Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 17/0266/GA, 14 april 2017, beroep
Uitspraakdatum:14-04-2017

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Dagprogramma  v

Uitspraak

nummer: 17/266/GA

betreft: [klaagster] datum: 14 april 2017

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift ingediend door mr. C.E. Hok-A-Hin, namens

[...], verder te noemen klaagster,

gericht tegen een uitspraak van 18 januari 2017 van de alleensprekende beklagrechter bij de locatie Ter Peel te Sevenum,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

De beroepscommissie heeft de directeur van de locatie Ter Peel in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klaagster alsmede haar raadsvrouw om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagrechter
Het beklag betreft de kwalificatie van klaagsters gedrag als ‘oranje’ (TP-2017-000015).

De beklagrechter heeft klaagster niet-ontvankelijk verklaard in haar beklag op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klaagster en de directeur
Namens klaagster is het tegenover de beklagrechter ingenomen standpunt in beroep als volgt – verkort en zakelijk weergegeven – toegelicht. De stelling dat het beklag zich enkel richt tegen de beschrijving en kleuring van klaagsters gedrag door het
personeel, is een te beperkte uitleg van het beklag. Klaagster stelt dat het beklag gericht is tegen de beslissing van de directeur tot degradatie. De beslissing tot degradatie is onzorgvuldig tot stand gekomen, omdat de directeur klaagsters groene
gedrag niet heeft meegenomen in de belangenafweging. Voorts is de beslissing tot degradatie gebaseerd op feitelijke onjuistheden en is het oranje gedrag onvoldoende onderbouwd. Klaagster verzoekt om een financiële tegemoetkoming.

De directeur heeft zijn standpunt, zoals ingenomen tegenover de beklagrechter, in beroep niet toegelicht.

3. De beoordeling
De beroepscommissie constateert dat in het klaagschrift geklaagd wordt over de kwalificatie van klaagsters gedrag als oranje. De beslissing om aan klaagster de kleur oranje toe te kennen, is geen beslissing als bedoeld in artikel 60, eerste lid, van de
Pbw. In haar beklag voert klaagster niet aan dat zij klaagt over de beslissing tot degradatie naar het basisprogramma. Klaagster is dan ook terecht niet-ontvankelijk verklaard in haar beklag. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.
Voor zover klaagster eerst in beroep over de beslissing tot terugplaatsing naar het basisprogramma van 30 december 2016 kan zij niet worden ontvangen in het beroep.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart klaagster niet-ontvankelijk in haar beroep voor zover het de uitbreiding van het oorspronkelijk beklag betreft.
Zij verklaart het beroep voor het overige ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagrechter met aanvulling van de gronden.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.A.M. de Wit, voorzitter, mr. A. van Holten en J. Schagen MA, leden, in tegenwoordigheid van S.C. Vogel, secretaris, op 14 april 2017.

secretaris voorzitter

Naar boven