Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 17/0732/GA, 3 november 2017, beroep
Uitspraakdatum:03-11-2017

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

nummer:          17/732/GA

betreft: [Klager]           datum: 3 november 2017

 

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. I.V. Nagelmaker, namens

[…], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 6 februari 2017 van de alleensprekende beklagrechter bij de penitentiaire inrichting (p.i.) Vught,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 13 oktober 2017, gehouden in de p.i. Vught, zijn gehoord klager, bijgestaan door mr. K. Karakaya, kantoorgenoot van klagers raadsvrouw, mr. I.V. Nagelmaker, en mevrouw […], juridisch medewerker bij voormelde inrichting. Als toehoorder was aanwezig [...], secretaris bij de Raad.

 

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

           

1.         De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagrechter

Het beklag betreft het feit dat het Multidisciplinair Overleg (MDO) heeft besloten klagers kleuringen te heroverwegen (VU-2016-002229).

De beklagrechter heeft het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

 

2.         De standpunten van klager en de directeur

Door en namens klager is in beroep het tegenover de beklagrechter ingenomen standpunt als volgt toegelicht. Klager begrijpt niet dat men in eerste instantie binnen het MDO positief over hem is en dat vervolgens van hogerhand wordt beslist dat men deze beslissing moet heroverwegen. Dit is een beslissing van de directeur. Na het verstrijken van een aantal maanden zijn in het MDO van 4 oktober 2016, ondanks zijn goede gedrag, zijn kleuringen met terugwerkende kracht in twijfel getrokken en aangepast. Dit heeft tot op heden verstrekkende gevolgen voor klager gehad. De aanpassing van zijn kleuringen is gebaseerd op gedrag van maanden daarvoor. Tot 9 oktober 2016 was klager op alle disciplines groen gekleurd. De beklagrechter verwijst naar gedrag dat na 4 oktober 2016 is gerapporteerd. Dit gedrag had echter nooit in het MDO van 4 oktober 2016 besproken kunnen zijn. Klagers gedrag is niet de reden dat is beslist tot een heroverweging. Hij heeft sterk het vermoeden dat hij onnodig wordt tegengewerkt en niet de kansen krijgt die hij behoort te krijgen. Andere gedetineerden worden niet op deze negatieve wijze benaderd, zodat hij dit als discriminatie ervaart.

Namens de directeur is in beroep het tegenover de beklagrechter ingenomen standpunt als volgt toegelicht. Klager is besproken in het MDO van 4 oktober 2016. Zijn kleuringen klopten niet, daarom is (opnieuw) bekeken welk gedrag hij laat zien en welke kleuringen daarbij horen. Het toekennen van kleuren is geen beklagwaardige beslissing. Het MDO van 4 oktober 2016, noch het MDO van 11 oktober 2016 of het gesprek dat naar aanleiding daarvan met klager is gevoerd, heeft voor hem directe gevolgen gehad.

 

3.         De beoordeling

Ingevolge artikel 60 van de Pbw kan een gedetineerde bij de beklagcommissie beklag doen over een hem betreffende door of namens de directeur genomen beslissing. Hiermee wordt gelijkgesteld een verzuim of weigering om te beslissen.

Klager heeft zich beklaagd over het feit dat een heroverweging van zijn kleuringen heeft plaatsgevonden. Nu een heroverweging een beraad en geen beslissing is waartegen ingevolge artikel 60, eerste lid, van de Pbw beklag openstaat, heeft de beklagrechter klager ten onrechte in zijn klacht ontvangen. Gelet daarop kan de uitspraak van de beklagrechter niet in stand blijven en dient klager alsnog niet-ontvankelijk in zijn beklag te worden verklaard.

 

4.         De uitspraak

De beroepscommissie vernietigt de uitspraak van de beklagrechter en verklaart klager alsnog niet-ontvankelijk in zijn beklag.

 

 

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.W. Wabeke, voorzitter, drs. P.J.M. van Puffelen en mr. M.A.G. Rutten, leden, in tegenwoordigheid van Y.L.F. Schuren, secretaris, op 3 november 2017.

 

            secretaris         voorzitter

 

 

 

 

Naar boven