Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 15/4014/SGA, 3 december 2015, schorsing
Uitspraakdatum:03-12-2015

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer : 15/4014/SGA
Betreft : [verzoeker] datum: 3 december 2015

De voorzitter van de beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen verzoekschrift van

[...], verder verzoeker te noemen, verblijvende in de locatie Torentijd te Middelburg.

Verzoeker vraagt om schorsing, met toepassing van artikel 66, eerste lid, van de Pbw, van de (verdere) tenuitvoerlegging van de beslissing van de directeur van voormelde locatie van 28 november 2015, inhoudende de oplegging van een disciplinaire straf
van opsluiting in een andere verblijfsruimte dan een strafcel, met verwijdering van de televisie, voor de duur van twaalf dagen waarvan vier dagen voorwaardelijk met een proeftijd van vier weken. De tenuitvoerlegging van het onvoorwaardelijk deel van
de
disciplinaire is ingegaan op 28 november 2015 om 09.45 uur en zal eindigen op 6 december 2015 om 09.45 uur. Deze straf is aan verzoeker opgelegd wegens het ernstig verstoren van de orde en de veiligheid in de inrichting.

De voorzitter heeft voorts kennisgenomen van het klaagschrift van 28 november 2015, van de ongedateerde schriftelijke inlichtingen van de directeur en van de op 3 december 2015 op verzoek van de voorzitter gegeven aanvulling daarop.

1. De beoordeling
De voorzitter stelt voorop dat in het kader van het verzoek om schorsing van de tenuitvoerlegging van een beslissing van de directeur slechts ruimte bestaat voor een voorlopige beoordeling en dat de zaak niet ten gronde kan worden onderzocht en
beslist.
Aan de orde is daarom slechts de vraag of de beslissing waartegen beklag is ingediend in strijd is met een wettelijk voorschrift dan wel zodanig onredelijk of onbillijk is dat er een spoedeisend belang is om thans over te gaan tot schorsing van de
(verdere) tenuitvoerlegging van die beslissing. Naar het oordeel van de voorzitter is dat niet het geval. Uit de door de directeur verstrekte inlichtingen, waaronder een verslag van 27 november 2015, is het volgende gebleken. Verzoeker heeft op 27
november 2015 tijdens het bezoek vermoedelijk contrabande ingeslikt dat door de bezoeker was aangereikt. Verzoeker is tengevolge hiervan ernstig onwel geworden. Aanvankelijk ontkende verzoeker iets te hebben ingeslikt maar vanaf het moment dat de
inrichting contact had met de arts en onverwijld een ambulance werd gebeld, heeft verzoeker herhaaldelijk tegen inrichtingspersoneel en tegen het ambulancepersoneel aangegeven een bolletje drugs te hebben ingeslikt. Verzoeker is door de ambulance
meegenomen naar het ziekenhuis. De inrichting heeft in verband met een en ander extra beveiliging moeten regelen. De artsen in het ziekenhuis hebben geen zaken aangetroffen die de slokdarm van verzoeker zouden hinderen. Gelet op de grote overlast die
verzoeker willens en wetens heeft veroorzaakt heeft de directeur besloten genoemde straf op te leggen.

Naar het voorlopig oordeel van de voorzitter is op grond van de stukken voldoende aannemelijk geworden dat verzoeker met bovengenoemde de orde, rust en veiligheid in de inrichting heeft verstoord. Gelet op het vorenstaande kon de directeur – wederom
naar het voorlopig oordeel van de voorzitter - in redelijkheid beslissen tot de oplegging van de bestreden disciplinaire straf. Het verzoek zal daarom in zoverre worden afgewezen.

Ten aanzien van het voorwaardelijk opgelegde deel van de disciplinaire straf geldt het volgende. Nu de voorzitter enkel de tenuitvoerlegging van een beslissing van de directeur kan schorsen en er nog geen sprake is van een tenuitvoerlegging kan dit
onderdeel van het verzoek niet in aanmerking komen voor een toewijzing daarvan. Ook dit deel van het verzoek zal daarom worden afgewezen., Het verzoek zal daarom worden afgewezen.

2. De uitspraak
De voorzitter wijst het verzoek af.

Aldus gedaan door mr. A.G. Coumans, voorzitter, in tegenwoordigheid van B.A. Bogaars, secretaris, op 3 december 2015.

secretaris voorzitter

Naar boven