Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 17/1280/JB, 3 augustus 2017, beroep
Uitspraakdatum:03-08-2017

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Nummer:            17/1280/JB

 

Betreft:               [klager  datum: 3 augustus 2017

 

 

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 78, eerste lid, van de Beginselenwet justitiële jeugdinrichtingen (Bjj) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. S.C. Gordijn, namens

[…], geboren op [1996], verder te noemen klager,

gericht tegen een beslissing van 11 april 2017 van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Ter zitting van de beroepscommissie van 20 juli 2017, gehouden in de rechtbank Midden-Nederland te Utrecht, zijn gehoord klager, bijgestaan door zijn raadsvrouw mr. S.C. Gordijn, en namens de selectiefunctionaris [… en […].

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

 

1.            De bestreden beslissing

De selectiefunctionaris heeft het verzoek van klager tot overplaatsing naar de Rijks Justitiële jeugdinrichting De Hunnerberg te Nijmegen (hierna: De Hunnerberg) afgewezen.

 

2.            De feiten

Klager was als voorlopig gehechte geplaatst in de justitiële jeugdinrichting (j.j.i.) Teylingereind. Klager is op 23 december 2016 op zijn verzoek, dat door Teylingereind werd ondersteund, overgeplaatst naar De Hunnerberg.

In over klager uitgebrachte pro justitia rapportage van respectievelijk GZ-psycholoog drs. P. van 30 januari 2017 en van de kinder- en jeugdpsychiater drs. De J. van 2 februari 2017 is geconcludeerd dat klager een licht verstandelijke beperking heeft en een ernstige gedragsstoornis die zich naar een persoonlijkheidsstoornis kan ontwikkelen. In deze rapportage is geadviseerd klager een pij-maatregel op een LVB- of een LVB-VIC-afdeling in een gesloten inrichting op te leggen.

Op 3 februari 2017 heeft De Hunnerberg de selectiefunctionaris verzocht om overplaatsing van klager naar de LVB-VIC-afdeling van Intermetzo te Lelystad, via de LVB-groep wegens plaatsgebrek op de LVB-VIC-afdeling, omdat klager structureel wordt overvraagd en overprikkeld op de bijzondere zorgafdeling van De Hunnerberg.

Op 17 februari 2017 heeft Intermetzo de selectiefunctionaris verzocht te beslissen tot  plaatsing van klager op de LVB-VIC-afdeling van Intermetzo, omdat klager vanwege te veel prikkels niet kan profiteren op de LVB-groep.

Op 17 februari 2017 heeft de selectiefunctionaris beslist klager te plaatsen op de LVB-VIC-afdeling van Intermetzo vanaf het moment dat op die afdeling een plek vrijkomt.

Klager is vervolgens op 16 maart 2017 op de LVB-VIC-afdeling van Intermetzo geplaatst.

Op 14 maart 2017 heeft klager verzocht te worden overgeplaatst naar De Hunnerberg, omdat hij zich daar beter op zijn plek voelt.

 

3.            De standpunten

Door en namens klager is het beroep tegen de beslissing van de selectiefunctionaris als volgt toegelicht.

Volgens Intermetzo gaat het nu goed met klager, maar dat klopt niet. In Intermetzo is sprake van een negatieve en agressieve sfeer, waardoor incidenten plaatsvinden en hij zich niet goed kan ontwikkelen. Hij voelt zich niet veilig in Intermetzo, omdat hij daar door groepsgenoten wordt bedreigd en de groepsleiding daar niets tegen doet. Klager is soms zo angstig dat hij dan de hele dag op zijn kamer blijft. De onveiligheid heeft te maken met een conflict dat hij ongeveer twee maanden geleden had met een jongen waarmee andere jongens zich gingen bemoeien en waarbij klager door twee jongens is geslagen. Verder testen sommige jongens hem om te zien hoe hij op opmerkingen van hun kant reageert. Laatst heeft hij ook nog een fors incident met een groepsleider gehad omdat hij zich door hem bedreigd voelde. Zij stonden hoofd aan hoofd om welke reden klager de groepsleider wilde wegduwen, deze heel boos werd en klager terugduwde waarbij klager op de grond is gevallen. Nadat klager was opgestaan heeft hij de groepsleider geslagen waarna deze vervolgens is gevallen. In De Hunnerberg hebben geen incidenten plaatsgevonden. In die inrichting werden spanningen besproken, in Intermetzo niet. Hij heeft zich in De Hunnerberg wel een enkele keer op zijn kamer teruggetrokken, maar dat had meer te maken met een soort boosheid dan dat het met de groep te maken had. Het was voor klager niet te druk in De Hunnerberg; zijn groep daar bestond uit allemaal rustige jongens. Uit recent telefonisch contact heeft klager vernomen dat deze jongens, die bijna allemaal een pij-maatregel hebben, daar nog verblijven. 

Hij krijgt in Intermetzo niet meer begeleiding en hij verveelt zich daar, evenals andere jongens, waardoor spanningen oplopen en ze gekke dingen gaan doen, zoals het houden van een groepsopstandje. Klager wil daar niet aan meedoen, maar het gebeurt toch.

Naar zijn idee kreeg klager in De Hunnerberg meer zorg, begeleiding en activiteiten dan nu in Intermetzo. Hij heeft in Intermetzo sport, montage, meubels maken, koken en hout, terwijl hij in De Hunnerberg meer activiteiten had. Zo had hij daar om de dag fitness, terwijl hij in Intermetzo maar één keer per week en soms één keer per twee weken fitness heeft. Bij beeldende therapie wordt hem gevraagd hoe het met hem gaat en wat hij voelt. Klager denkt niet dat hij daardoor zal veranderen. 

Klager heeft gevraagd of hij intern kan worden overgeplaatst, maar Intermetzo wil dat niet.

De selectiefunctionaris heeft inzake het beroep het volgende standpunt naar voren gebracht.

De overplaatsingsbeslissing is op goede gronden genomen. Vanwege de psychiatrische en LVB-problematiek van klager is sprake van een bijzondere zorgvraag. In de in 2017 over klager uitgebrachte pro justitia rapportage is geadviseerd klager te plaatsen op een afdeling waar jongens met een vergelijkbaar laag intelligentieniveau verblijven en de begeleiders beschikken over specifieke kennis van en ervaring met deze doelgroep; als een bijzondere zorgafdeling niet volstaat is volgens de rapporteurs een LVB-VIC-afdeling binnen Intermetzo aangewezen. Uit het overplaatsingsverzoek van De Hunnerberg blijkt dat het verblijf op een reguliere afdeling niet volstaat, omdat klager bang is voor een agressieve uitbraak als gevolg van oplopende spanningen. Klager heeft volgens De Hunnerberg baat bij een intensievere begeleidingsvorm die beter aansluit bij zijn problematiek dan in het individuele programma in De Hunnerberg is gegeven.

Op basis van dit overplaatsingsverzoek van De Hunnerberg is klager naar Intermetzo overgeplaatst. Hij is daar wegens plaatsgebrek op de LVB-VIC-afdeling aanvankelijk op een reguliere afdeling opgenomen, zodat het niet verwonderlijk is dat klager zich daar niet thuis voelde. Volgens informatie van Intermetzo van 31 maart 2017 gaat het na plaatsing van klager op de LVB-VIC-afdeling goed met klager. Uit telefonische informatie van klagers behandelcoördinator van 19 juli 2017 gaat het op zich nog steeds goed met klager, maar heeft zich op 7 juli 2017 wel een ernstig incident tussen klager en een groepsleider voorgedaan. Daarbij heeft klager de groepsleider met de vuist in het gezicht geslagen, waardoor de groepsleider is gevallen en waarna klager is doorgegaan met slaan. De desbetreffende groepsleider is op dit moment nog steeds niet aan het werk. Voor zover bekend, is van dit incident (nog) geen aangifte tegen klager gedaan.

Intermetzo is de enige j.j.i. die over een LVB-VIC-afdeling beschikt. Intermetzo heeft twee van deze afdelingen. Klager krijgt op de LVB-VIC-afdeling in Intermetzo de zorg en begeleiding die hij nodig heeft. Zijn plaatsing daar is in zijn belang. Klager verblijft daar in een kleine groep en wordt beschreven als een zeer beïnvloedbare jongen. Daaraan wordt gewerkt. Hij volgt PMT-therapie, beeldende therapie en staat op de wachtlijst voor ‘leren van delict’. Hij krijgt drie uur per dag onderwijs in een prikkelarme klas en dit zal worden uitgebreid. Wat betreft klagers verklaring dat hij is geslagen, was het volgende aan de hand. Klager heeft een keer een klap gehad van een groepsgenoot die voor een groepsleider opkwam nadat klager had gedreigd de groepsleider te slaan. Er heeft een gesprek tussen klager en de groepsgenoot plaatsgevonden, waarna het tussen hen is goed gekomen.    

Klager heeft inmiddels de pij-maatregel opgelegd gekregen.

 

4.            De beoordeling

Vast staat dat klager op 16 maart 2017 vanwege zijn psychiatrische en LVB-problematiek is geplaatst op de LVB-VIC-afdeling van Intermetzo. Deze plaatsing is overeenkomstig de over hem uitgebrachte pro justitia rapportage van 30 januari en 2 februari 2017 en heeft mede plaatsgevonden op verzoek van de directeur van De Hunnerberg van 3 februari 2017, alsmede op verzoek van de directeur van Intermetzo van 17 februari 2017.   

Naar aanleiding van klagers verzoek om overplaatsing naar De Hunnerberg heeft de selectiefunctionaris advies gevraagd aan de directeuren van De Hunnerberg en Intermetzo.

Op 21 maart 2017 heeft de directeur van De Hunnerberg een negatief advies uitgebracht en bezwaar gemaakt tegen een overplaatsing van klager naar De Hunnerberg, omdat klager  een bijzondere zorgbehoefte heeft. Klager is juist vanuit De Hunnerberg naar de LVB-VIC-afdeling van Intermetzo overgeplaatst, omdat hij in De Hunnerberg op de bijzondere zorgafdeling structureel overvraagd en overprikkeld werd. Klager trok zich daardoor veelvuldig terug op zijn kamer. Hij was bang voor een agressieve uitbraak als gevolg van oplopende spanningen omdat hij het druk vond op de afdeling en zich bekeken voelde door andere jeugdigen. 

Op 31 maart 2017 heeft ook de directeur van Intermetzo een negatief advies uitgebracht en bezwaar gemaakt tegen een overplaatsing van klager naar De Hunnerberg, omdat recent door de directeur en de psychiater van Intermetzo de LVB-VIC-status voor klager is afgegeven en deze status nog steeds geïndiceerd is. Klagers problematiek vraagt een andere aanpak dan in De Hunnerberg kan worden gegeven. Klager doet het goed op de LVB-VIC-afdeling.

De selectiefunctionaris heeft in redelijkheid op grond van deze adviezen kunnen beslissen klagers verzoek om overplaatsing naar De Hunnerberg af te wijzen.

Klager heeft verklaard dat hij zich op de LVB-VIC-afdeling van Intermetzo onveilig voelt en het idee heeft dat hij zich in De Hunnerberg beter zal kunnen ontwikkelen. Hetgeen klager in dit verband in toelichtende zin ter zitting heeft verklaard, geeft onvoldoende aanleiding voor een ander oordeel, mede gelet op de ter zitting gegeven verklaringen van de selectiefunctionaris. Uit de verklaringen van de selectiefunctionaris komt naar voren dat Intermetzo als enige j.j.i. beschikt over LVB-VIC-afdelingen en dat klager het, afgezien van een enkel (ook fors) incident dat met zijn problematiek verband houdt, goed doet op de LVB-VIC-afdeling waar hij verblijft en dat aan klagers beïnvloedbaarheid wordt gewerkt.

Klagers idee dat hij zich op de LVB-VIC-afdeling van Intermetzo niet goed zal kunnen ontwikkelen, vindt geen steun in de stukken en hetgeen ter zitting door de selectiefunctionaris naar voren is gebracht.

 

Gelet op het voorgaande kan de beslissing van de selectiefunctionaris, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet onredelijk of onbillijk worden genoemd.

 

5.            De uitspraak

De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

 

 

Deze uitspraak is gedaan door de beroepscommissie, bestaande uit mr. M. Iedema, voorzitter, prof. Dr. F. Boer en mr. E. Lucas, leden, bijgestaan door mr. E.W. Bevaart, secretaris, op 3 augustus 2017.

                                                   

 

                secretaris            voorzitter
 

Naar boven