Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 16/4021/TA, 7 februari 2017, beroep
Uitspraakdatum:07-02-2017

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 16/4021/TA

betreft: [klager] datum: 7 februari 2017

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 67 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (Bvt) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 30 november 2016 van de alleensprekende beklagrechter bij FPC Oostvaarderskliniek te Almere, verder te noemen de inrichting, betreffende de inbeslagname van etenswaren en de intrekking van klagers voedingsbudget voor de
aanschaf van gezonde voeding (OV-2016-000205).

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

De beklagrechter heeft het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

Ter zitting van de beroepscommissie van 20 januari 2017, gehouden in Justitieel Complex Zaanstad, is gehoord namens het hoofd van voormelde tbs-inrichting [...].
Klager heeft afstand gedaan van het recht om ter zitting te worden gehoord.

Op grond van de stukken en haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De beoordeling
Namens het hoofd van de inrichting is aangevoerd dat het beroepschrift niet voldoet aan het bepaalde in artikel 67, eerste lid, Bvt, omdat klager het beroepschrift niet met redenen heeft omkleed.

De beroepscommissie overweegt dat de Bvt weliswaar voorschrijft dat de gronden voor het beroep moeten worden aangevoerd, maar verbindt aan het ontbreken ervan geen niet-ontvankelijkheid als het gaat om door een klager (zelf) ingesteld beroep en hij
niet
wordt bijgestaan door een advocaat. Nu echter klager evenmin ter zitting is verschenen en aldus niet duidelijk is wat zijn bezwaren zijn tegen de beslissing van de beklagrechter, kan hij niet worden ontvangen in zijn beroep.

2. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart klager niet-ontvankelijk in het beroep.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. A.M. van Woensel, voorzitter, drs. W.A.Th. Bos en mr. A. van Holten, leden, in tegenwoordigheid van mr. M.L. Koster, secretaris, op 7 februari 2017

secretaris voorzitter

Naar boven