cd-roms niet konden worden
afgespeeld op de laptop vanwege de op de cd-roms geplaatste versleuteling, hebben de informatiebeveiligingsfunctionaris en het ‘shared service centre’ gekeken of hieraan iets kon worden gedaan, maar dit bleek niet het geval. Normaal gesproken voldoet
een dergelijke laptop wel. Klagers advocaat is hierover geïnformeerd en hem is geadviseerd contact op te nemen met het OM om te vragen of het een geschikte laptop zou kunnen aanleveren.
De directeur is van mening dat hij voldoende inspanningen heeft verricht om klager in staat te stellen zich van de inhoud van het digitale dossier op de hoogte te stellen. De directeur vindt dat het aan klagers raadsman en niet aan hem is in overleg te
treden met het OM. De directeur vindt dat hij aan zijn inspanningsverplichting heeft voldaan.

Namens klager is in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt – zakelijk weergegeven – toegelicht.
Klager is de hoofdverdachte in een mega-zaak. Het belangrijkste bewijs wordt gevormd door 72 cd-roms met duizenden uren aan ovc-gesprekken. Klager heeft in september 2016 om een laptop verzocht en deze pas in november 2016, na rappel, gekregen. Daarna
bleek dat de bestanden op de cd-roms niet konden worden geopend op de laptop. Klager heeft hierover meermalen contact gehad met de informatiebeveiligingsfunctionaris maar dit bleek niet te verhelpen.
Klager is van mening dat de directeur niet aan zijn inspanningsverplichting heeft voldaan aangezien de directeur in overleg had moeten treden met het OM. Klagers raadsman heeft bij het OM aangeklopt voor de verstrekking van een laptop, maar het OM gaf
helaas niet thuis.

3. De beoordeling
Zoals de beroepscommissie onder meer in RSJ 18 maart 2014, 13/3382/GA e.v. heeft overwogen rust op de directeur een inspanningsverplichting om, in daarvoor in aanmerking komende gevallen, een gedetineerde in staat te stellen zich op de behandeling van
zijn strafzaak voor te bereiden met behulp van daartoe geëigende middelen; dit kan zijn een laptop. Vast staat dat op de aan klager ter beschikking gestelde laptop de ovc-gesprekken die onderdeel uitmaken van klagers strafzaak – de raadsman heeft
aangevoerd dat deze gesprekken bij elkaar een lengte hebben van duizenden uren; de directeur heeft dit niet betwist – niet konden worden afgeluisterd.
Zoals de beroepscommissie heeft overwogen in RSJ 29 januari 2009, 08/2031/GA dient de aan een gedetineerde in het kader van zijn verdediging verstrekte laptop vanzelfsprekend geschikt te zijn om het digitale dossier – als daarvan sprake is, zoals in
casu – te lezen. In voormelde uitspraak van 18 maart 2014 oordeelde de beroepscommissie dat het op de weg van de directeur had gelegen aan klager een laptop ter beschikking te stellen waarop de ovc-gesprekken konden worden afgespeeld. Nu de van
overheidswege aan klager verstrekte laptop niet in staat bleek de cd-roms te lezen die informatie bevatten die in de strafzaak tegen klager van belang kan zijn, is de beroepscommissie dan ook met de beklagcommissie van oordeel dat het op de weg van de
directeur had gelegen om in dit geval te trachten met het OM tot een oplossing te komen zodat klager het strafdossier, inclusief de 72 cd-roms zou kunnen bestuderen, eventueel door verstrekking van een andere laptop of andere technische voorziening,
zoals een ander programma. Nu de directeur dit heeft nagelaten zal het beroep van de directeur dan ook ongegrond worden verklaard.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. N. Jörg, voorzitter, mr. A.T. Bol en mr. M.M. Boone, leden, in tegenwoordigheid van mr. M.L. Koster, secretaris, op 25 april 2017

secretaris voorzitter

Naar boven