Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 16/2182/SGA, 1 juli 2016, schorsing
Uitspraakdatum:01-07-2016

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer : 16/2182/SGA
Betreft : [verzoeker] datum: 1 juli 2016

De voorzitter van de beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen verzoekschrift van

[...], verder verzoeker te noemen, verblijvende in de locatie Torentijd te Middelburg.

Verzoeker vraagt om schorsing, met toepassing van artikel 66, eerste lid, van de Pbw, van de (verdere) tenuitvoerlegging van de beslissing van de directeur van voormelde locatie van 20 juni 2016, inhoudende de voortduring van plaatsing van verzoeker in
het basisprogramma (degradatie).

De voorzitter heeft voorts kennisgenomen van de mededeling van de secretaris van de beklagcommissie, inhoudende dat het schorsingsverzoek ook wordt aangemerkt als klaagschrift en van de schriftelijke inlichtingen van de directeur van 29 juni 2016.

1. De beoordeling
Uit de stukken blijkt dat verzoeker op 6 januari 2016 heeft verzocht om toepassing van artikel 23, eerste lid, onder d van de Penitentiaire beginselenwet, voor wat betreft het verrichten van arbeid gedurende de periode 5 januari tot en met 5 april
2016. Verzoeker heeft verklaard op de hoogte te zijn van de gevolgen van het toestaan het verzoek. Een van die gevolgen is volgens de directeur – indien een verzoeker in het plusprogramma zou verblijven – degradatie naar het basisprogramma.

Op 6 januari 2016 heeft de directeur het verzoek toegewezen en daarbij aangegeven dat op 5 april 2016 een herbeoordeling van de situatie zou moeten plaatsvinden. Die herbeoordeling heeft – voor zover de voorzitter kan overzien – nooit plaatsgevonden en
klager heeft sinds 6 januari 2016 in het basisprogramma verbleven.

Blijkens de mededeling van de beslissing van de directeur van 20 juni 2016 en blijkens de inlichtingen van de directeur verbleef klager voorafgaand aan zijn verblijf in Middelburg in de penitentiaire inrichting Almere, alwaar hij was geplaatst in het
plusprogramma. Toen klager op 15 juni 2016, ruim zes maanden na zijn binnenkomst in de locatie Torentijd die beslissing toonde waarin hij in Almere in het plusprogramma werd geplaatst, heeft de directeur alsnog (met terugwerkende kracht) een
degradatiebeslissing opgemaakt.

Nu de Pbw noch de Regeling tijdelijk verlaten van de inrichting, waarin promotie en degradatie zijn geregeld, de mogelijkheid van beslissingen met terugwerkende kracht toestaan, is de bestreden beslissing van 20 juni 2016 genomen in strijd met de wet.
Het verzoek komt daarom voor toewijzing in aanmerking.

2. De uitspraak
De voorzitter wijst het verzoek toe en schorst de tenuitvoerlegging van de beslissing van 20 januari 2016 met onmiddellijke ingang tot de beklagcommissie op onderliggende klaagschrift zal hebben beslist.

Aldus gedaan door mr. J.W. Rijkers, voorzitter, in tegenwoordigheid van mr. H.M.J.D. Maes, secretaris, op 1 juli 2016.

secretaris voorzitter

Naar boven