Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 16/0632/SGA, 29 februari 2016, schorsing
Uitspraakdatum:29-02-2016

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer : 16/632/SGA
Betreft : [klager] datum: 29 februari 2016

De voorzitter van de beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen verzoekschrift van

[...], verder verzoeker te noemen, verblijvende in het Penitentiair Psychiatrisch Centrum (PPC) Haaglanden.

Verzoeker vraagt om schorsing, met toepassing van artikel 66, eerste lid, van de Pbw, van de (verdere) tenuitvoerlegging van de beslissing van de directeur van voormeld PPC van 22 februari 2016, inhoudende de verlenging van de verplichting tot het
ondergaan van een onvrijwillige geneeskundige behandeling als bedoeld in artikel 46d onder a van de Pbw (verlenging a-dwangbehandeling).

De voorzitter heeft kennisgenomen van de schriftelijke inlichtingen van de directeur, alsmede van de mededeling van de secretaris van de beklagcommissie bij voormeld PPC waaruit volgt dat daar nog geen klacht van verzoeker is ontvangen. De raadsman van
verzoeker, mr. M. de Reus, heeft aangegeven geen gebruik te zullen maken van de gelegenheid om een nadere toelichting te geven op het door verzoeker ingediende schorsingsverzoek.

1. De beoordeling
Bij de verlenging van de a-dwangbehandeling is, anders dan bij de eerste oplegging van die a-dwangbehandeling, geen rechtstreeks beroep mogelijk maar dient de betreffende gedetineerde zich als eerste te richten met een klacht tot de beklagcommissie bij
de inrichting waar hij verblijft.

Vooralsnog is niet aannemelijk geworden dat verzoeker een klaagschrift heeft ingediend ten aanzien van de beslissing van de directeur van 22 februari 2016. Nu wettelijk is bepaald dat slechts hangende de uitspraak van de beklagcommissie op het
klaagschrift schorsing kan plaatsvinden van de tenuitvoerlegging van de beslissing waartegen het klaagschrift is gericht, kan verzoeker derhalve niet worden ontvangen in zijn verzoek.

2. De uitspraak
De voorzitter verklaart verzoeker niet-ontvankelijk in zijn verzoek.

Aldus gedaan door mr. A. van Waarden, voorzitter, in tegenwoordigheid van B.A. Bogaars, secretaris, op 29 februari 2016.

secretaris voorzitter

Naar boven