Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 15/2931/GA, 1 februari 2016, beroep
Uitspraakdatum:01-02-2016

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 15/2931/GA

betreft: [klager] datum: 1 februari 2016

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

de directeur van de locatie Esserheem,

gericht tegen een uitspraak van 28 augustus 2015 van de beklagcommissie bij voormelde locatie, gegeven op een klacht van [...], verder te noemen klager,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 8 januari 2016, gehouden in de p.i. Ter Apel, zijn gehoord de heer [...], plaatsvervangend vestigingsdirecteur van de locatie Esserheem, en mevrouw [...], juridisch medewerkster bij de voornoemde locatie.
Hoewel voor klagers vervoer naar de zitting was zorg gedragen, heeft hij daarvan geen gebruik gemaakt.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft de weigering om aan klager een ventilator van het afdelingspersoneel uit te lenen.

De beklagcommissie heeft het beklag gegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van de directeur en klager
De directeur heeft in beroep zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht. Klager wilde een ventilator van het afdelingspersoneel lenen. Hij heeft noch het afdelingshoofd noch het afdelingspersoneel te kennen gegeven dat
zijn eigen ventilator defect was. Indien hij dit had aangegeven, had de ventilator ter reparatie aangeboden kunnen worden. Klager heeft zelf geen enkele actie ondernomen om te realiseren dat zijn ventilator werd gerepareerd dan wel werd vervangen door
een werkend exemplaar. Uit de huisregels volgt dat aan gedetineerden de mogelijkheid wordt geboden een ventilator in te voeren en om niet werkende apparatuur ter reparatie aan te bieden. De directeur voldoet wel degelijk aan zijn zorgplicht. Aan klager
is geen ventilator uitgeleend in verband met precedentwerking.

Klager heeft zijn standpunt, zoals ingenomen tegenover de beklagcommissie, in beroep niet toegelicht.

3. De beoordeling
De beroepscommissie stelt vast dat klager aan het afdelingspersoneel heeft gevraagd of hij een ventilator mocht lenen. Tijdens de beklagprocedure heeft klager aangevoerd dat de medewerkers wisten dat zijn ventilator kapot was. Dit wordt door de
directeur betwist. De directeur stelt dat klager noch het afdelingshoofd noch het afdelingspersoneel te kennen heeft gegeven dat zijn ventilator defect was. De beroepscommissie is van oordeel dat de beslissing om aan klager geen ventilator van het
afdelingspersoneel uit te lenen niet onredelijk of onbillijk is. De beroepscommissie zal het beroep van de directeur gegrond verklaren, de uitspraak van de beklagcommissie vernietigen en het beklag alsnog ongegrond verklaren.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep van de directeur gegrond, vernietigt de uitspraak van de beklagcommissie en verklaart het beklag alsnog ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. A. van Holten, voorzitter, mr. M.A.G. Rutten en J. Schagen MA, leden, in tegenwoordigheid van mr. S. Blankenspoor, secretaris, op 1 februari 2016.

secretaris voorzitter

Naar boven