Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 17/1218/GA, 21 augustus 2017, beroep
Uitspraakdatum:21-08-2017

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Post  v

nummer:            17/1218/GA

 

betreft:               [klager]                datum: 21 augustus 2017

 

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[…], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 29 maart 2017 van de alleensprekende beklagrechter bij de penitentiaire inrichting (p.i.) Vught,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

 

De beroepscommissie heeft de directeur van de p.i. Vught in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager om het beroep schriftelijk toe te lichten.

 

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

 

1.            De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagrechter

Het beklag betreft het plaatsen van een stempel van de p.i. Vught op een brief, twee kaarten en een foto die aan klager per post zijn toegezonden (VU 2016/002472).

De beklagrechter heeft het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

 

2.            De standpunten van klager en de directeur

Klager heeft het tegenover de beklagrechter ingenomen standpunt in beroep als volgt toegelicht.

De directeur heeft klagers persoonlijke post beschadigd door een stempel te zetten op klagers familiefoto, brieven en wenskaarten. Deze post heeft emotionele waarde voor klager. Door het stempel wordt klager gedwongen herinnerd aan de p.i. en de post heeft zijn waarde verloren. De directeur heeft onredelijk en onbillijk gehandeld.

De directeur heeft het standpunt, zoals ingenomen tegenover de beklagrechter, in beroep niet toegelicht.

 

3.            De beoordeling

De beroepscommissie stelt vast dat op de door klager overgelegde (kopieën van) brieven de stempels op de achterzijde van de brieven c.q. buiten de tekst zijn geplaatst. Het stempel op de foto is eveneens op de achterzijde geplaatst. De beroepscommissie is van oordeel dat het stempelen aldus voldoende zorgvuldig is geschied en dat de omstandigheid dat de inkt van de stempels enigszins is doorgedrukt niet aan de directeur kan worden toegerekend. Hetgeen in beroep is aangevoerd kan naar het oordeel van de beroepscommissie niet tot een andere beslissing leiden dan die van de beklagrechter. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard met aanvulling van de gronden.

 

4.            De uitspraak

De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond  en bevestigt de uitspraak van de beklagrechter met aanvulling van de gronden.

 

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. M.M. van der Nat, voorzitter, J. Schagen MA en mr. M.A.G. Rutten, leden, in tegenwoordigheid van

mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 21 augustus 2017.

 

            

 

                secretaris            voorzitter

Naar boven